De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

America’s War on Women. Enkele feministische reflecties naar aanleiding van de nakende Amerikaanse presidentsverkiezingen.
De Wereld Morgen, Opiniestuk, Internationaal feminisme, War on women -

America’s War on Women. Enkele feministische reflecties naar aanleiding van de nakende Amerikaanse presidentsverkiezingen.

dinsdag 6 november 2012 18:10
Spread the love

Woensdagochtend weten we eindelijk wie de 45ste president van de Verenigde Staten wordt. Hoewel de strijd om het presidentschap nog steeds een exclusief mannelijke aangelegenheid is – iets wat niet meteen zal veranderen nu duidelijk wordt dat Minister van Buitenlandse Zaken Hillary Rodham Clinton de Amerikaanse politiek binnenkort vaarwel zegt – is het niettemin toch de vrouwelijke stem die doorslaggevend zal zijn tijdens deze verkiezingen. De stemkeuze van vrouwen en minderheden bepaalde alvast de overwinning van Barack Obama in de race naar het Witte Huis in 2008. Hij kon namelijk rekenen op zo’n drieënvijftig procent van de vrouwelijke kiezers, in combinatie met een grote Afro-Amerikaanse achterban. Aangezien de keuze van etnische minderheden voor democratische kandidaten redelijk voor de hand liggend was en nog steeds is in het raciaal verdeelde Amerika, draaien de huidige presidentiële campagnes van zowel Barack Obama als Mitt Romney op dit moment voornamelijk om het paaien van (welbepaalde) vrouwelijke kiezers. Al heeft het wel tot het tweede presidentiële debat geduurd vooraleer Obama en Romney ook echt gendergerelateerde kwesties aanhaalden.

Niettemin blijkt de vrouwelijke kiezer momenteel oppermachtig te zijn in het kiesproces, en dit is, gezien de erbarmelijke evolutie van vrouwenrechten en de huidige War on Women in de VS, best wel ironisch.

War on Women I. Het vrouwonvriendelijke beleid van de VS

Nu, als het op misogynie aankomt, spant de Amerikaanse overheid onder invloed van allerlei conservatieve lobbygroepen, de Grand Old Party en de uiterst populistische Tea Party-beweging echt de kroon. Zo heeft de VS nog steeds het Vrouwenverdrag (CEDAW) tegen vrouwendiscriminatie niet geratificeerd en daarnaast heeft het buitenlandse beleid van de regeringen Clinton en Bush desastreuze gevolgen gehad op vlak van internationale reproductieve gezondheid door onder meer de Amerikaanse export van anticonceptiemiddelen naar ontwikkelingslanden terug te dringen. En dan hebben we de republikeinse War on Terror nog niet vermeld: die werd namelijk gevoerd onder het mom van een geperverteerd feminisme waarmee niet-Amerikaanse vrouwen zogezegd uit de handen van barbaarse, patriarchale culturen gered moesten worden.

Ook het binnenlandse Amerikaanse beleid zit, feministisch bekeken, momenteel in het slop: het aantal eenoudergezinnen met vrouwelijke gezinshoofden en de daarmee gepaard gaande feminisering van armoede nemen alsmaar toe. Dit terwijl genderspecifieke wetten zoals de Affordable Care Act (die gezondheidszorg voor vrouwen en moeders garandeert) en de Violence Against Women Act meer en meer onder vuur liggen. Daarnaast – en dit is misschien nog het meest schrikbarende – worden er vanuit conservatieve hoek verwoede pogingen ondernomen om de twee belangrijkste Amerikaanse vrouwenrechten terug te schroeven, namelijk het vrouwenstemrecht en het recht op abortus. Het terugdraaien van Roe v. Wade (waarmee het recht op abortus in de VS constitutioneel gemaakt werd) is misschien niet zo heel verrassend in een land waar de zogenaamde religieuze Moral Majority er alles aan doet om het concept van personhood, of het idee dat het leven van een embryo begint op het moment van de bevruchting, op te dringen. Tel daar nog wereldvreemde uitspraken zoals die van de conservatieve senaatskandidaat Todd Akin over het conceptuele verschil tussen zogenaamde legitieme en illegitieme verkrachting van vrouwen bij, en je weet meteen dat er iets schort aan het Amerikaanse beleid ten aanzien van vrouwenrechten. De situatie is dus al extreem problematisch en is de laatste tijd zelfs verergerd door toedoen van conservatief rechts, dat er alles aan doet om zoveel mogelijk vrouwen hun stemrecht af te nemen.

