De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Brussel, of waar het paard echt gebonden ligt 2/3
Brussel, Europa, Arbeidsmigratie -

Brussel, of waar het paard echt gebonden ligt 2/3

zaterdag 27 november 2010 16:14
Spread the love

(2) Brussel de stad van de Eurocraten, EU de spin in het web

 Geboorte van de Europese sterke staat

Velen zullen het Verdrag van Maastricht in 1992 aanduiden als de de geboorte van het politieke Europa, de oprichting van de Europese Unie. En inderdaad met dat verdrag werd de basis gelegd voor verdere vormen van samenwerking tussen de EU-landen op het gebied van buitenlands en veiligheidsbeleid, op juridisch en intern vlak, en voor de vorming van de Economische en Monetaire Unie. Maar dit was het eindpunt van een proces dat al bezig was. Ik verkies het Schengen Verdrag in 1990 als keerpunt. Hier begint ook de geschiedenis van de buitengrenzen.
 
De geschiedenis van de staat Europa begint met het afschaffen van de binnengrenzen en het beschermen van de buitengrenzen. Onderwerpen van de Conventie van Schengen zijn bewaking van de externe grenzen, visa, immigratie, asiel, politiële samenwerking en onderlinge rechtsbijstand. De Conventie wordt ondertekend in 1990 en zal definitief in voege treden in 1995. Het proces van volledige integratie zal echter zo’n 17 jaar in beslag nemen (1985-2002). Ierland bijvoorbeeld treedt pas in 2002 toe tot het Schengengebied. Het Schengen Informatie Systeem tegen grensoverschrijdende criminaliteit wordt opgezet. Ondertussen heeft men al een tweede versie van dat informatiesysteem gebouwd, het werd operationeel in 2008. Dit bevat ook biometrische gegevens.
 
In de landen van het Schengengebied werkt men sedert de implementatie in 1995 met gescheiden terminals in de luchthavens, een terminal voor EU burgers en een terminal voor de derde landen. 139 landen krijgen visumverplichting opgelegd. De oude grenscontroles tussen EU-landen verdwijnen een na een, maar in plaats daarvan zijn er nu mobiele controles. De grenzen zijn in feite een flink stuk opgerekt. Het Schengen verdrag stipuleert ook een lijst van 45 landen waarvan de burgers aan de buitengrenzen moeten worden gecontroleerd, waaronder natuurlijk alle landen van Centraal en Oost Europa die niet tot de EU behoren. Na de val van De Muur wou Europa duidelijk een ‘cordon sanitaire’ tegen het voormalige Oostblok optrekken. Nadat men de burgers van achter het ‘ijzeren gordijn’ jarenlang met open armen ontving en asiel verleende slikt men die ‘gastvrijheid’ nu haastig in. ‘First things first’.
 
Voor 1990 waren het de tanks waarvoor we moesten vrezen, nu zijn het de mensen, en dit is in essentie een xenofoob uitgangspunt. Bij de uitvoering van de Schengenconventie werden de Europese visa voorwaarden voor derde landen vastgelegd en werden de controles aan de buitengrenzen gestandaardiseerd. In principe heeft men een visum nodig vanuit elk niet-EU land. De voorwaarden waaraan men moet voldoen om een visum te verkrijgen zijn heel streng en de controle wordt opgedreven. Zo krijgen vanaf 1995 luchtvaart- en scheepvaartmaatschappijen strenge boetes als ze reizigers meenemen zonder geldig visum. De voorwaarden waaraan men moet voldoen om een visum te verkrijgen zijn gericht op rijke toeristen, niet op vluchtelingen of arbeidsmigranten. Zo is men verplicht van een reisverzekering te nemen die een som van 30.000 € dekt voor eventuele repatriëringskosten, moet men een geldige verblijfplaats hebben in het land van bestemming en moet men kunnen bewijzen dat men zijn verblijfkosten zal kunnen dragen, tenzij men op bezoek gaat bij familie. Zelfs een geldig visum garandeert niet altijd dat je toegelaten wordt. Als je bij aankomst geen bewijs van een hotelreservering of ander geldig verblijf kan voorleggen kan het zijn dat je terug op het vliegtuig in de andere richting gezet wordt.
 
