David Cronin leidt de documentaire 'Roadmap to apartheid' in op het filmfestival 'Eye on Palestine' (foto Eye on Palestine)
Interview, Nieuws, Wereld, Palestina, Israël, Eye on palestine, Apartheid, David Cronin -

Apartheid: de realiteit van het Israëlisch-Palestijns conflict

Vrede vzw interviewde journalist en documentairemaker David Cronin op het festival Eye on Palestine. Hij was aanwezig bij de vertoning van de documentaire 'The Road to Apartheid'. David Cronin heeft verschillende artikels geschreven voor kranten als The Guardian, Wall Street Journal Europe, EuropeanVoice, Irish Times en The Sunday Tribune. Hij is nu redacteur bij The Electronic Intifada.

woensdag 2 mei 2012 11:11
Spread the love

Je noemt jezelf een ‘campagnevoerend’ journalist. Wat bedoel je daar mee, wat bracht je hiertoe?

Van 2001 tot 2006 werkte ik voor European Voice, een krant die tot dezelfde mediagroep behoort als het tijdschrift The Economist. Van mijn hoofdredacteurs kreeg ik constant te horen dat ik ‘objectief’ moest zijn. Na een tijdje kreeg ik door wat bedoeld werd met ‘objectief zijn’: het uiten van kritiek op machthebbers wordt niet getolereerd.

Ik schreef onder meer over het buitenlands beleid van de Europese Unie. Toen ik werkte aan een artikel over het Midden-Oosten, waarschuwde mijn hoofdredacteur me geen kant te kiezen tussen de Israëli’s en de Palestijnen. Later besefte ik hoe absurd en walgelijk het was zoiets te zeggen, wetende dat Israel zowat elk aspect van het Palestijnse leven controleert.

Ik voelde me steeds ongemakkelijker in de mainstream media. Ik vind dat journalisten het leven voor mensen in machtsposities moeilijker moeten maken, in het bijzonder wanneer deze mensen hun macht misbruiken. Hoewel ik andere journalisten niet wil vertellen hoe zij hun job moeten uitoefenen, vind ik dat journalisten bereid zouden moeten zijn zich uit te spreken over belangrijke kwesties.

Je bent auteur van het boek ‘Europe’s Alliance with Israel – Aiding the Occupation’. Wat zijn daarin je voornaamste argumenten?

De EU wekt graag de indruk een evenwichtige positie in te nemen tegenover het Israëlisch-Palestijns conflict. De afgevaardigden van de EU gaan prat op hun generositeit tegenover de Palestijnse volkeren, omdat ze de grootste hulpverlener ter wereld zijn van de Palestijnse Autoriteit.

Toen ik onderzoek begon te doen naar de relaties van de EU met Israël, realiseerde ik me dat het land wordt behandeld als een gelijkwaardig lid van de EU. Die relatie zal de komende maanden alleen maar versterkt worden wanneer het Europese Parlement een nieuw handelsakkoord tussen de EU en Israël goedkeurt.

Dit akkoord is bekend als het ACAA (Agreement on Conformity Assessment and Acceptance of Industrial Products). Het klinkt saai en technisch, maar is in feite politiek. Eens het ACAA-akkoord wordt bekrachtigd, zal Israël de mogelijkheid hebben vervaardigde goederen naar de EU te exporteren zonder aan kwaliteitscontroles te worden onderworpen. Dit betekent dat Israël een belangrijke stap zet in haar integratie in de interne markt van de EU. Dit gebeurt ondanks het feit dat de EU wettelijk verplicht is de handelsvoorwaarden met betrekking tot de mensenrechten te respecteren bij elk handelsprivilege dat het Israël biedt.

Er zijn heel wat andere voorbeelden van samenwerkingen tussen de EU en Israël die ik zou kunnen aanhalen. Wat me bijvoorbeeld bijzonder dwars zit, zijn de voordelen die Israëlische wapenbedrijven halen uit Europese subsidies voor wetenschappelijk onderzoek. In sommige gevallen zijn Belgische universiteiten betrokken bij door de EU gefinancierde projecten rond het bedrijf Israel Aerospace Industries (IAI), dat veel van de onbemande gevechtsvliegtuigen (beter bekend als ‘drones’) maakt die gebruikt worden bij aanvallen en toezicht op de inwoners van Gaza. Zo heb ik bijvoorbeeld weet van een project met IAI waarbij de KU Leuven betrokken was.