Vrouwenstemrecht legaal en retorisch onder vuur genomen

Het Amerikaanse vrouwenstemrecht – dat in 1920 constitutioneel werd verklaard, maar pas echt gold voor alle Amerikaanse vrouwen vanaf 1965 toen de Voting Rights Act de separatistische Jim Crow-wetten voor Afro-Amerikanen teniet deed – wordt namelijk zwaar onder vuur genomen. Dit jaar alleen al hebben conservatieve belangengroepen in 34 staten geprobeerd om zogenaamde voter ID laws in te voeren. In de 14 Amerikaanse staten waar deze wet sindsdien is geïmplementeerd, moet men voortaan een identiteitskaart met foto kunnen voorleggen om te stemmen. Dit is niet zo vanzelfsprekend, aangezien Amerikanen het gewend zijn om zich aan de hand van hun rijbewijs te identificeren.

Deze maatregel dient zogezegd om stemfraude tegen te gaan, maar lijkt vooral verzonnen te zijn om minderheids- en kansengroepen, ouderen, daklozen en transgenders uit het stembureau te weren – allemaal groepen waarbij de administratieve procedure voor een ID wel eens te veel zou kunnen kosten of te lang in beslag zou nemen. Ook bepaalde vrouwelijke potentiële kiezers worden hierdoor hard getroffen: vrouwen die tot deze kansengroepen behoren, of die recent gehuwd of gescheiden zijn (en bij het huwen vaak de achternaam van hun man hebben aangenomen), moeten ook een hele administratieve rompslomp doorlopen om te bewijzen dat ze echt zijn wie ze zeggen te zijn, vooraleer ze zo’n identiteitskaart kunnen verkrijgen. In een land waar de stemopkomst al niet erg hoog is, is dit uiteraard een extra vorm van kiezertje-pesten; pestgedrag dat vooral democratisch gezinde kiezers uit kansengroepen raakt. En aangezien uit onderzoek is gebleken dat vrouwelijke kiezers sinds de jaren ’80 voornamelijk op democratische kandidaten stemmen, moet de republikeinse partij er alles aan doen om deze kiezers voor zich te winnen. Of moet men radicale pogingen ondernemen om hen – zoals bovenstaand voorbeeld aantoont – van de stembus weg te houden. Vrouwen tellen dus wel mee als kiesvee voor de republikeinen en conservatieven, maar ze winnen toch vooral liefst de zieltjes van vrouwen die passen in hun eigen mooi opgepoetste wereldbeeld. Vandaar dat de campagne van Romney vooral gericht is op de Plain Janes – de gemiddelde, blanke Amerikaanse arbeidsters – en de religieuze, behoudsgezinde soccer moms.

De meer conservatieve media in de VS probeert het stemrecht van vrouwen daarnaast nog op een andere, meer slinkse wijze te schaden: zoals de media in de tijd van de suffragettes een antifeministische retoriek hanteerden om aan te tonen dat vooral slechte moeders en agressieve, bazige feministes stemrecht wilden verkrijgen, spelen ze vandaag in op een al even opvallend seksistisch vrouwbeeld. Zo verschijnen er meer en meer conservatieve opiniestukken – meestal geschreven door Tea Party-leden – waarin gezinspeeld wordt op het feit dat vrouwen niet met hun gezond verstand kiezen, maar zich laten leiden door hun onvoorspelbare en oncontroleerbare emoties. Alsof dit allemaal nog niet 19de-eeuws genoeg is, publiceerde het normaal gezien onpartijdige CNN onlangs een artikel waarin stond dat vrouwelijke kiezers geheel en al beïnvloed worden door hun ovulatiecyclus tijdens het stemmen. Het desbetreffende artikel werd al snel van CNN gehaald omdat het onderzoek op onbewezen hypotheses bleek gebaseerd te zijn. Maar dit incident toont wel aan dat de vrouwelijke kiezer, zeker in conservatieve kringen, nog steeds niet even serieus wordt genomen als de mannelijke.

