Over de onkwetsbaarheid van De Wever.

Over de onkwetsbaarheid van De Wever.

maandag 12 oktober 2015 12:09
Spread the love

Het bestaan van dit boekje (1) is in hoge mate de schuld van VRT-journaliste Linda De Win. Tijdens een uitzending van Villa Politica vanuit het Vlaams Parlement omschreef ze mij als iemand die geen hoge pet op heeft van dat parlement. Die opmerking verraste mij, want ik vind dat wij nooit parlementen genoeg kunnen hebben -versta: fora voor democratische vertegenwoordiging en expressie-. Tegelijk verraste ze me ook weer niet, want het misverstand duikt wel vaker op. Wie ooit enige scepsis liet blijken over de idee van de Vlaamse onafhankelijkheid, zoals ondergetekende, krijgt immers al gauw het odium een soort soort Vlaamsheidnegationist te zijn, erger nog, iemand die wordt verteerd door nostalgie naar de oude, unitaire staat, ook al bestaat dat ‘Belgique à papa’ sinds de eerste staatshervorming van 1970 niet meer (blz 7).

Ook een ander icoon van onze neutrale en onpartijdige (2) openbare omroep, Ivan De Vadder, krijgt er een veeg uit de pan (blz 9) als hij het in zijn boek (3) heeft over ‘het begin van het einde van België’ : In tijden van politieke crisis is het niet ongewoon dat nuances de plaats moeten ruimen voor polarisering. En een crisis is ongetwijfeld wat politiek België sinds juni 2007 meemaakt, al was het maar omdat openlijk de vraag is gerezen naar de bestuurbaarheid van het land. Toch verklaren de omstandigheden niet alles. De polarisering kan er evenzeer op wijzen dat de politiek wordt beheerst door karikaturale opvattingen… Wanneer een misverstand een karikatuur heeft doen ontstaan kan ze een eigen leven gaan leiden en een ‘selffulfilling prophecy’ in de hand werken. Het hangt er maar vanaf hoe een wemeling van feiten, gebeurtenissen en uitspraken in het korset van een verhaal wordt geduwd en daar een zin, een oriëntering en een interpretatie krijgt. Zo wordt een perceptie een realiteit, ook in de hoofden van journalisten die de feiten moeten duiden. Het is dan ook allerminst neutraal en integendeel erg subjectief om de politieke crisis samen te vatten als ‘het begin van het einde van België’ (blz 9).

Na één jaar Michel I weten wij dat het einde van België inderdaad nog niet voor direct is, zoals destijds, in het najaar van 2007, werd verkondigd door de stortvloed van buitenlandse journalisten, ‘zowel Russen als Amerikanen, Fransen als Nederlanders, Australiërs als Canadezen en zelfs een Japanner. Ze waren omringd door een meute ‘stringers en fixers’ afgezakt naar Brussel (doorgaans niet verder) omdat ze als gevolg van de moeizame regeringsvorming in de stellige overtuiging verkeerden dat ze er het einde van een staat konden meemaken. Alsof België Bangladesh was, dat eindelijk door het water zou worden verzwolgen’ (blz 10) schreef Reynebeau.

Met of zonder N-VA, het maakt schijnbaar dus een wereld van verschil. Met de sossen zijn immers ook de communautaire kwellingen en potverterende hangmatwalen verdwenen (4). Van een land waar niets nog marcheerde is men in geen tijd geëvolueerd naar de noodzakelijk realistische en vastbesloten aanpak (een misverstandig rekenfoutje niet te na gesproken) in woelige tijden.

De Wever en zijn partij worden in de laatste De Standaard en VRT peiling de mythische status van onkwetsbaarheid aangemeten (5). In hun zog volgt de ganse zogenaamde centrum-rechtse regering die manmoedig stand houdt ondanks het roepen van de oppositie, de protesten tegen de besparingen en een beukende asielcrisis, zoals deredactie.be (tot twee maal toe voor de slechte verstaander) opsomt.

We weten het onderhand wel, het kan verkeren in peilingen. Niet langer meer Di Rupo als rustige vastheid en redder des vaderlands, net voor de laatste verkiezingen nog met voorsprong de uitverkoren premier (met ruime voorsprong winnaar van De Block, De Wever en Peeters).

Wel Charles Michel dus (terug een Waal, hoffelijk als we zijn in Vlaanderen). Vader Louis (de andere) noemt zijn zoon al de nieuwe Wilfried Martens (al zie ik het nog niet zo gauw gebeuren : Michel IX).

