Opinie - Olivier Goessens

‘Als vrijheid van ondernemen botst op vrijheid om waardig te leven, dan kiezen wij voor het laatste’

Dat er nog jongeren de oude recepten van het liberalisme blijven nakauwen ondanks de overweldigende burden of proof, vinden wij eerlijk gezegd nogal wereldvreemd. De fulminerende jonge LVSV’er lijkt wel de keizer zonder kleren: iedereen ziet dat hij in zijn blootje staat, behalve hijzelf.

maandag 12 december 2016 10:10
Spread the love

Het is geen toeval dat de interesse voor een herverdeling van de rijkdom, arbeidsduurvermindering en groene transitie vandaag opleeft, de sociale en ecologische crisis dwingen namelijk tot reflectie over hoe we met de samenleving omgaan. Voor sommige liberalen die misschien geen last ondervinden van de crisis, is zo’n ideologisch debat over de inhoud blijkbaar problematisch. Alexander Casier van de ultra-liberale studentenclub LVSV deed gisteren een poging het maatschappijbeeld van de groeiende PVDA onderuit te halen. Dat hij echter geen enkel programmapunt van PVDA en COMAC op de korrel neemt maar enkel fulmineert over verre landen en vervlogen tijden, toont aan hoe ongeloofwaardig de liberale sprookjes geworden zijn.

Het liberalisme zit in diepe crisis. Een acute politieke crisis voor zowel de Franstalige liberalen die volop betrokken zijn in het Kazakhgate schandaal als de Vlaamse liberalen die het debacle van de Turteltaks maar niet krijgen rechtgezet en nu ook de neergang van hun goudhaantje Maggie De Block moeten verwerken die met besparingen in de sociale zekerheid en de zorg meer dan alleen de witte woede over zich heeft neergehaald. De regering waarin zij de grootste politieke familie vormen, doet het ook slecht: de liberale minister van Begroting komt bijna wekelijks met een nieuwe uitleg waarom het gat in de begroting nu eens 2,4, dan weer 4,2 of zelfs 8 miljard euro groot is. En wat doen elites als ze in een geloofwaardigheidscrisis terecht komen? Een zondebok zoeken en het alternatief voor hun mislukking met modder bekladden.

Open VLD-kopstukken Gwendolyn Rutten en Vincent Van Quickenborne gooiden met hun opiniestukken al heel wat modder naar de PVDA, maar Alexander Casier, erelid van de ultra-liberale studentenclub LVSV waarvan ook Bart De Wever en Karel De Gucht bekende gezichten zijn, koos resoluut voor stinkende drek in zijn stuk voor De Morgen. Casier doet uitschijnen dat hij wil weten waar de PVDA echt voor staat. Een mens zou denken dat hij bij het schrijven van zijn opinie een kijkje is gaan nemen in het partijprogramma en de teksten van de PVDA. Dat blijkt echter ijdele hoop: Casier neemt niet één voorstel van de linkse partij op de korrel. Uit zijn pen vloeien lange streken over vervlogen tijden en verre landen. Over waar het naartoe moet met onze samenleving vandaag geen woord. De Miljonairstaks, de 30-uren-week, toegankelijke geneeskunde, de klimaatneutrale economie: het moet allemaal wijken voor Casiers wereldreizen om zijn dierbare vrije-markt-liberalisme de hemel in te prijzen.

Sinds het liberalisme vrij spel heeft gekregen in de jaren ’80 en ’90, is de wereld er enkel welvarender op geworden voor een kleine elite. De rest van de bevolking wordt aan het lijntje gehouden met besparingen, bedrijfssluitingen, privatiseringen, hogere taksen en stijgende facturen. Op het rijkste continent van de wereld, bakermat van het kapitalisme, is het aantal Europeanen dat over onvoldoende financiële middelen beschikt om de woning te verwarmen of om onvoorziene uitgaven te dragen, tussen 2009 en 2013 toegenomen met 7,5 miljoen mensen, tot 50 miljoen. Volgens Oxfam komt dat doordat de rijken teveel invloed hebben op het beleid. Al dat liberale besparen en privatiseren gaat namelijk gepaard met allerlei voordelen en achterpoortjes voor de rijken, waardoor amper 62 individuele kapitalisten vandaag meer dan de helft van de wereldwijde rijkdom naar zich hebben toegetrokken.

