Bron: Dr. Li Yan
Interview - Ng Sauw Tjhoi

“Alleen door samen te werken krijgen we het virus klein”

Dr. Li Yan, één van de 40.000 Chinese dokters die tijdens de lockdown in Wuhan zijn gaan helpen gaf een interview aan oud-VRT-journalist Ng Sauw Tjhoi, die China al jaren volgt.

donderdag 4 juni 2020 21:52
Spread the love

 

Tijdens de lockdown in Wuhan werd er niet geapplaudisseerd om 20u, maar de “mensen hingen banners uit hun raam. ‘Go Wuhan, go China!’ Zo werden we aangemoedigd en gewaardeerd”, vertelt dr. Li Yan mij in een ‘Zoom-interview’ dat ik van haar kon afnemen. Haar getuigenis greep me erg aan, eerder in mei, tijdens een webinar georganiseerd door de Beijing People’s Association for Friendship with Foreign Countries, Beijing NGO Network for International Exchanges en Beijing Medical Women’s Association (op 13 mei 2020).

De lockdown full force in Wuhan hield zowat 11 miljoen inwoners in “hun kot” tussen 23 januari en 8 april, ofwel 76 dagen. Meer dan 40.000 dokters en een meervoud aan verplegend personeel zijn in Wuhan, aan de zijde van de 1,5 miljoen vrijwilligers uit de stad zelf (14 procent van de plaatselijke bevolking), COVID-19 gaan bestrijden.

Dr. Li Yan is één van de dokters die zich hebben aangeboden. Een actieve vrouw van 43 jaar, moeder van een zoon van 6, getrouwd. “Toen mijn man en ik gingen trouwen heb ik hem gewaarschuwd dat ik een workaholic ben, (lacht). Soms moet ik wat meer vrije tijd nemen en met mijn gezin doorbrengen.” Ze werkt soms lange dagen. Mensenlevens redden kent geen prikklok. Maar gaan helpen in Wuhan? “Dat heb ik vrij snel voor mezelf beslist, dat ‘moest’ ik doen.” Ik zie een goedlachse Chinese dokter met chirurgisch hoofdkapje en in een witte doktersschort op m’n laptopscherm. Ook al is het virtueel, de toon is gezet.

Bron: Dr. Li Yan

Dr. Li Yan, u werkt en leeft in Beijing, U werkt al meer dan 18 jaar als intensive care-arts op de afdeling Long- en ademhalingsziekten van het Academisch Centraal Ziekenhuis Xuanwu, had u in uw ziekenhuis al Covid-19-patiënten behandeld voor u naar Wuhan ging?

“Nee, ik heb mijn eerste Covid-19-patiënten behandeld in Wuhan. Eind januari waren er bij ons in Beijing nog geen coronapatiënten. Mijn afdeling heeft 12 bedden. Toen lagen er patiënten met andere aandoeningen. Maar we hoorden veel berichten over Wuhan. En in ons ziekenhuis had de directie al een dringende oproep voor vrijwilligers gedaan. Ik heb mij vrij snel op de lijst gezet. Eerst heb ik natuurlijk met mijn man overlegd. We hebben namelijk nog een zoon van 6 jaar en we zorgen ook voor mijn ouders. Maar ze hebben mij allemaal gezegd om te gaan. Ik ben ze erg dankbaar, het was voor hen geen gemakkelijke beslissing!

U zelf heeft wel snel en gedecideerd beslist, waarom neemt u zo’n risico, want u was toch al op de hoogte dat het een gevaarlijk virus was, anders zou er ook niet tot een lockdown overgegaan zijn?

