(c) JL Peret UNEP
ACV, Klimaatbeleid, Rechtvaardige transitie -

Collectieve klimaatschizofrenie houdt oplossingen tegen

maandag 13 januari 2014 13:00
Spread the love

Hoe groter de consensus is onder de klimaatwetenschappers over de klimaatopwarming, hoe nefaster de gevolgen van stormen en droogte vandaag reeds zijn, hoe duidelijker het is dat er nu maatregelen genomen moeten worden … hoe minder er lijkt te gebeuren.

Bestaat er een remedie tegen deze acute vorm van klimaatschizofrenie? Volgens de vakbonden is een rechtvaardige transitie naar een koolstofarme economie mogelijk, het moet.

Schizofrenie is een psychische aandoening die gepaard gaat met een afwijkende beleving van de werkelijkheid, die zorgt voor onlogische gedachtenpatronen, wanen, hallucinaties en in wisselende mate emotionele, denk- en gedragsstoornissen. Vaak vermindert ook het vermogen om iets te leren.

Onze aanpak van de klimaatopwarming vertoont sterke tekenen van schizofrenie. We weigeren de ernst van de opwarming te zien, gedragsaanpassingen blijven uit, onlogische gedachtepatronen stapelen zich op en het lukt niet om lessen te trekken uit de meest duidelijke waarschuwingen die we krijgen.

Hoe is het zo ver kunnen komen?

De contradictie tussen ons weten en het gebrek aan actie is voor een groot stuk te wijten aan de vraag wie uiteindelijk verantwoordelijk is. Dit leidt tot een verlammende situatie waarbij initiatief uitblijft. Laat ons even kort door de bocht gaan:

  • Is dit allemaal de schuld van de verantwoordelijke ministers en politici? Ongetwijfeld! Het zijn zij die aan tafel zitten tijdens de onderhandelingen. Zij staan op de rem om ambitieuze maatregelen te nemen. Zij kiezen er voor om in naam van de bescherming van de concurrentiekracht (energie-intensieve) bedrijven vrij te stellen van heffingen en maatregelen. De promotie van goedkope fossiele energie is de antipsychotica voor onze klimaatschizofrene samenleving. Anders gezegd:  symptoombestrijding in plaats van de oorzaken aan te pakken. Toch zijn ook deze politici democratisch verkozen (en worden ze zelfs herverkozen) en leggen ze verantwoording af in het parlement. We willen toch een democratisch klimaatbeleid?
  • Is het de schuld van de bedrijven? Uiteraard! Zij maken de producten die vervuilen en zetten ons aan tot onduurzame consumptiepatronen.  Veel bedrijven lobbyen ook (met succes) tegen ambitieuze klimaatmaatregelen. Nationale en Europese maatregelen worden tegengewerkt in naam van het concurrentievermogen. Dezelfde bedrijven zorgen er tegelijk echter ook voor dat op globaal niveau de lat zo laag mogelijk ligt. Qua schizofreen onlogische gedachtenpatroon kan dit tellen.
  • Is het allemaal onze eigen schuld? Absoluut! Als burger verkiezen we onverantwoordelijke politici, als consument kopen we vervuilende producten.  De voorbeeldfunctie van de overheid wordt door de burgers ook te pas en te onpas naar voor gebracht, met als klap op de vuurpijl: “Als duizenden klimaatonderhandelaars elk jaar een vliegtuigreis maken om vrijblijvend wat te palaveren, waarom zouden we dan als individuele burger een inspanning doen?” “Ik ben toch niet gek!” We kunnen er echter niet onder uit dat de opwarming van de aarde een globaal probleem is. We zullen dan ook tot een wereldwijde oplossing moeten komen, alle landen moeten meewerken.