In België leeft ondertussen al 15 procent van de bevolking in armoede. Het zou de liberalen sieren om toe te geven dat zij een groot aandeel hebben in die toenemende ongelijkheid. Dat afgezaagde riedeltje dat het allemaal de schuld is van ‘de staat’, van ‘overheidsinterventies’ en ‘overheidsregulering’ overtuigt niemand uit de mond van een politieke familie die al dertig jaar in de regering zit. Al dat verketteren van de overheid is alleen maar een excuus om als machtspartij bepaalde grote problemen niet aan te pakken. Die onverantwoorde struisvogelpolitiek is nog het meest schrijnend als het over het klimaat gaat. Terwijl wetenschappers al jaren afkondigen dat het vijf voor twaalf is voor de planeet, komt de Vlaamse Regering niet verder dan maatregelen in de verre toekomst waarvan de Vlaamse minister-president grapt dat “hij ze wellicht niet meer zal meemaken”. Niet alleen in Vlaanderen, maar overal ter wereld waar liberale opvattingen het beleid bepalen, worden klimaatdoelstellingen afgeremd zodat ze de winstmogelijkheden van het bedrijfsleven niet zouden storen. Volgens Naomi Klein is het kapitalisme zelf in oorlog met het klimaat.

Het liberalisme was ooit een mooi ideaal. Verlichtingsfilosofen in de 18e eeuw wilden een einde stellen aan de barbaarsheid van het feodalisme en predikten tegenover de despotische standenmaatschappij een samenleving van vrijheid, broederlijkheid en … gelijkheid. Voor dat laatste bleek het openbreken van de markten voor privéondernemingen echter niet te volstaan. Zonder de grote vooruitgangen van het kapitalisme te ontkennen op vlak van technologie en communicatie, moeten we toch vaststellen dat de doorbraak van het kapitalisme in de 19e-eeuw vooral miserie bracht voor de meerderheid van de bevolking – veelzeggend het ‘proletariaat’ genoemd, ‘zij die niets meer bezitten behalve hun kinderen’. Het lot van de arbeidersklasse begon pas te beteren toen zij vakbonden oprichtten en met betogingen en stakingen de sociale bescherming afdwongen waar wij vandaag nog van genieten. Niet de markt, maar de organisatiekracht van de werkende bevolking zorgt ervoor dat de ongelijkheidscurve na verloop van tijd begon te dalen.

En dan hebben we het nog niet gehad over wat de winstjacht van de grootste westerse bedrijven betekende voor de volkeren in de derde wereld. In naam van Koning, Kerk en Kapitaal toverden westerse legers de “onbeschaafde continenten” om in wingewesten voor goedkope grondstoffen en goedkope arbeidskrachten. De koloniale winsten waren fenomenaal, de onderdrukking en het bloedvergieten naargelang. Vandaag nog hebben 9 van de 15 rijkste families in België hun fortuin te danken aan de onderwerping van Congo. Ondertussen zijn er twee wereldoorlogen en een aantal opstanden en revoluties gepasseerd. Maar net zoals in de 20ste eeuw de Amerikaanse regering zonder verpinken een staatsgreep pleegde in Guatemala ten voordele van de United Fruits Company of onder aanvuren van de neoliberale paus Milton Friedman de militaire dictatuur van Pinochet in Chili hielp invoeren, zijn wij opgegroeid met de NAVO-oorlogen van Bush & Co voor de controle over de olie- en gasvelden in het Midden-Oosten. De liberalen zijn doorgaans blind voor al dit geweld. Misschien zijn ze te druk bezig met er munt uit te slaan.

