De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Antropoloog Rik Pinxten over zijn nieuwste boek: “Als nakomelingen profiteren wij nog altijd van de effecten van het kolonialisme”

Antropoloog Rik Pinxten over zijn nieuwste boek: “Als nakomelingen profiteren wij nog altijd van de effecten van het kolonialisme”

donderdag 7 november 2019 19:13
Spread the love

In zijn nieuwste boek Kuifje wordt volwassen: Over de dekolonisering van de geest pleit emeritus-professor in de culturele antropologie Rik Pinxten (UGent) voor een globale mentaliteitswijziging. Zijn boek leest als een praktische handleiding vol voorstellen tot verandering, om mentaal te dekoloniseren en vervolgens met de hele mensheid globale uitdagingen te kunnen aanpakken.

 door: Magali Bruneel

Wat was voor u de aanleiding om dit boek te schrijven?

“Ik merkte dat er rond de jaren 1990 een mentaliteitsverandering plaatsvond in Europa. De Berlijnse Muur was gevallen en de Sovjetunie stortte in, terwijl in het Westen het neoliberalisme samen met de Amerikaanse president Ronald Reagan en de Britse premier Margaret Thatcher opkwam. Wij dachten toen dat we gewonnen hadden en dat de hele wereld ‘Westers’ en kapitalistisch zou worden, iets wat we al vijf eeuwen probeerden te bereiken via kolonisatie. Het idee dat de geschiedenis zou stoppen, overheerste. De overtuiging was er dat onze cultuur en onze waarden en normen superieur waren, en dat de rest van de wereld die zou overnemen.”

“In diezelfde periode introduceerde politicoloog Samuel Huntington zijn theorie van botsende beschavingen. Volgens hem zou de wereld bestaan uit verschillende beschavingen of ‘culturele blokken’, en zouden we de planeet moeten gaan beheersen via de speltheorie. Als er bijvoorbeeld drie blokken zijn die strijden om de hegemonie en één slaagt erin om met de tweede een alliantie te vormen tegen die derde macht, dan wint de eerste overal. In zijn redenering zijn er enkel monolithische, uniforme beschavingen die sowieso zullen botsen. En dus moet het Westen via slimme allianties de rest van de wereld beheersen. Maar er bestaat niet zoiets als ‘de Westerling’, ‘de Chinees’ of ‘de islamiet’. Er zijn in alle bevolkingsgroepen invloeden van andere volkeren.”

“Maar de theorie van Huntington sloeg aan en het Westen ging de wereld bespelen zoals een schaakbord. Dat zie je nu ook bij Amerikaans president Donald Trump in hoe hij China op de kast wil jagen en tegelijk de rest ervan wil overtuigen dat hij dat doet omdat de Amerikaanse belangen op het spel staan. Bij de speltheorie wil je je eigen belangen maximaliseren door de ander pijn te doen. Dat weerhoudt ons ervan om mondiale uitdagingen, zoals de klimaatopwarming, samen aan te pakken. Er is plots overal competitie met als doel om de eigen marktwaarde te bewijzen.”

“Er was ook een toename van nationalistische identiteitspolitiek. Denk maar aan het Vlaams Blok in de jaren 1990. Die politiek en het debat over verschillende ‘culturen’ bevinden zich op mijn academische terrein. Ze halen de gemeenschappelijke grond van de wereldbevolking weg en dat net wanneer we voor een aantal mondiale uitdagingen staan, zoals de klimaatcrisis, de uitputting van niet-hernieuwbare grondstoffen, het verlies aan biodiversiteit, de migratiecrisis en de structurele ongelijkheid en armoede. We zitten nu allemaal in een situatie waar er feitelijke globale en onderlinge afhankelijkheid is. We moeten dat beseffen en het onafhankelijke denken uit de 19de eeuw laten vallen. Dat is het opzet van mijn boek.”

