BOEH! overweegt gerechtelijke stappen tegen verbod op levensbeschouwelijke tekens in scholen
Opinie, Nieuws, België, Gemeenschapsonderwijs, Hoofddoekenverbod - Ida Dequeecker

BOEH! overweegt gerechtelijke stappen tegen verbod op levensbeschouwelijke tekens in scholen

BOEH! (Baas over eigen hoofd) is geschokt door de herbevestiging van de Centrale Raad van het Go! (Gemeenschapsonderwijs) van een algemeen verbod op het dragen van levensbeschouwelijke tekens op school.

maandag 4 februari 2013 18:13
Spread the love

Toen de Centrale Raad van het GO! dit verbod de eerste maal uitvaardigde in september 2009 vocht BOEH! het aan voor de Raad van State (RvS), in naam van een leerlinge. In een eerste arrest legde de RvS een schorsing van het verbod op in afwachting dat het Grondwettelijk Hof zich uit zou spreken over de bevoegdheid terzake van het GO!. In een tweede arrest (10 juli 2012) verklaarde de Raad van State de klacht onontvankelijk, omdat de betrokken leerlinge ondertussen haar middelbaar onderwijs beëindigd had. Over de grond van de zaak, namelijk of een algemeen verbod een schending betekent van de godsdienstvrijheid en de anti-discriminatiewetgeving, sprak de Raad van State zich niet uit.

BOEH! vindt het onbegrijpelijk dat de Raad van het GO! volhardt in de boosheid. BOEH! wijst erop op dat dit verbod, onder het mom van een gelijke maatregel voor iedereen, meisjes en vrouwen treft die een hoofddoek wensen te dragen. Niemand windt daar nog doekjes om, ook niet afgevaardigd bestuurder van het GO! Raymonda Verdyck[1]. Dat is niet meer of minder dan discriminatie op basis van geslacht en godsdienst.

Schijngelijkheid en schijnpluralisme

GO! zegt in zijn pedagogisch project te staan voor diversiteit, voor respect voor de overtuiging en cultuur van eenieder, voor actief pluralisme. Een verbod garandeert het pluralisme  en herstelt de gelijkheid, aldus Verdyck. BOEH! stelt dat gelijkheid die geen verschillen toelaat schijngelijkheid is. BOEH! stelt dat pluralisme dat vrije meningsuiting beknot – zoals het volgen van religieuze kledij voorschriften–schijnpluralisme is. Een ontkenning van diversiteit.

In plaats van een welkom in het onderwijs krijgen moslimmeisjes die een hoofddoek willen dragen en hun ouders de boodschap dat ze er pas bijhoren onder voorwaarden, die hen onder druk zetten om te kiezen tussen enerzijds hun godsdienstbeleving in al zijn facetten (dus ook kledij) en hun schoolkeuze. Hoe moeten ze zich voelen als respect voor hun overtuiging en cultuur er enkel is als ze die niet mogen veruiterlijken? En welke boodschap wordt zo uitgedragen op school en in de samenleving? Iedereen is gelijk, maar de ene is gelijker dan de andere….

Verregaande gevolgen

Dit alles heeft gevolgen voor het welbevinden van moslimmeisjes, voor hun opleidings- en studieperspectieven, hun tewerkstellingsmogelijkheden en hun emancipatie. Gevolgen die veel verder strekken dan de school: ook bedrijven beginnen te stellen dat neutraliteit en dus het verbod op het dragen van een hoofddoek behoort tot hun “cultuur”!

BOEH! stelt dat het aanvaarden van diverse levensbeschouwingen en de veruiterlijkte tekens die erbij horen een logisch uitvloeisel is van de bestaande diversiteit in de samenleving. Moeilijkheden die zich daarrond zouden voordoen in schoolverband, moeten én kunnen anders opgelost worden dan door een verbod op het dragen van levensbeschouwelijke tekens.

Terzake deed BOEH! haalbare voorstellen zowel aan de Raad van het GO! als aan de minister van onderwijs. Die voorstellen gaan uit van een verzoening van het recht van meisjes om een hoofddoek te dragen, van respect voor ieders keuze en van respect voor het pedagogisch project van het GO!. De stilte daarrond is even oorverdovend als de heisa rond de noodzaak van een verbod.

BOEH! overweegt verdere gerechtelijke stappen te ondernemen.
 

Ida Dequeecker namens BOEH

Voetnoten

  • [1]De Standaard, 2 februari 2013

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!