Donald Trump en Boris Johnson. Friends in high places. Bron: whitehouse.gov/Public Domain
Opinie - Martin Farr, IPS

Boris Johnson zal Donald Trump niet missen

Boris Johnson en Donald Trump leken aanvankelijk voor elkaar gemaakt, maar de liefde was al bekoeld. De Britse premier zal dan ook niet rouwig zijn om het vertrek van de Amerikaanse president, schrijft Martin Farr, historicus aan Universiteit van Newcastle.

dinsdag 17 november 2020 18:59
Spread the love

 

Trumps mantra “Make America great again” en Johnsons “Taking back control” vertonen overeenkomsten, zowel inhoudelijk als wat hun hoofdrolspelers betreft. “Ik ben een steeds grotere bewonderaar van Donald Trump aan het worden,” zei Johnson. “Ze noemen hem de ‘Britse Trump’”, zei Trump over Johnson, en: “Dit is het juiste moment voor Boris”.

Het was het juiste moment in de zin dat deals sluiten de kern vormde van de aantrekkingskracht van Trump en zijn manier van handelen. Hij passeerde allianties en werkte rechtstreeks met andere zelfbewuste, charismatische – mannelijke – leiders. Anders dan veel andere van die leiders was Johnson tenminste verkozen.

Charismatische leiders

Het was ook het juiste moment omdat ze allebei hun positie te danken hadden aan het succesvol bespelen van kiezers en het inhaken op zorgen die traditioneel gezien bij hun tegenstanders hoorden. Ze verpersoonlijkten de weerzin van hun aanhangers tegen de elites. Muren speelden een belangrijke rol, zowel het bouwen ervan als het afbreken ervan.

Het was ook het juiste moment omdat zelfbewuste charismatische leiders hun eigen verhaal vorm konden geven. Trump en Johnson deden dat allebei door uit te blinken in het gebruik van de media – respectievelijk sociale media en krantencolumns.

Het was het juiste moment omdat ze zowel in de VS als Groot-Brittannië aanhangers verenigden in hun woede over een“deep state” binnen de rechtelijke en wetgevende macht, de mainstream media en het culturele establishment.

Kloon en schoothondje

Het was het juiste moment omdat het wellicht de eerste keer was dat een president en premier dienden als “proxy” voor elkaar: ze leken min of meer uitwisselbaar. Johnson werd gezien als “Trumpish”; in Italië was Johnson “Trumps schoothondje” , in Frankrijk werd  Johnson in Downing Street beschouwd als “ongeveer hetzelfde als het installeren van een Trump” . Voor Republikeinen was Johnsons succes “wellicht een opsteker voor de Trumpbeweging in de Verenigde Staten”. Voor een Democraat was Johnson een “een soort fysieke en emotionele kloon van de president ”. Die Democraat was niemand minder dan Joe Biden.

Hoewel hun verschillen eigenlijk groter waren, waren het aanvankelijk de gelijkenissen die de aandacht trokken. Hun fysieke kenmerken waren voer voor karikaturisten: twee witte mannen van middelbare leeftijd in een pak, onmiddellijk herkenbaar vanuit welke hoek ook.

Tegen de partij in

En er was de ongebruikelijk publieke en politieke prominentie van hun familie. Allebei waren ze libertijn, hadden ze diverse huwelijken en relaties achter de rug – en ongeveer vijf kinderen. Allebei waren ze insiders die zich presenteerden als outsiders.

Trump en Johnson riepen meer dan gebruikelijk oppositie en vijandigheid op binnen hun eigen partij. Nooit eerder maakten zoveel collega’s publiekelijk duidelijk dat een kandidaat niet geschikt was als president of premier. Geen van hen beiden zou genomineerd door de partijtop, laat staan verkozen: hun macht lag bij de achterban. Het partijkader steunde ze omdat gedacht werd dat ze nu eenmaal de grootste kans hadden om de macht naar zich toe te trekken. En in 2020, bij het begin van de lente, zouden ze allebei de voorspellingen van critici bewijzen dat hun genialiteit vooral lag in het campagnevoeren en niet zozeer in het regeren.

Ruzie over Huawei

Trumps ontboezemingen over een “geweldige” post-Brexit-vrijhandelsdeal bleken vooral retorisch, en de ruzie over Huawei en 5G toonde aan hoe wat de eenvoudigste post-EU-relatie voor Groot-Brittannië had moeten worden, verrassend snel was verzuurd. Tijdens een telefoongesprek beschuldigde Trump Johnson van verraad en werd hij woedend. Het gesprek werd abrupt afgebroken en het Britse beleid werd aangepast.

Hun laatste ontmoeting was een jaar geleden bij de NAVO-top in Londen. Trumps populariteit in Groot-Brittannië had dan al een dieptepunt bereikt, en het bleef bij een formele handdruk tussen de twee. Daarna werden ze niet meer publiekelijk samen gesignaleerd. Johnson wist zelfs manieren te vinden om Trump niet bij naam te hoeven noemen.

Coronapandemie

Dat het hun laatste ontmoeting was, is te wijten aan de pandemie, de belangrijkste gebeurtenis in de regeerperiode van beiden. Aanvankelijk namen ze covid-19 allebei licht op, en ze raakten uiteindelijk ook allebei besmet. Maar waar de ernstig zieke Johnson overtuigd raakte van de ernst van de situatie, bevestigde het snelle herstel van Trump voor de president zijn visie dat het allemaal wel meeviel. Politiek gezien won het virus.

Van alle relaties tussen presidenten en Britse premiers was die tussen Trump en Johnson en unicum: een zeldzaam voorbeeld van een president die stapel werd op een premier. Maar hoewel veel premiers erg blij zouden geweest zijn met zo’n positie, ging het hier om een president waarvan dergelijke aandacht het minst welkom was.

Voor zover je het kunt zien als bestuursstijlen, waren het Trumpisme en Johnsonisme te definiëren als uitingen van wil. Voor beiden was de charismatisch populistische impuls sterker dan de ideologie. Maar die bestuursstijl schoot tekort tijdens de pandemie. Tussen Trump en Johnson was de relatie ongebruikelijk persoonlijk. Die tussen Johnson en Biden zal dat veel minder zijn – maar daardoor misschien sterker blijken.

 

Foto: The White House, Wikimedia Commons / Public Domain

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!