“Klopt, … wel, ik ben maar een gewoon mens, hoor, ik ben een eenvoudige arts die dagelijks zijn werk zo goed mogelijk probeert te doen. Maar we weten van vorige virus-uitbraken dat het nodig is om heel snel en met vele handen aan de slag te gaan. Een virus rust ook niet, toch? En voor mij persoonlijk was het verder een kans om mijn medische kennis te verbeteren en meer ervaring op te doen. Ik vind dat ik als dokter de plicht heb elke mens te helpen, waar dan ook. En, weet u, ik wil ook in mijn medisch werk mijn idealen van medemenselijkheid en dienstbaarheid waarmaken. Ik ben echt geen uitzondering.” (lacht)

Kan u vertellen hoe de voorbereiding van de hulpmissie naar Wuhan voor u verlopen is?

“U weet dat de uitbraak van het virus samenviel met het Chinees Nieuwjaar. Dat is voor ons een familiefeest, ook enkele vrije dagen, en iedereen komt dan naar huis en is gezellig bij elkaar. Maar tijdens het feest voelde ik al dat ‘de plicht snel zou roepen’, want het werd duidelijk dat er een grote nood zou ontstaan aan dokters met kwalificaties zoals ik heb. Op de derde dag van het Nieuwjaar, 27 januari, kreeg ik van het ziekenhuis een tekstbericht dat er een hulpteam moest gevormd worden. Ik kreeg het bericht vlak voor lunchtijd, en we moesten om twee uur op de luchthaven zijn. Ik had dus erg weinig tijd om te pakken en om afscheid te nemen.”

Hoe was het hulpteam samengesteld? En … bent u eigenlijk lid van de Communistische Partij?

(Lacht hard en luid) ”Natuurlijk ben ik lid van de CPC (via Zoom laat ze trots haar speldje zien dat op haar witte schort is vastgemaakt) en ons team bestond ongeveer voor de helft uit leden en voor de andere helft uit niet-leden van de partij. We waren met 136, waarvan 100 verplegend personeel en 36 dokters. Allemaal vrijwilligers. We namen het vliegtuig waarin 5 ton medisch materiaal mee werd genomen maar ook veel zaken voor dagelijks gebruik en voedingswaren. Velen van ons hadden ook nog pakken instant noodles mee.”

Ja, typisch, hé! Was u zenuwachtig toen u het vliegtuig instapte?

“Ik zou liegen als ik nee zou antwoorden. Ja, we waren allemaal erg nerveus. We plaagden elkaar met mopjes als “eens in het vliegtuig is ons leven out of control”. Tijdens de vlucht was het echt muisstil. Ik denk dat iedereen zich als een soldaat voelde die naar het front afreist om zijn landgenoten te gaan verdedigen op risico van eigen leven. Zo beeldde ik mij dat in.

Het is ook echt wel een oorlog tegen dat virus, hé. De vlucht leek extra lang te duren. Uiteindelijk kwamen we na 11 uur ’s avonds aan in het hotel waar we de hele tijd zouden verblijven. Ik ben die nacht pas na uitpakken en zo om 1u naar bed gegaan, maar heb geen oog dicht gedaan. Velen van ons hebben niet kunnen slapen, ik denk dat we allemaal dachten aan de patiënten die we de volgende dag zouden gaan helpen.”

Bron: Dr. Li Yan

De beelden van de Chinese ziekenhuizen die ik me herinner van internetfilmpjes en zo gaven mij een massale en zeer sterk geordende indruk. Klopt dat, was dat ook zo in het ziekenhuis in Wuhan waar u ging helpen?

“U moet weten dat op dat ogenblik er meer dan 4.000 patiënten in Wuhan waren en er kwamen heel erg snel veel besmettingen bij. Toen we het ziekenhuis (Wuhan Medical Union Hospital) binnenkwamen was het – om eerlijk te zijn – één grote chaos.

De ziekenzalen waren ver van in orde, stoelen en tafels slingerden rond, apparatuur nog half ingepakt, de bedden waren technisch nog niet in orde. Het was een extra bijkomend ziekenhuis dat we helemaal van scratch hebben moeten omvormen tot een Covid-19-ziekenhuis. We moesten klaar staan voor 800 patiënten, maar eigenlijk hebben we alles moeten inrichten, terwijl de eerste zieken binnenkwamen. In de dagen erna raakte alles gelukkig goed georganiseerd, en konden we steeds meer coronapatiënten opnemen. Het was die eerste week dubbel zo hard werken.”