Waarom het zo lang duurde om iedereen aan het strakke koord van Schengen te laten lopen? Terwijl al in 1973 een halt werd toegeroepen aan de migratie in de meeste landen van de EU, hadden enkele landen wel nog nood aan migratie, dit geldt voor Spanje en Italië. Deze economieën groeiden snel en konden het niet redden met enkel binnenlands werkvolk. Dan waren er ook nog landen zoals het VK en Ierland die bvb binnen het Britse Gemenebest aan andere internationale verdragen verbonden waren. Maar de sfeer aan de buitengrenzen is voorgoed naar de vaantjes. Een artikel uit 1996 van het Nederlandse bureau Jansens&Jansens geeft goed weer wat de impact was van die maatregelen:

“Door de hele wereld krijgen zee-engten, bergketens en rivieren zo nieuwe namen en nieuwe betekenissen. De Oder- Neisse in Duitsland, La linea in Amerika, de stranden van Italië, de Spaanse enclaves in Marokko. Ze markeren de frontlinies waar dag in dag uit een kat-en-muis gevecht plaatsvindt tussen grensbewakers en migranten. Bij de diverse immigratiediensten worden de wereldkaarten opnieuw ingetekend. Met grote pijlen worden de smokkelroutes en transit-centra aangegeven. Het doet denken aan de stafkaarten waarop vroeger de waarschijnlijke marsroutes van de Rode tankcolonnes stonden aangegeven. Voor de immigratiediensten vertegenwoordigen de migranten ook zo ongeveer hetzelfde gevaar. Dus worden in toenemende mate militaire middelen ingezet: infra-roodcamera’s, warmtesensoren, elektronische afrasteringen, patrouilles, honden, helikopters.”

 

De verdere geschiedenis van dit xenofobe Europa willen ik u hier besparen, je vindt ze uitvoerig beschreven in “Militarisering van de Europese Middellandse Zee grenzen en de Mythe van de Afrikaanse invasie”.
 
Het antisociale, neo-liberale Europa

Van bij de oprichting van de commissie stond het vrijmaken van de markt op de agenda. Het gouden kalf van de ‘vrije markt economie’ werd aanbeden zonder reserve. Allerlei diensten die tot dan toe grotendeels door de staten werden geregeld, telefonie, spoorwegen, de post enz. moesten gedenationaliseerd worden, want daar lagen de winsten voor het rapen. Aangezien sommige van die diensten sterk gebureaucratiseerd waren en zo niet naar behoren presteerden, bleek die ingreep – waar verder geen enkele democratische beslissing aan te pas kwam – best op enige sympathie bij het publiek te kunnen rekenen. Maar al gouw kwamen velen van een koude kermis thuis. De denationalisering van de Britse Spoorwegen was een ramp. In België ontstonden twee oligopolies in de communicatiesector die zorgden voor de hoogste prijzen van Europa, in de energiesector is er nog altijd en quasi—monopolie van Electrabel intussen een dochter van SUEZ, alleen nu hebben we er niets meer aan te zeggen. In Frankrijk heb je in de energiesector nog enkel EDF en SUEZ. In beide bedrijven heeft de overheid een poot van respectievelijk 85% en 35%. Zo vrij blijkt die markt achteraf niet. En meestal kon Europese burger fluiten naar lagere lagere prijzen en betere dienstverlening.
 