Uw boek draagt de naam van Kuifje in de titel, maar eigenlijk gaat het niet over het stripfiguurtje.

“Kuifje is hier gebruikt als een metafoor voor de Westerling. De blonde journalist is wereldberoemd, en de strips zijn in alle talen vertaald. We blijven hem doorgeven en lezen. Maar Kuifje moet volwassen worden en beseffen dat hij maar één van de zovelen is en in alle bescheidenheid moet luisteren naar de anderen. Dat laatste doet hij nooit. Hij weet het zelf altijd beter. Als hij al iets van anderen verneemt, dan is dat om hen daarna te vertellen hoe verkeerd zij het voorhadden.”

Sommige Kuifje-albums zijn doorheen de jaren aangepast, omwille van kritiek. Zo werd een geschiedenisles die Kuifje aan jonge Congolezen gaf over “jullie vaderland België” in Kuifje in Afrika, vervangen door een wiskundeles. Een goede oplossing?

“Dat blijft met handen en voeten in de koloniale tijd zitten. Kuifje is een blank betwetertje dat overal de juiste waarden en normen bezit. In het beste geval gaat hij die meegeven om anderen uit de miserie te halen. In het slechtste gaat hij op anderen schelden. Overal zijn de anderen slecht, enkel Kuifje is goed. Die betweterigheid is echt een koloniale houding: “Wij weten wat goed is voor de mens, wij kunnen alles aan en we gaan dat overal gaan opdringen. Wie dat niet wil aanvaarden, is een slechterik. Waarom? Omdat wij verder dan hen staan.”

Dat luisteren naar elkaar is iets waar u voor pleit in het dekolonisatiedebat. Wat vindt u het compromis van de roetpiet in plaats van de Zwarte Piet?

“Ik vind dat we in dergelijke discussies over de koloniale houding eigenlijk niet ver genoeg gaan. Het is typisch academisch dat er overal ter wereld groepen ontstaan van postkoloniale denkers die zich gaan verenigen tegen ‘de witten’, wat opnieuw een raskenmerk is. Zo gaan we er niet geraken. Ja, je bent benadeeld, en in het beste geval kan die schade hersteld worden en moeten we ervoor zorgen dat het schadelijke gedrag stopt. Maar we moeten onszelf ook afvragen hoe we mondiale problemen gaan aanpakken met de nodige diversiteit. Door opnieuw eigen kampen te vormen en een eigen leer te vestigen die de andere wegzet als “zoals wij maar met een ander raciaal kenmerk”, ga je opnieuw polariseren. Dat is niet voldoende.”

“Je kan die pieten wit maken, maar de hele geladen sfeer errond blijft. Hoe kan je dat ombuigen? Het is een heel symbolisch iets en mensen voelen zich in die hele discussie vaak op hun tenen getrapt, wat niet nodig is. Je kan er inventief mee omgaan. We kunnen bijvoorbeeld een talentenjacht op tv organiseren om het hele kinderfeest van Sinterklaas opnieuw in te vullen. Sommige mensen zullen daardoor gechoqueerd zijn, maar er kunnen daar heel leuke dingen uit voortkomen. Waarom niet? Dat kan perfect en dan focus je niet meer enkel op het verleden. Dan creëer je iets verbindend waarin iedereen aan bod komt, en dat iedereen zich eigen zal willen maken. Ten slotte heeft onze huidige invulling van het Sinterklaasfeest ook nog maar weinig gemeen met het oorspronkelijke verhaal van de Heilige Man. Sint-Nicolaas evolueerde doorheen de eeuwen altijd mee met de politiek van de dag. En als die eventuele nieuwe invulling zou inhouden dat de figuren van Sint en Piet helemaal verdwijnen, dan is dat geen probleem. Het zou een verbindend feest worden rond het samenzijn van kinderen in een gemengde maatschappij. Maar even voor de duidelijkheid: voor mij hoeven Sint en Piet niet meteen te verdwijnen.”