U bent de tel van het aantal mensen dat u hebt behandeld kwijtgeraakt, vertelde u mij, maar herinnert u zich nog uw allereerste Covid-19 patiënt?

“Ja, … het was een koppel, een ouder koppel. Ik herinner me hen nog heel goed. Ik voel me nog steeds wat verdrietig als ik aan hen denk. Ze waren beiden 72 jaar oud en kwamen hand in hand het ziekenhuis binnen. De man vertoonde milde symptomen maar zijn vrouw was heel erg ziek. Ze werden beiden beschouwd als Covid-patiënten en moesten dus gescheiden behandeld worden, toch wou de man bij zijn vrouw blijven. Maar we konden dat niet toelaten, de man mocht niet bij haar blijven, volgens het protocol.

En als ik nu terugkijk, vind ik het zo erg dat we dat hebben moeten doen. De vrouw stierf enkele dagen later en haar man heeft haar niet meer kunnen zien voor ze is gestorven. Ik voelde me er toen, maar ook nu nog steeds, echt slecht bij. En toen we het lichaam van de vrouw naar het mortuarium moesten brengen, dook er een ander onmenselijk probleem op.

Volgens de reglementering moesten we eerst een handtekening van een familielid hebben voor we de overleden vrouw konden verplaatsen. Maar haar man en kinderen waren in quarantaine en mochten niet naar het ziekenhuis komen om hun handtekening te plaatsen. We zijn dan het droevig nieuws thuis bij de oude man moeten gaan vertellen. Ik zie zijn gezicht nog voor mij, met al zijn verdriet. We hebben hem woorden van steun gegeven en zijn nog lange tijd bij hem blijven zitten. Uiteindelijk hebben we erna aan het management gevraagd de reglementering aan te passen. En dat is ook gebeurd. Reglementen moeten menselijk blijven.”

Hier wordt vaak in de media gezegd dat de coronacijfers in China onderschat zijn. Wat vindt u van deze uitspraak?

“Als u het hebt over het aantal Covid-19-doden … in Wuhan, en ik denk overal in het land, moesten we elke overleden Covid-19-patiënt registreren met een uniek nummer. Aan het einde van elke dag werden deze registraties gerapporteerd aan de Gezondheidsdienst van Wuhan, die dat daarna bezorgde aan de Nationale Gezondheidsdienst. Dus volgens mij is het onmogelijk om het aantal doden ‘onder te rapporteren’.”

Kan u wat meer vertellen over het lockdown-leven buiten het ziekenhuis, was er echt niemand op straat, verliep de bevoorrading van eten en zo vlot?

“Wel, in het algemeen wel, maar vooral tijdens de eerste twee weken was het echt moeilijk leven. Het begin van de lockdown was ook de strengste periode. De levering van voeding en drank, en andere dagelijks noodzakelijke producten, en ook medicijnen, verliep echt moeilijk. Het transport naar Wuhan werd maar mondjesmaat toegelaten na strenge controle. Maar na die twee weken veranderde het vrij snel.

Voor ons vrijwilligers geraakte het goed geregeld. In het hotel konden we goed eten, we kregen ook van de regering kleding voor alle weersomstandigheden, want in die periode is het in Wuhan heel erg wisselvallig weer. We hadden ook de mogelijkheid om psychologische bijstand te vragen. Velen van ons hebben zoveel overlijdens moeten meemaken. Gelukkig was het ook mogelijk om te wandelen rond een meer achter het hotel, of te badmintonnen of om Chinees kaarten te spelen.

Bron: Dr. Li Yan

En hoe was de sfeer in de stad zelf? Beelden die ik van Wuhan zag op het internet spraken boekdelen: een echte spookstad.