War on Women II. And America’s next president should be…

Stel nu dat de Amerikaanse vrouwelijke kiezer toch al deze hindernissen overwint, op wie zou ze dan het beste stemmen, wil ze haar rechten niet verliezen? Hoewel het evidente antwoord hier Obama is, kan het zeker geen kwaad om de genderretoriek en houding tegenover vrouwenrechten bij beide kandidaten nog eens onder de loep te nemen.

…Mr. Romney?

Mocht Mitt Romney verkozen worden, dan zal hij er waarschijnlijk alles aan doen om zijn conservatieve achterban tevreden te houden. Dit bleek ook al tijdens de presidentiële campagne waarin zijn standpunten langzamerhand radicaler werden; wat hem overigens de bijnaam van “Flip-Flop” Romney opleverde, omdat hij constant veranderde van mening aangaande vrouwenrechten. Zoals de zaken er nu voor staan, zal Romney als president Roe v. Wade terugdraaien en het federale budget blokkeren voor Planned Parenthood, de non-profit organisatie die strijdt voor reproductieve rechten en seksuele opvoeding.

Daarnaast maakte Romney ook niet echt een goede beurt met z’n binders full of women-opmerking, waarmee hij kenbaar wou maken dat hij als voormalig gouverneur van Massachusetts actief naar vrouwelijke medewerksters voor zijn kabinet zocht. Alleen had hij in de plaats van dit paternalistische en licht surrealistische antwoord – wie spreekt er nu over vrouwen alsof ze in dossiers geklasseerd kunnen worden?  – beter minder ontwijkend geantwoord op de vraag wat hij als president zou doen om de loonongelijkheid tussen mannen en vrouwen te veranderen. Overal ter wereld voelden feministen zich ontzettend geschoffeerd door de genderinsensitieve attitude van Romney, wat dan weer een hele reeks hilarische internet memes opleverde.

…Mr. Obama?

Wat Barack Obama betreft: de media hebben hem er alvast niet van kunnen beschuldigen een radicale feminist te zijn – zoals ze dat destijds bij “Pantsuit” Hillary uiteraard wel deden. Obama haalde niettemin tijdens zijn eerste presidentstermijn vaak feministische kwesties aan, zoals het belang van het doorbreken van het glazen plafond en de dubbele shift die werkende moeders vaak moeten ondervinden. Ook op het vlak van gezondheidszorg voor vrouwen heeft hij veel bereikt.

Maar het heeft tijdens deze campagne toch lang geduurd eer hij zich expliciet durfde labelen als een voorstander van vrouwenrechten. Het leekt wel of Obama wachtte om zich als progressief te outen om louter en alleen Romney een hak te zetten. Zo sprak hij zich redelijk laat uit als voorstander van het homohuwelijk en accentueerde hij pas zijn vrouwvriendelijke beleid nadat Romney zijn standpunten rond abortus en reproductieve gezondheid had meegedeeld. Zijn website The Life of Julia, waar Obama op het fictieve levensverhaal van Julia focust, past helemaal in deze strategie: door de concrete uitwerkingen van het vrouwonvriendelijke beleid van Romney op het leven van Julia te tonen, die helaas wel enkel de blanke Amerikaanse middenklasse vrouw representeert, zet Obama zijn eigen sociaalbewuste beleid, inclusief Obamacare, in de verf. Hoewel Obama’s feministische houding bij momenten dus een tikkeltje te strategisch overkomt, is hij wel de enige presidentskandidaat die Roe v. Wade door en door zal blijven steunen en daarnaast andere genderkwesties niet uit het oog zal verliezen.

America’s War on Women: to be continued?

Barack Obama blijkt volgens de laatste polls inderdaad meer vrouwelijke stemmen te halen dan Mitt Romney. Maar zelfs als Obama daadwerkelijk straks al die stemmen krijgt, dan nog staan de VS, dankzij de republikeinse meerderheid in het Huis van Afgevaardigden, op feministisch vlak nog zware tijden te wachten. America’s War on Women is dus nog niet meteen afgelopen…

Dit opiniestuk verscheen eerder vandaag op het Nederlandse online tijdschrift LOVER.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!