Enkele weken geleden wilde de G7 Brazilië hulp bieden om de branden in het Amazonewoud te bestrijden, waarop president Jair Bolsonaro dat een kolonialistische ingreep noemde. Het feit dat er een beslissing werd genomen over zijn land, dat niet tot de G7 behoort en dus geen medezeggenschap heeft, vindt hij voorbijgestreefd. Hoe ziet u dat conflict?

“Bolsonaro gaat heel ver. Hij is als een soort straatvechte die zijn eigen gang mag gaan– wellicht voor de belangen van een kleine groep. De massa-ontginning van het Amazonegebied draait om houtkap en goudkoorts. Ze zal leiden tot de verwoestijning van het hele gebied. Met radicale roofbouw zullen ontginners tien tot vijftien jaar zeer veel geld verdienen. De langere termijn interesseert hen niet. Zij beweren dat het woud van hen is en dat de rest van de wereld er niets over mag zeggen, net omwille van het koloniale verleden. Het klopt dat het woud niet van ons is en dat we er foute zaken hebben gedaan en zelfs nog steeds doen. Maar het Amazonewoud is een heel ecosysteem dat boven nationale belangen uitstijgt. Nationale grenzen en die van het zogenaamde privébezit moeten overschreden worden. Er zit niets anders op.”

“Terwijl het anders kan. In Bolivia is er bijvoorbeeld een grote natuurlijke rijkdom aan lithium, een grondstof voor batterijen. Daar is een president met een inheemse achtergrond aan de macht: Evo Morales. Dat garandeert natuurlijk niet alles, maar voor het eerst in jaren is er iemand die min of meer democratisch is verkozen en die het contact met zijn achterban onderhoudt. Met hem kan je samenwerken. De G7 zou daar kunnen beslissen om, op vlak van de lithiumhandel een goed voorbeeld te stellen. Hetzelfde geldt voor bedrijven: zij kunnen kiezen voor duurzame handel in plaats van winstmaximalisatie. Daar mag meer aandacht naartoe gaan.”

In uw boek spreekt u van burgerinitiatieven en “een revolutie die van onderuit zal komen, maar niet van bovenaf”. Heeft u dan geen enkele hoop voor maatregelen vanuit de overheid?

“Via burgerinitiatieven ontstaat er gedragenheid en gaan we elkaar onderling beter begrijpen. Als we de producenten van ons voedsel enkel kennen door wat we hier voor hun producten moeten betalen, dan is dat je enige ervaringsgrond. Dat is niet gezond. Als zij vanuit hun verre locatie vinden dat er meer voor hun producten betaald moet worden, dan zijn zij gewoon de vijanden die je meer willen doen betalen.”

“Maar als je zelf samen met anderen dingen maakt en plant, heb je een fundamenteel andere ervaringswereld dan in die eerste situatie waar je enkel consument bent. Dan kan je op een andere manier begrijpen wat de leefwereld is van die producenten. Je kan elkaar ontmoeten en naar elkaar luisteren. In dat opzicht is van onderuit werken echt fundamenteel. Je kan dat niet vervangen door top-downpolitiek.”

Maar die top-downpolitiek kan toch wel een aanvulling zijn voor burgerinitiatieven, of niet?

“Toegegeven, op bepaalde niveaus moet je afspraken maken die het lokale niveau overschrijden. Dat kan niet anders. Er zijn dingen die prioritair moeten blijven zoals mondiale uitdagingen. Het is natuurlijk een idealistische wens, maar de situatie mag nooit meer voorkomen dat iemand om zijn of haar lokale belangen het in de rest van de wereld onleefbaar maakt. Zoals ik al eerder zei, is de wereld nu al feitelijk economisch afhankelijk. Erken dat, en probeer vanuit dat inzicht aan politiek te doen. Ik denk dat er dan twee opties zijn: ofwel via dictatorschap, maar dat gaat altijd gepaard met veel bloedvergieten en uiteindelijk gaan dictators altijd onderuit. Ofwel via een beweging die van onderuit zal opkomen. Dat moet je dan als democratische partij wel gaan voordragen en niet jonge mensen zoals klimaatbetogers aanvallen. Zij beginnen terecht aan te voelen dat ze binnen vijftien jaar geen toekomst meer zullen hebben.”