“Ja, zo goed als … Toen we aankwamen in Wuhan, van de luchthaven naar het hotel, leek de stad inderdaad compleet verlaten. Dat is het beeld dat ik overhou aan heel die periode. Echt alles was en bleef dicht, niemand te zien. Het enige dat in de straat bewoog waren straathonden of hier en daar een kat. We zijn 65 dagen in Wuhan gebleven, in heel die periode was dat het straatbeeld. Supermarkten, winkels, galerijen, café’s, restaurants, allemaal dicht. De straten leeg. Maar er waren ook verrassende dingen.

Vele inwoners waren dapper en optimistisch en hingen zelfgemaakte spandoeken uit het raam met aanmoedigingen zoals ‘Go Wuhan! Go China!’ We vonden dat grappig maar ook aanmoedigend. Soms was er zelfs iemand die vanuit zijn raam voor ons een lied begon te zingen! Of iemand die ons toeriep dat we onszelf goed moesten beschermen. Dat was echt een teken van waardering voor ons, als we van het ziekenhuis naar ons hotel liepen. … Echt ontroerend.”

Dat gaf jullie nog meer energie om die zware taken in het ziekenhuis verder te zetten, zijn er nog andere bronnen waaruit u kracht putte?

“Weet u, toen ik u zei dat ik soms meer tijd wil steken in mijn man en gezin, en ik een workaholic ben, moest ik denken aan de keren dat ik met mijn zoon ben gaan vissen.” Ik kijk verwonderd: “vissen?” onderbreek ik haar “… ja, ik ga graag vissen. Ik leer mijn zoon daarmee het belang van geduld. Je moet je resultaat verdienen en leren geduldig zijn. Dat is een belangrijke levensles.

En in mijn beroep is dat ook zo. Mensen die je met geduld en grote zorg behandelt, lijken soms achteruit te gaan, maar dan ineens vindt er een wonder plaats en overleeft de patiënt. Eigenlijk geldt dit ook voor onze missie in Wuhan. Velen dachten dat we voor onze dood tekenden toen we naar Wuhan gingen. Maar als we niet zouden zijn gegaan waren er nog meer doden gevallen. Door ons geduldig en volhoudend doorzetten, zijn er mensen gered en genezen. Dat is het wonder, het resultaat. De vis, na lang geduldig volhouden!”

Hebt u dat ook echt meegemaakt, of is het eerder iets dat u voor velen wenst?

“Beiden, (lacht). Ik heb een 91-jarige patiënt gehad. U weet dat ons principe is ‘Geef nooit iemand op’. Of men nu oud of jong is, man of vrouw, omdat we geloven dat ‘leven het meest kostbare’ is. En het is voor ons, dokters, onze job ieder bedreigd leven te redden, zo goed als mogelijk. Wel, de patiënt waarover ik het wil hebben, was, in de drie weken voor hij naar ons ziekenhuis gebracht werd, al van het ene naar het andere ziekenhuis gebracht. Hij had het zwaar te pakken. Hoest, hoge koorts, ademhalingsproblemen en al een aantasting van beide longen.

Toen wij hem extra medicatie wilden toedienen, weigerde hij eerst. Hij trok op een bepaald moment zelfs alle draden en infusen los, en zei dat hij geen behandeling meer wilde. Hij beweerde dat hij te oud was, zelfs al zou hij genezen, hij had toch niet meer zoveel jaren voor zich. Geef de medicijnen maar aan de jongere en gezondere patiënten. Dat kost ook allemaal zoveel geld! En hij was verdrietig. We hebben hem getroost en gerustgesteld.