De vrijmaking van de markt was dus niet zo’n groot succes bekeken vanuit de Europese consument, maar als het er op aankwam om de werknemers van de verschillende landen tegen elkaar uit te spelen, arbeiders uit landen zonder sociale bescherming tegenover arbeiders uit landen met een uitgebreid systeem van sociale bescherming, dan lukte het al veel beter. Wel is het de regel dat de sociale wetten in het land waar de arbeid plaats vindt gelden, hier wordt echter rond heen geschaatst met het nep-zelfstandigen-statuut. Maar ook al is dat niet het geval, de Poolse, Tsjechische, Roemeense arbeiders of chauffeurs zijn tevreden met een veel lager loon dan de Belgische. In hun land is de werkloosheid immers immens hoog.  Niet alleen Belgische arbeiders werden hiervan het slachtoffer, ook vele kleine bedrijven in de sectoren van de bouw en het vrachtvervoer zijn zo door oneerlijke concurrentie verdwenen. In plaats van de eerlijke concurrentei te bevorderen, organiseert de EU oneerlijke concurrentie, die de verdere concentratie in deze sectoren in de hand werkt. Europa wou zelfs nog verder gaan en schepen niet langer laten lossen door locale havenarbeiders, maar door de veel goedkopere niet-Europese matrozen uit Azië, Afrika en Latijns-Amerika. Het is de vakbonden tot nu toe echter wel gelukt daar via het Europees Parlement een stokje voor te steken.
 
Qua sociale verworvenheden is Europa tot nu toe een lege doos gebleven. Een Europees minimumloon vind je nergens terug. Arbeidsongevallenverzekering is wel verplicht, maar naar een controle-orgaan die deze verzekering op de werf moet gaan controleren zal je lang kunnen zoeken, het is er gewoon niet. Delocalisaties en sluitingen van bedrijven die zich binnen Europa van het ene EU-land naar het andere EU-land verplaatsen zijn de laatste 20 jaar legio. Ook hier laat de EU zonder de minste bemoeienis sociale bloedbaden aanrichten. Bij de ondertekening van het verdrag van Lissabon had men nochtans voldoende gelegenheid om ook een sociale clausule op te nemen in de nieuwe Europese pseudo-grondwet. In de Nieuwsbrief nr. 7 voor een Socaal en Rechtvaardig Europa lezen we echter:

 
“Het Europese Parlement heeft deze week zijn bezorgdheid uitgesproken over de aantasting van werknemersrechten als gevolg van uitspraken van het Europese Hof van Justitie bij de behandeling van het rapport Anderson. Echter een voorstel voor een Sociale Clausule als onderdeel van het Europese Verdrag waarmee klip en klaar geregeld zou kunnen worden dat fundamentele sociale rechten voorrang hebben boven de regels van de interne economische markt, kreeg geen meerderheid. ‘Men had nu de daad bij het woord kunnen voegen. Dit is een verkeerd signaal. Dat is erg jammer en een gemiste kans’ zo vindt de SP.En dat vindt ook de Europese vakbeweging. Die riep bij monde van haar voorzitter Monks na het debat in het Europese Parlement op, om de eis van een Sociale Clausule niet te laten vallen en daar serieus werk van te maken. Monks is blij dat het Europese Parlement zijn zorgen deelt maar overweegt Europese mobilisatie door de vakbeweging nu steun ontbreekt voor de Sociale Clausule in het Europees Parlement.”

En wat verder lezen we:

“Daarnaast staan er de komende maanden voorstellen op de agenda van het Parlement, over de Europese Arbeidstijden richtlijn en een erg afgezwakt voorstel voor een richtlijn over de instelling van een Europese Ondernemingsraad, die tot een storm van kritiek hebben geleid en voor de vakbeweging onaanvaardbaar zijn. Een voorlopige datum voor actie vanuit de vakbeweging is 16 december in Straatsburg wanneer daar besluiten worden genomen over de Arbeidstijdenrichtlijn en de Europese Ondernemingsraad.”

 
 

Terwijl de EU allerlei regeltjes uitvaardigt van waterkwaliteit van de oppervlaktewaters, over visserij, landbouw, gezondheid, onderwijs, vrij verkeer van werknemers, vrij verkeer van goederen, fiscaliteit (BTW), ondernemingsrecht…. tot hygiëne in kaasmakerijen – voor wie er een idee wil van krijgen zie Eur-Lex – laat ze een sector compleet gedereguleerd: de bankensector. Ja, de crisis in de bankwereld hadden ze even niet zien aankomen. En nu is het pompen of verzuipen om de Euro te vrijwaren van speculatie, in Griekenland, in Ierland… En wie zal de kosten van al die reddingsoperaties dragen. Jan met de pet, die moet maar inleveren of meer belastingen ophoesten.
 