In mijn ogen is het compleet onaanvaardbaar dat het Europese belastinggeld gaat naar het belonen van bedrijven die profiteren van Israëls misdaden tegenover het Palestijnse volk.

Tijdens het filmfestival ‘Eye on Palestine’ leidde je de recent verschenen documentaire ‘Roadmap to Apartheid’ in. Wat is je mening over deze documentaire?

Het is een zeer sterke documentaire, één die iedereen gezien moet hebben en een aanrader voor wie nog niet vertrouwd is met het Israëlisch-Palestijns conflict. Hoewel de situatie vaak als erg complex wordt omschreven, toont deze documentaire dat ze niet zo moeilijk te begrijpen is. Na de documentaire raad ik iedereen aan het heldere en toegankelijke boek ‘Israeli Apartheid: A Beginner’s Guide’ van Ben White te lezen.

Gaat de vergelijking volgens jou op tussen het Apartheidsregime in Zuid-Afrika en het huidige Israëlische regime?

Ja. Wat mij opviel toen ik ‘Roadmap to Apartheid’ bekeek, was dat zelfs de terminologie gebruikt door Zionisten in Israël-Palestina veel overeenkomsten vertoont met die van de blanke suprematisten in Zuid-Afrika, in sommige gevallen is ze zelfs identiek. In het Zuid-Afrika van de Apartheid werden zwarte politieke activisten vaak onderworpen aan ‘administratieve detentie’ – ze werden gevangen genomen zonder beschuldiging of proces. Israël doet hetzelfde met Palestijnse gevangenen vandaag.

De officiële definitie van apartheid van de Verenigde Naties verwijst naar de dominantie van een raciale groep over een andere. Israël oefent duidelijk zo’n vorm van apartheid uit. Deze vorm heeft vele componenten. Om er maar enkele te noemen: Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever wordt drinkwater ontzegd, terwijl Joodse nederzetters een paar kilometer verderop in een zwembad plonsen; in grote delen van de Westelijke Jordaanoever zijn wegen exclusief voorbehouden voor Israëli’s; Palestijnen worden dagelijks geconfronteerd met militaire controleposten, in tegenstelling tot Israëli’s.

Een andere punt dat ik wil benadrukken is dat de onderdrukking van Palestijnen door de Israëli’s misschien wel extremer is dan de onderdrukking van de zwarte meerderheid ten tijde van de apartheid in Zuid-Afrika. Het apartheidsregime was weerzinwekkend, maar de zwarten werden nooit onderworpen aan een grote aanval met de technologisch meest geraffineerde oorlogsvliegtuigen ooit. Het volk in Gaza weet hier evenwel alles over. Israël terroriseerde de anderhalf miljoen inwoners van Gaza eind 2008 en begin 2009 drie weken met onophoudelijke bombardementen.

Aan het eind van de documentaire zegt een Zuid-Afrikaanse activist dat het mogelijk is voor de Palestijnen en Israëli’s om in vrede samen te leven. Wat moet er volgens jou gebeuren voordat dit effectief tot stand kan komen? En hoe kunnen mensen als jij en ik hieraan bijdragen?

Eén van de voornaamste redenen voor het eind van de blanke overheersing in Zuid-Afrika was dat gewone mensen van over de hele wereld Zuid-Afrika boycotten en eisten dat de Zuid-Afrikaanse overheid sancties zou worden opgelegd.

We kunnen diezelfde tactiek gebruiken tegenover de Israëlische apartheid. De campagne voor boycot, desinvestering en sancties (BDS) tegen Israël is vrij pril, maar neemt toe.

BDS kan een zeer sterk educatief instrument worden om het publiek te onderwijzen over de Israëlische apartheid. Ik leerde voor het eerst over de apartheid in Zuid-Afrika in de jaren tachtig, toen ik met mijn moeder boodschappen deed in een buurtwinkel. Mijn moeder stapte toen naar de winkelier en zei dat ze geen sinaasappelen zou kopen die van Zuid-Afrika kwamen, een land waar zwarten basisrechten werd ontzegd.

Door te weigeren Israëlische goederen te kopen en deel te nemen aan de campagne tegen de Israëlische apartheid, kunnen we bewustzijn creëren rond de vreselijke misdaden die Israel pleegt. Als we hard genoeg werken, kunnen we deze apartheid verslaan, net zoals de vorige generatie activisten een eind hielpen maken aan de blanke overheersing in Zuid-Afrika.

Vertaald uit het Engels door Judith Lindekens

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!