Covid-patiënten worden gratis behandeld, de onkosten worden door de regering gedragen. Dat wist hij niet. En dan hebben we hem over de streep getrokken. We zeiden hem, na alle inspanningen die hij en wij hadden geleverd moest hij verder doen met de behandeling, samen met ons. Uitendelijk werkte hij goed mee. We hebben een bloedtransfusie toegepast, anti-virale medicijnen gegeven en enkele traditionele Chinese kruiden. Na 22 dagen raakte hij genezen. En wonderwel bleek uit later onderzoek dat hij anti-stoffen had aangemaakt. Dat maakte hem minstens 6 maanden immuun, en misschien nog langer. Bij zijn afscheid kwam hij ons allemaal bedanken en waren wij samen met hem ontroerd. Het is voor mij een levend voorbeeld van wat we bedoelen met ‘Geef nooit iemand op’.”

Bron: Dr. Li Yan

65 dagen lang hebt u het beste van uzelf gegeven, samen met duizenden anderen. Hoe kijkt u terug op uw ervaringen in Wuhan?

“Weet u, velen van ons, ik ook, lijden, na deze hulpmissie in Wuhan, aan het PTSS-syndroom (Posttraumatic stress disorder syndrome). Soms huil ik nog steeds ineens zonder dat ik weet waarom. Maar we hebben ook veel levenslessen geleerd. Voor mij is de eerste les de kracht van een team. We hebben nu een band die meer dan vriendschap betekent.

Toen we vertrokken moest ik daar al aan denken. Stel dat ik ziek zou worden in Wuhan, dan zouden mijn collega’s van mijn team de enigen zijn die mij kunnen redden. We hebben daar onderling veel over gepraat. En dat heeft ons allemaal sterk gemaakt, met elkaar verbonden voor het leven. En een tweede les gaat over het leven zelf. We hebben zoveel moeten omgaan met leven en dood. We hebben mensen zien zweven tussen leven en dood. We hebben mensen het leven zien afgeven. Het heeft me geleerd dat ook al kan het leven zwaar zijn, het leven is het allerkostbaarste.”

De internationale situatie is niet alleen op vlak van gezondheid moeilijk maar ook de politieke verhoudingen tussen het Westen en China komen meer en meer in zwaar weer terecht. China krijgt kritiek. Wat vindt u ervan?

“Wel, ik heb nu enige ervaring met de strijd tegen Covid-19, ik kan u zeggen dat China het echt goed heeft gedaan. De regering heeft echt de epidemie ingedijkt door strenge maar terechte maatregelen te nemen. En ook door het werk van de duizenden vrijwilligers zijn er wellicht duizenden mensen gered van de dood. Ik vind het ook goed dat de regering ons nu geruststelt op economisch vlak, en dat we ons niet teveel zorgen moeten maken, dat de gezondheid van de mensen voorop staat.

Ik zou voorstellen aan iedereen die China wil beoordelen, dat men dat zou doen vanuit het perspectief dat iemand in zijn eigen familie door Covid-19 getroffen is, dan zou men ook alles doen om zijn familielid te redden. China is vanuit dat perspectief vertrokken en ik vind dat onze inspanningen – van regering en vrijwilligers – waardering verdienen. Uiteindelijk leven we allemaal samen op deze planeet en maken we best samen een toekomst. Ik heb nu zelf meegemaakt dat alleen door samen te werken het virus klein kan gekregen worden.”

Bron: Dr. Li Yan

Ik bedank dr. Li Yan, voor het interview, en ook veel dank aan Jia Li en Hong Jie van de People’s Association for Friendship with Foreign Countries. We zwaaien hartelijk naar elkaar via onze beeldschermen.

De zoomsessie is voorbij. Het laptopscherm staat weer op ‘zwart’. En ik zit nog even voor me uit te kijken. En denk. President Trump zou maar eens Covid-19 moeten krijgen, en hopelijk behandeld worden door dr. Li Yan. Zou er dan wereldvrede kunnen ontstaan? En oké, ik zal dan ook maar in mijn naïeve fantasie Trump laten genezen van corona. Het is toch maar een dagdroom.

 

Dit interview is eerder gepubliceerd op chinasquare.be.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!