 
Het is duidelijk dat de EU-commisie en de bedrijven dezelfde globale agenda hebben. De Europese bedrijvenlobby BusinessEurope kon op dinsdag 28 oktober 2008 zowaar beschikken over drie verdiepingen in het Charlemagnegebouw van de Europese Commissie voor een conferentie over “Global Europe”, de handelsstrategie van de EU. Een duidelijke indicatie van de intieme band tussen de Commissie en de bedrijfswereld.
 
BusinessEurope kreeg min of meer de sleutels van de lokalen waar EU-ambtenaren het handelsbeleid van de Unie uittekenen. De conferentie maakte de balans op van twee jaar “Global Europe”, de strategie die erin bestaat de voor de bedrijfswereld een zo groot mogelijk speelveld te scheppen door met zoveel mogelijk landen vrijhandelsakkoorden af te sluiten. BusinessEurope kreeg vorig jaar niet alleen 750.000 euro subsidies van de Europese Commissie, de groep werd ook op vertrouwelijke wijze op de hoogte gehouden van de vorderingen in diverse vrijhandelsgesprekken. Een dergelijke blik in de coulissen van de macht is vertegenwoordigers van vakbonden, kleine bedrijfjes of ngo’s niet gegund (Bron IPS).
 
Iedereen weet dat het Vlaams industrieel weefsel vooral bestaat uit KMO’s. Deze bedrijfjes worden deels door het VOKA en UNIZO vertegenwoordigd. Vandaag schreeuwen deze bedrijfjes om verlenging van de anticrisismaatregelen destijds uitgevaardigd door de federale regering Letherme. Zo niet moeten een op de drie KMO’s mensen ontslaan, anderen zullen over kop gaan (De Morgen, 23 nov. 2008, p.8). Tiens, tiens, nu hebben de heren van het VOKA en UNIZO ineens de door hen zo verguisde federale regering nodig. Als deze heren meestappen in de strategie van de N-VA, een onafhankelijk Vlaanderen, zullen ze alvast niet moeten gaan smeken om steun bij de EU-commissie. Het ziet er ook niet naar uit dat een Vlaamse regering de kosten van dat soort anticrisismaatregelen zal kunnen dragen in een onafhankelijk Vlaanderen. Ze zal sowieso minstens 5% van zijn belastingen verliezen aan Brussel (zoals gezegd in de uitzending van de VRT over plan B) en ze zal natuurlijk ook nog met zware kosten zitten na de splitsing. Scheiden doet lijden. VOKA en UNIZO is het wel zo verstandig om zo roekeloos mee te stappen in de strategie van de Warande-groep? Het zou wel eens richting slachtbank kunnen zijn. Think twice!
 
Volgens het Corporate Europe Observatory, een waakhond die de invloed van de bedrijven op de Europese politiek observeert, dient de strategie uitsluitend om de winsten van de Europese bedrijven te vergroten. Het gevolg van de vrijhandelsakkoorden is vaak dat de partnerlanden minder beleidsruimte hebben voor regels om het milieu of de rechten van werknemers te beschermen. (Bron IPS)
 
Dat men voor die winsten iedereen omverloopt bleek nog maar eens uit een rapport van de Conflict Research Group (CGR) aan de UGent. An Vranckx stelt daarin dat de lidstaten zich te veel laten leiden door commercieel gewin bij wapenexporten. De Europese lidstaten passen de criteria, vastgelegd door de EU (Code of Conduct van 1998) niet uniform en niet strikt genoeg toe. Als de commerciële belangen groot zijn worden de criteria simpleweg genegeerd. Er worden allerlei omwegen gebruikt om toch wapens te leveren aan conflictgebieden zoals Tjaad en Soedan. Er zijn gewoon geen controles meer (De Morgen, 23 nov. 2010, p.10). Van het vreedzame Europa, het Europa dat tot stand kwam na 2 vernietigende oorlogen, blijkt niet veel meer over te zijn.
 