Het is gemakkelijk indien iedereen boter op het hoofd heeft, niemand moet dan nog iets doen. Met een ironische grap over klimaatwetenschappers die vastzitten in het poolijs kan je elke vraag om een inspanning te doen gemakkelijk wegwuiven. Iedereen die enigszins bij zijn verstand is, beseft echter dat dit niet houdbaar is.

Ook binnen de vakbonden zijn we hier heel erg van bewust. Sharan Burrow, de  secretaris-generaal van het Internationaal Vakverbond (IVV), gaf in een recent interview in De Morgen duidelijk aan waarom het klimaat een prioriteit is voor de vakbonden: “Klimaatverandering leidt tot economische problemen. Punt. Hoe vaak moet Nicholas Stern van de London School of Economics dat nu nog voorrekenen? (ratelt af:) Niets doen tegen de uitputting van natuurlijke voorraden, de ontwrichting van de landbouw en de impact van extreem weer kost de wereldeconomie vijf tot twintig procent van het bruto binnenlands product. In Afrika kost nu investeren in klimaatbestendige maatschappijen één procent van het bbp. Wacht je vier jaar, dan is dat zeven procent. Dat is rampzalig als het over jobs gaat.”

Een effectieve klimaataanpak bestaat uit twee essentiële onderdelen. In eerste instantie moeten er maatregelen komen die een antwoord bieden aan de klimaatuitdaging. Ontkennen, uitstellen, afzwakken, twijfelen… het zal de rekening uiteindelijk alleen maar duurder maken.

Meerdere studies, waaronder recent één in opdracht van de federale overheid, geven aan dat de noodzakelijke vermindering van de uitstoot van broeikasgassen met 80 tot 95 procent mogelijk is in België. De studie toont duidelijk aan dat energiebesparingen in alle sectoren van cruciaal belang is en dat de transitie mogelijk kan worden gemaakt via vroege investeringen die worden gefinancierd door latere besparingen op het vlak van fossiele brandstoffen.

Op deze website kan iedereen zelf scenario’s berekenen en onderzoeken wat de impact ervan is.

Hieruit blijkt dat de financiering – Wie betaalt wat? – de cruciale vraag is. Het tweede essentiële onderdeel van een effectieve klimaataanpak is dan ook het verdelingsvraagstuk. Iedereen, alle landen, alle economische sectoren en alle bevolkingsgroepen, zullen een aanzienlijke inspanning moeten leveren. Dit is enkel mogelijk indien er voor iedereen een (aantrekkelijk) toekomstperspectief is, en (vooral) indien de inspanning eerlijk verdeeld wordt.

Free riders, profiteurs, vals spelers, enz. ondergraven elk draagvlak voor een ambitieus beleid dat inspanningen vraagt. De vakbonden pleiten voor een rechtvaardige transitie naar een koolstofarme economie. Dit betekent aanzienlijke investeringen in koolstofarme technologieën, sociaal overleg in de bedrijven, in sectoren op regionaal, nationaal en internationaal vlak om samen koolstofarme transitiepaden uit te tekenen. Vervolgens is er nood aan een sterke sociale zekerheid.

Er zullen ook verliezers zijn in deze transitie bv. mensen die hun job verliezen in vervuilende sectoren. Zij moeten opgevangen worden. Vervolgens is er nood aan opleiding en scholing zodat iedereen over de nodige vaardigheden beschikt om bij te dragen aan de transitie. Uiteindelijk is dat de sleutel tot een effectief beleid en dus een rechtvaardige transitie.

De verantwoordelijke politici, de bedrijven, alle burgers, iedereen moet uitzicht hebben op een aantrekkelijke toekomst waar er een rol is voor elk van hen. Zonder dit perspectief zullen velen er voor blijven kiezen om de opwarming te negeren of te ridiculiseren en verder vast te houden aan onze fatale verslaving aan fossiele brandstoffen.

Bert De Wel
Raadgever op de studiedienst van het ACV

Dit artikel verscheen eerder op ARGUS Actueel.

take down
the paywall
steun ons nu!