Crisis

Geconfronteerd met al die uitdagingen, proberen PVDA en COMAC antwoorden te bieden die vertrekken vanuit de concrete problemen van de mensen en met het welzijn voor ogen van de gehele bevolking – niet enkel van de 1% die profiteerde van de bankencrisis en nu op een berg van slapend privékapitaal rust dat in Europa alleen al 3.000 miljard euro bedraagt. Om de sociale en ecologische crisis het hoofd te bieden, stellen wij een miljonairstaks voor die enkel aan de 2% rijksten een bescheiden bijdrage vraagt maar wel tussen 8 en 10 miljard euro per jaar oplevert. Gecombineerd met het sluiten van fiscale achterpoortjes voor multinationals zijn zo investeringen mogelijk in de sociale zekerheid, de pensioenen, het openbaar vervoer en het onderwijs en kan de overheid zelf de motor zijn voor nieuwe investeringen die jobs opleveren en de economie weer doen draaien. Een ander voorstel dat werkgelegenheid schept en een oplossing biedt voor de oplopende werkdruk is de arbeidsduurverkorting naar een werkweek van 30 uur.

Als marxisten zijn wij er echter van overtuigd dat een programma om uit de huidige crisis te geraken niet volstaat om op lange termijn de steeds terugkerende cyclus van crises die inherent is aan het kapitalisme te stoppen. Daarvoor is het nodig om delen van de economie op een rationele en democratische manier te kunnen plannen. Ook de klimaatcrisis vereist volgens steeds meer experts een grootschalige en planmatige aanpak die niet compatibel is met de dogma’s van de vrije markt. De jonge liberaal Alexander Casier huivert van dat idee. “Wat de andere politieke partijen dringend duidelijk moeten maken, is dat mensen die nog planeconomiee?n verdedigen niet meer als ernstige gesprekspartners kunnen worden beschouwd”. Nochtans vragen wij niets wat nog niet bestaat. Een multinational als IKEA plant vandaag al de just-in-time delivery van honderdduizenden onderdelen in 389 winkels in 48 landen. Het verschil is dat op dit moment de bevolking niet te zeggen heeft over de prioriteiten of werkwijzen van de economie. Dat IKEA dit jaar een ongeziene 42 miljard winst aan haar rijke aandeelhouders uitdeelt, maar haar werknemers in steeds precairdere en flexibele contracten dwingt.

Als de vrijheid van ondernemen botst op de vrijheid om waardig te leven, dan kiezen wij voor het laatste. Dat wil niet zeggen dat er in een socialisme 2.0 geen enkele ruimte meer kan zijn voor privé-initiatief en kleinschalig ondernemerschap. Enkel de banken, de publieke diensten en de sleutelsectoren van de industrie zouden idealiter gestuurd worden door een democratische overheid onder controle van een rechtstreeks verkozen parlement. In tegenstelling tot het Washington of Brussel van vandaag zou dat parlement geen draaideur moeten zijn met het bedrijfsleven, maar een weerspiegeling van de bevolking waar burgers en middenveld ook tussen de verkiezingen door inspraak krijgen. Uiteraard weten we dat die sociale, ecologische en democratische omschakeling niet voor morgen zal zijn. Wij hebben daarvoor ook geen blauwdruk of model. Maar als onze generatie een leefbare en veilige toekomst wil, moeten we onze creativiteit aanspreken om die nieuwe weg uit te gaan. Dat er nog jongeren de oude recepten van het liberalisme blijven nakauwen ondanks de overweldigende burden of proof, vinden wij eerlijk gezegd nogal wereldvreemd. De fulminerende jonge LVSV’er lijkt wel de keizer zonder kleren: iedereen ziet dat hij in zijn blootje staat, behalve hijzelf.

Olivier Goessens is ondervoorzitter van Comac.

take down
the paywall
steun ons nu!