Europa en de fascistoïde trekjes van de neo-liberale globalizering
Nemen we het woord fascistoïde niet te gouw in de mond als het over conservatief gaat, als het over rechts gaat. Misschien maar toch betoog ik dat deze trekjes aanwezig zijn zowel in sommige Europese instellingen als bij sommige blinde verdedigers van die instellingen. Maar eenvoudig is het niet. Laten we beginnen met enkele feiten, helaas minder bekend bij het grote publiek, op een rijtje te zetten. We begonnen dit hoofdstuk met de implementatie van het Schengen verdrag. Er zijn ondertussen Europese databanken met biomedische gegevens… maar aan de buitengrenzen is het daar niet bij gebleven.  Daar greep ook een indrukwekkende politioneel/militaire opbouw plaats.
 
In plaats van de kustwacht ‘Guardia Costiere’ zette de Italiaanse overheid de ‘Guardia di Finanza’ in tegen de klandestiene migratie. Deze guardia is, alhoewel ze onder het Ministerie van Financiën valt, militair georganiseerd en beschikt over een grote vloot. Het budget van de ‘Guardia de Finanza’ groeide van 1,11 miljard euro in 1989 tot 3,1 euro in 2000. Het personeelsbestand groeide in diezelfde periode van 52.280 tot 66.983. Alhoewel deze semi-militaire politie reeds over volwaardige oorlogsschepen beschikte, werd er nog zwaar geïnvesteerd in materiaal, zoals warmtegevoelige camera’s en FLIR (Forward-Looking InfraRed) om ‘s nachts te patrouilleren en bootvluchtelingen te onderscheppen Tussen 1989 en 1999 groeide de vloot van 330 tot 582 boten. In diezelfde periode nam het aantal helicopters toe van 68 naar 90. En er werden nu ook vliegtuigen ingezet. Tegen 1999 waren dat er al 14 (Lutterbeck, Derek, 2006, p.65-66).
 
De Italiaanse Navy is van bij aanvang betrokken bij de jacht op vluchtelingen. Het aantal manuren voor operaties tegen klandestiene migratie steeg van 2706 manuren in 1991 tot 17513 manuren in 1999. De Italiaanse marineschepen legden er zich vooral op toe om vaartuigen met vluchtelingen aan boord op volle zee rechtsomkeer te laten maken. De zeemacht had daarbij de toestemming om geweld te gebruiken zolang dit proportioneel bleef. Dat dit moest uitlopen op een ramp bleek in 1997, toen een Italiaans oorlogsschip een boot met vluchtelingen aan boord ramde. Meer dan 100 Albanese vluchtelingen verdronken volgens de ‘Corriere della sera’ van 29 maart 1997. De Italiaanse regering logenstrafte het incident. Niettemin was het de Zeemacht na dit incident niet meer toegestaan om geweld te gebruiken (Lutterbeck, Derek, 2006, p.68).
 
Dezelfde militair/politionele opbouw zien we in Spanje. In de periode 1990 tot 2000 beginnen ook de doden te vallen in de Middellandse Zee. Volgens de mensenrechten organisatie APDHA verdronken er 4000 migranten tussen Spanje en Marokko in het laatste decennium van de 20ste eeuw. De intercepties in Spaanse wateren neemt toe van 1573 personen in 1996 naar 14893 personen in 2000 (Lutterbeck, Derek, 2006, p.63). Ook Frankrijk is intussen gaan deelnemen met zijn maritieme vloot.
 
De kosten van al die operaties lopen de spuigaten uit en ze zijn bovendien weinig effectief. Tussen 1999 en 2004 ligt de kost per onderschepte vluchteling rond 1.800 euro (Carling, Jørgen, 2007) Goed dan springt de EU maar ter  hulp. In 2004 wordt binnen de EU het Frontex Agentschap opgericht met de bedoeling om de bewaking van de buitengrenzen te coördineren. De taken van Frontex met zetel in Warschau behelzen: onderzoek en risicoanalyse, operationele coördinatie en opleiding van de nationale grenswachten, technische en operationele steun en het organiseren van gezamenlijke uitzettingen[13]. Daarnaast wil Frontex ook aandacht besteden aan samenwerking met derde landen met de bedoeling ‘partnerships’ op te zetten voor bewaking van de grenzen. Marokko is de beste leerling van de klas, maakt van zijn poort naar de wereld, Tanger een militaire vesting en neemt deel aan gemeenschappelijke grenspatrouilles met Spanje in de straat van Gibraltar. De bootvluchtelingen richtten zich nu vooral op de Canarische eilanden waar SIVE nog niet operationeel is (Carling, Jorgen, 2007). In 2005 zijn 16.369 van de 25.468 vluchtelingen die door Spanje gerepatrieerd worden Marokkanen (Coslovi, Lorenzo, 2007, p. 3).
 