Ten behoeve van dagelijkse blad- en schermvulling : het getwitter van de dagelijkse waan, het gekibbel, de stoere uitspraken (de kinderbijslag flodder van OCMW voorzitter Smeyers om er eentje uit te pikken) en het haantjesgedrag. De politicus, vandaag entertainer als amateur kok, quiz kandidaat of verwoede sportfreak, morgen handige arrangeur van de 180° bocht of belangeloze bepleiter van ieders belang en/of behoud van het (there is no alternative) status quo.

Eén van de laatste, kwalijk ruikende dossiers dat ons in de maag werd gesplitst was ‘dieselgate’. Net als met de financiële crisis staat men te kijken van de omvang en de stank die deze beerput van de moderne economie produceert. Hoe politici, journalisten en academici zich hebben gedragen als waterdragers van een immoreel geconstrueerd bouwsel (wij wisten het allen al heel lang).

En hoe dit dossier zijn tentakels uitsteekt naar zoveel andere : de TTIP onderhandelingen, de kwalijke gevolgen voor het klimaat (neen, nieuwe berekeningen voor Uplace of Oosterweel zijn niet aan de orde) of de immense invloed eens te meer van de lobbygroepen om er maar enkele te noemen.

Daags nadien werd de bladzijde al voorzichtig omgedraaid. Op enkele na noteerden beurswaarden business as usual en stak de amusementsindustrie (le nouveau K 3 est arrivé en De Rode Duivels zitten op de bus naar Frankrijk) een tandje bij.

De meegaande oppervlakkigheid en commercie van de media of de helaasheid op de dagelijkse politieke bühne kunnen echter niet de grote verhalen blijven verstoppen waar mensen uiteindelijk mee te maken krijgen.

De internationale context ook waarin alles zich meer en meer afspeelt, en ongelijkheid of conflict die niet stopt aan een of andere grens. Het getuigt van nogal wat arrogantie als Belgische beleidslieden vol te houden dat wij op deze internationale scène veel in de pap te brokken hebben (6).

Het status quo van de huidige liberale (vergeet het centrum) regering houdt in dat de 1% ongemoeid blijft, dat de sociale bouwstenen van een samenleving omwille van de besparingen steeds meer onderuit worden gehaald en dat het op de eerste plaats de meest kwetsbaren zijn die worden geviseerd.

Dit status quo is gebouwd op los zand, net zoals de illusie van een zogenaamde onkwetsbaarheid. Het is niet meer dan het (weliswaar fijntjes uitgevoerd) separatistisch oor dat De Wever en zijn partij enige jaren geleden velen heeft aangenaaid. Een wijd verspreide en kinderlijk simpele truc ook : de goede herder, beschermer van zijn schapen voor de (inwisselbare, van walen over roden naar asielzoekers) vijandige wolven. 

Het is noodzakelijk, ook met tegenwind, dit telkens weer te onderstrepen. En verder te bouwen aan alternatieven die rusten op meer stevige fundamenten. Immers, na de opvallende zege van Jeremy Corbyn  bij het Britse Labour, zegt ook de Amerikaanse Democratische presidentskandidaat het onomwonden : “De macht van de miljardairs is de meest cruciale kwestie van vandaag” (7).

Hop naar Thomas Piketty als laureaat Nobelprijswinnaar economie. 

 

(1) Onze kant van het bed, mythes van de Belgische politieke crisis, Marc Reynebeau, Van Halewyck 2009.

(2) Zo wisten ze aan de Reyerslaan een paar dagen geleden met veel bombarie, en na een onderzoek door externe partijen, via onze verzamelde media te verkondigen. Over de andere (nog meer) commerciële zenders hoeven wij ons geen enkele illusie te maken.

(3) Het koekoeksjong,Van Halewyck, 2008.

(4) Een zeldzame oprisping in Linkebeek (om het af te leren) te na gesproken.

(5) Deredactie.be, vrijdag 9 oktober.

(6) Zie bij wijze van voorbeeld het kunst- en vliegwerk van onze Minister Van Financiën Van Overtveldt tijdens de onderhandelingen over het Griekse herstelprogramma.

(7) Bernie Sanders, Amerika en het Rode Gevaar (De Standaard, maandag 12 oktober).

 

take down
the paywall
steun ons nu!