U duidt de VN aan als instrument voor een mondiale, gedekoloniseerde samenwerking. Maar is het dan geen probleem dat de VN zelf een Westerse oorsprong hebben?

“Ik denk niet dat die westerse oorsprong op zich een probleem is. Je moet het natuurlijk wel open en democratisch willen laten werken en dat is een probleem. Ten eerste is het lidmaatschap van de VN enkel voor staten. Het staatsniveau is maar één niveau. Voor sommige zaken is dat belangrijk, voor andere minder. Wat doe je met middenveldorganisaties, ngo’s en dergelijke? Waarom mogen die niet even zwaar wegen? In een aantal dossiers zouden ze zelfs zwaarder moeten wegen dan de staten omdat zij meer competenties hebben.”

“Ook het handvest van de VN, de Mensenrechtenverklaring, moet universeler worden. Ons Westerse uitgangspunt was er de basis van en dat leeft er nu nog te sterk in door. Nu we een orgaan hebben dat relatief goed functioneert, moet de wens er zijn om dat voortdurend te optimaliseren. Er moet machtsdeling zijn, maar blijkbaar is dat een zeer moeilijke zaak.”

“Onder presidenten Ronald Reagan en George W. Bush klonk het in Amerika dat de VN en VN-organisaties zoals UNESCO te veel geld kregen, en dat de nationale steun afhankelijk moest zijn van wat de VS er konden uithalen. Dan ga je dat instrument gebruiken om de ene partij een voordeel te geven, en de andere een nadeel. Nu zijn de VN een ontmoetingsplaats, wat goed is – beter één dan geen – maar het is geen echte wereldregering.”

U pleit voor schaamte bij het dekolonisatiedebat. Maar hoe is dat relevant voor de Westerse mensen vandaag? Wij hebben er toch zelf niet aan bijgedragen?

“Nee, de koloniale tijd was die van onze voorvaderen. Maar wij, als hun nakomelingen, profiteren vandaag nog altijd van de effecten van kolonisering. De ongelijkheid en sociale verhoudingen lopen door tot vandaag en worden zelfs meer en meer op de spits gedreven. Als je weet dat je hier bijna geen betaalbare kleren kunt kopen, tenzij ze gemaakt zijn door kinderhandjes, dan zit je in een koloniale mentaliteit. Dat valt niet te ontkennen. Ook kobalt in onze smartphones is door kinderen, op gevaar van eigen leven, uit mijnen gehaald. Als consument kunnen we die verhoudingen veranderen, maar dan moeten we eerst beseffen dat ze niet correct zijn.”

“Bij schaamte kan je geen schuld afkopen. Bij een schuld vereffen je een rekening die je na afbetaling kan vergeten. Medemensen worden dan schuldeisers en je gaat enkel nog op zoek naar een deal die voor jou het voordeligst is. Bij schaamte kan dat niet. Je vraagt je af hoe de situatie verkeerd liep en staat stil bij het gebeurde. Schaamte staat toe dat je een andere visie krijgt op wat gebeurd is. Bij de discussie over teruggave van geroofde artefacten en kunst tijdens de kolonisatie, gaat het debat nu ook vaak over rekeningen vereffenen. Maar zo zullen we er niet komen. We moeten anders leren omgaan met ons erfgoed, met mensen wereldwijd. Als je dan enkel focust op rekeningen vereffenen, volstaat het om die gewoon te betalen.”

 

 

© 2019 – StampMedia -Magali Bruneel

EPOU_19_0634_COV Kuifje wordt volwassen.indd

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!