Velen zullen dit verhaal van Frontex, dat we hier voorlopig afbreken, want het escaleert in feite nog veel verder, niet kennen, maar ze zullen misschien ook hun schouders ophalen en zeggen, ja maar elke staat heeft toch het recht zijn grenzen te beschermen. Maar er is ook nog iets heel eigenaardigs mee aan de hand mee. Uit veldonderzoek en uit de regularisaties in Italië kunnen we afleiden dat in 2002 slechts 2 op 5 klandestiene migranten via de Middellandse Zee Italië was binnengekomen, in 2004 was dit nog 1 op 8. Als het de bedoeling is van de militaire operaties om de klandestiene migratie te stoppen blijken ze niet te werken. Vele arbeidsmigranten komen gewoon binnen met toeristenvisa en blijven dan achter.
 
Bovendien is de restrictieve aanpak van migratie tweeslachtig. Er is een officiële migratiestop terwijl – maar men is daarover heel discreet – in bijna alle landen van de EU terug selectieve recruterings-programmas lopen. Men haalt vandaag liever opgeleide verpleegsters uit Bulgarije, dan hier werklozen op te leiden. De Bulgaarse optie is goedkoper. De EU is ook bezorgd over zijn positie in de kenniseconomie. Volgens EU commissaris Frattini zit Europa met een imagoprobleem, slecht 5% van de ‘skilled labour’ komt in Europa terecht terwijl de VS 55% binnenhaalt. Wat is dan de bedoeling van gans die afschrikkingsmachine? Volgens Saskia Sassen:

“Ze zijn de uiting van een falende politiek, maar ook van de geleidelijke corrosie van burgerzin, verantwoordelijkheid, en uiteindelijk van een vorm van menselijkheid zonder dewelke geen enkele beschaafde maatschappij kan overleven.” (Sassen, Saskia 2003, onze vertaling)”

Deze afschrikking creëert een sfeer bij de bevolking van xenofobie tegenover alle arbeidsmigranten. De gevolgen daarvan zijn al meetbaar. Een onderzoek van het FEMAGE-project dat uitgaat van de noodzaak van vrouwelijke migratie en hun integratie in het verouderende Europa was weinig hoopgevend in dat verband. Het onderzoek baseerde zich op de standpunten van 21.000 autochtonen in Duitsland, Estland, Hongarije, Finland, Oostenrijk, Polen, Slovenië en Tsjechië. Twee derden van de respondenten in Duitsland, Estland, Hongarije, Polen, Slovenië en Tsjechië vonden dat er teveel vreemdelingen in hun land waren. In Oostenrijk was dat de helft. Enkel de Finse respondenten leken te aanvaarden dat de veroudering van de bevolking migratie zou noodzakelijk maken.
 
Dit was heel in het kort het verhaal van Frontex, maar in 1999 werd ook Europol actief, een Europese politiemacht. Niet dat we per se tegen politie zijn, maar deze politiemacht opereert zonder enige democratische controle, en daar zijn we wel tegen. Nog zo’n schimmige organisatie van de EU is Eurojust. Eurojust is opgericht in 2002 en gevestigd in Den Haag. Eurojust ondersteunt de samenwerking tussen de gerechtelijke autoriteiten in de hele EU in de strijd tegen grensoverschrijdende zware criminaliteit, onder meer computercriminaliteit, fraude, corruptie, witwassen van geld en milieucriminaliteit. Democratische controle? Onbestaand.
 
Deze xenofobe afschrikkingspolitiek heeft zijn parallellen in het binnenland. In Brussel kiest men eerder voor repressie van de arme arbeidsmigranten, dan voor inclusie. In Frankrijk laat Europa Sarkozy quasi ongestraft Roma deporteren. In bijna alle gewezen Oost-Blok landen loopt het racisme de spuigaten uit.
 
En dan hebben we de ingewikkelde vraag, wat moeten we denken van partijen als de PVV in Nederland, het VB en de N-VA in België. Velen zullen geen problemen hebben met het bestempelen van PVV en VB als extreem-rechts, fascistoïd. Maar klopt dat wel. Als we de definitie van fascisme op Wikipedia erop naslaaan, dan voldoen ze niet aan de definitie. Een belangrijk criterium is daar dat ze geweld gebruiken om hun doel te bereiken, en dat is voor geen van de 3 partijen het geval. Maar ik vind dit persoonlijk een beetje naïef. Als we denken dat het fascisme zich op dezelfde manier zal voordoen als in de jaren dertig dan is er in Europa geen enkele fascistische partij. Maar het is intussen wel duidelijk, dat de staat zijn monopolie van geweld niet meer zal uit handen zal geven zoals in de jaren dertig. Dat zou trouwens direct opvallen. Het gehalte aan democratie is vandaag toch stukken hoger dan in de jaren dertig van vorige eeuw. Bovendien is het individualisme zodanig doorgedrongen in ons maatschappelijk weefsel dat het soort dwepers als Mussolini alleen maar een glimlach zouden losweken.
 
Nee vandaag zal het geweld van de individuele staten komen. Dat hebben we gezien op de top in Genua, waar de eerste anti-globalist werd doodgeschoten. Dat zien we vandaag in Griekenland waar op elke hoek van de straat een soldaat of politieagent staat na de vele rellen die er geweest zijn. Alleen moet die repressieve staat, die repressie verkiest boven inclusie, wel voldoende legitimatie krijgen bij de bevolking. En aan die vereiste voldoen alle drie de partijen die we opnoemden, ze legitimeren een repressieve staat, een staat die uitsluit.
 
Maar in feite zit het nog dieper in het hedendaags politiek weefsel, zowel nationaal als internationaal. Hetzelfde patroon van verarming en polarisering met uitsluiting voor gevolg zien we zowel in de stad Brussel als aan de grens van de Spaanse enclave Ceuta in Marokko, waar vluchtelingen op een mensonwaardige wijze behandeld worden, maar daar hebben we wreedheid in het kwadraat. En natuurlijk is dit fenomeen niet beperkt tot Europa. Op de grens tussen Mexico en de VS loopt de Rio Grande, waar ondertussen ook al honderden doden gevallen zijn bij de arbeidsmigranten die clandestien deze grens trachten over te steken. En dit patroon vinden we op vele plaatsen in de huidige geglobaliseerde wereld terug. En dit is niets anders dan de dagelijkse praktijk van het neo-liberale globalisering project dat per definitie exclusief is, dat uitsluit. En al het gelul over links en rechts, conservatief en progressief (waar Femke Alsema ineens mee komt opdraven) kunnen we hier rustig op een hoopje vegen. Wie dit spel van uitsluiting verdedigt is rechts – en ik pleit hier niet voor alle grenzen open, want dat kan ons sociaal weefsel ook niet dragen, maar er is een verschil tussen er iets willen aan doen, de problemen die ermee gepaard willen aanpakken zonder repressie en zeggen, stuur die armen weg, die vetpotten zijn van ons. Ik denk dat dit de scheidingslijn is die links moet trekken met rechts. En wie dit niet aanvaardt, wie het fundament van exclusie niet in vraag stelt, lult er maar op los.

Referenties
 
BAETEN, GUY, (2009), “Territorialising Brussels: Belgian Devolution and the Spatial Conundrum of a Bilingual Capital”, Divided Cities/Contested States, www.conflictincities.org, University of Lund, Department of Human Geography, Working Paper No. 14, 2009
 
CARLING, JØRGEN, (2007), The Merits and Limitations of Spain’s High-Tech Border Control, The Merits and Limitations of Spain’s High-Tech Border Control, International Peace Research Institute, Oslo (PRIO), June 2007, online http://www.migrationinformation.org/Feature/display.cfm?ID=605
 
COSLOVI, LORENZO, (2007), Brevi note sull’immigrazione via mare in Italia e in Spagna, Centro Studi di Politica Internationale, Roma, januari 2007, on line http://www.cespi.it/PDF/mig-mare.pdf
 
DERUDDER BEN, Peter Taylor, Pengfei Ni, Anneleen De Vos, Michael Hoyler, Heidi Hanssens, David Bassens, Jin Huang, Frank Witlox, Wei Shen and Xiaolan Yang, (2010), “Pathways of Change: Shifting Connectivities in the World City Network, 2000–08”, Urban Stud 2010 47: 1861, DOI: 10.1177/0042098010372682
 
GEETS, JOHAN,  Fernando Pauwels, Johan Wets, Miet Lamberts & Christiane Timmerman (2002) “Nieuwe migranten en de arbeidsmarkt”, Een onderzoek in opdracht van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, in het kader van het VIONA-onderzoeksprogramma
 
KESTELOOT C., MISTIAEN P. & DECROLY J.M. (1998) “De ruimtelijke dimensie van de armoede in Brussel: indicatoren, oorzaken en buurtgebonden bestrijdingsstrategieen”, in VRANKEN J., VANHERCKE B. & CARTON L., mmv. VAN MENXEL G. . eds., 20 jaar OCMW, naar een actualisering van het maatschappijproject, Acco Leuven, p.125-155.
 
KESTELOOT C., LOOPMANS M. (2009) ‘Social inequalities”, Brussels Studies, Synopsis nr 16, 3 March 2009
 
KRZESLO E. (2002), ‘Le travail clandestin, la régularisation, les papiers, le séjour, Aperçu de l’état du marché du travail clandestin en Belgique et à Bruxelles en particulier’, in Aux marges du marché du travail, nr. 3, TEF/ULB, Bruxelles.
 
LUTTERBECK, DEREK, (2006), Policing Migration in the Mediterranean, Mediterranean Politics, Vol. 11, No. 1, 59-82, March 2006
 
MARX IVE, Gerlinde Verbist, Pieter Vandenbroucke, Kristel Bogaerts, Josefine Vanhille; (2009), “De werkende armen in Vlaanderen, een vergeten groep?”, Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck Universiteit Antwerpen Eindrapport 12 mei 2009 Een onderzoek in opdracht van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, in het kader van het VIONA-onderzoeksprogramma
 
SASSEN SASKIA, (1998) “The Global City: Strategic Site/New Frontier”, American Studies, 41:2/3: 79-95, p. 84-85
 
SASSEN SASKIA, (1999) “Globalisering. Over de mobiliteit van geld, mensen en informatie”, Van Gennep Amsterdam 1999
 
SASSEN, SASKIA, (2003), A universal harm: making criminals of migrants, OpenDemocracy, online http://www.opendemocracy.net/people-migrationeurope/article_1444.jsp
 
VANDERMOTTEN, CHR., E. Leclercq, T. Cassiers, B. Wayens (2009) “The Brussels Economy”, Brussels Studies, Synopsis nr. 7, http://www.brusselsstudies.be/PDF/Default.aspx?lien=EN_76_CFB7.pdf&IdPdf=76
 
VAN CRIEKINGEN M. (2006) “What is happening to Brussels’ inner-city neighbourhoods?”, Brussels Studies n°1, http://www.brusselsstudies.be/PDF/Default.aspx?lien=EN_27_BS1_english.pdf&IdPdf=27
 
VERHOEVEN DANIEL, (2007), “Militarisering van de Europese Middellandse Zee grenzen en de Mythe van de Afrikaanse invasie”, thewingsofthecarp.wordpress.com, shortlink  http://wp.me/pmbj2-1pH
 
OUALI, NOURIA, « Mondialisation et migrations féminines internationales », Les cahiers du CEDREF [En ligne], 12 | 2004, mis en ligne le 20 juin 2010, Consulté le 26 novembre 2010. URL : http://cedref.revues.org/545
 

take down
the paywall
steun ons nu!