een korte geschiedenis van geweld (8) Slaven bij jagers en verzamelaars

een korte geschiedenis van geweld (8) Slaven bij jagers en verzamelaars

vrijdag 19 augustus 2016 06:09
Spread the love

Geweld en slavernij bij jagers en verzamelaars aan de Noordwestkust van Amerika
weld en slavernij bij jagers en verzamelaars aan de Noordwestkust van Amerika

Noordwestkust Amerika slaaf draagt meesterCover van het boek van Leland Donald. Het beeld is veelzeggend: een slaaf draagt zijn meester.

Bij jagers en verzamelaars was gelijkheid tussen mannen de regel. Dat sloot ongelijkheid tussen man en vrouw niet uit. In sommige groepen werden vrouwen zeer hard onderdrukt (we komen er op terug) in andere minder en in sommige groepen was er quasi gelijkheid. In zo goed als alle groepen van jagers en verzamelaars waren er geen sociale klassen maar aan de noordwestkust van Amerika (hedendaags Alaska, Canada, Washington) bestond er toch een klassenmaatschappij met heren, vrijen en slaven. Geweld was onmisbaar geweest om die tot stand te brengen.
Noordwestkust TotemPolesNoordwestkust Amerika totems boten

 

 

 

 

 

 

 

Links totempalen van de indianen van de Noordwestkust. Rechts: deze culturen hadden een hoge productiviteit o.a. door houtbewerking. Zij konden boten maken met plaats voor 40 mensen.
Geweld was de basis voor de slavernij
De slaven van de noordwestkust werden in raids gevangen. Dorpen organiseerden ze regelmatig met als doel: mensen meevoeren uit andere (ook naburige) dorpen ook al hadden ze daarmee altijd vreedzame betrekkingen gehad. De voorkeur ging uit naar vrouwen en kinderen. Sommige gevangenen waren reeds slaaf en gingen over van een oude naar een nieuwe meester maar er waren ook slavenhouders die als slaaf eindigden. Zoals overal elders in maatschappijen waar slaven voorkwamen was de slavernij in eerste en in laatste instantie gebaseerd op geweld.
“(…) geweld tussen groepen was wijd verspreid en gewoon aan de noordwestkust. Uitgebreide lectuur van de historische en etnografische literatuur geeft de indruk dat als leden van meer dan een groep samen waren er altijd gevaar was dat gevochten werd. Dergelijke feesten en ceremonies werden verondersteld om vrij van fysieke strijd te zijn, een vreedzame tijd, als andere types van relaties tussen groepen doorwogen. Maar dit was niet altijd het geval. Bijvoorbeeld, bij een gelegenheid doodden Kwakwaka’wakw de potlatchboodschappers(487) van de Heiltsukstam alhoewel ze verondersteld werden onder een universele veilige begeleiding te zijn. (…) Leden van een groep vielen een andere groep aan voor een verscheidenheid aan redenen en met verschillende motivaties. Zowel de etnografische en historische verslagen bevatten talrijke beschrijvingen van specifieke incidenten zowel als meer algemene tradities van strijd. Een zeer algemene uitslag van strijd was het nemen van gevangenen. Het lot van gevangenen was dat ze bijna altijd slaven werden, ofwel als dusdanig gehouden door hun overmeesteraars, of geruild met andere groepen waar ze als slaven gehouden werden. Overmeestering in gevechten tussen groepen was het belangrijkste middel van slavenproductie.”
De expedities naar andere dorpen waren verrassingsovervallen waarbij naar hartenlust gemoord en geplunderd werd. Ze werden gevolgd door een snelle terugtocht want de overlevenden van het aangevallen dorp konden een wraaktocht inzetten. De redenen die opgegeven waren voor de aanvallen waren vaak het wreken van de dood van een dorpsgenoot en het veroveren van nieuwe gronden. Het resultaat was dat gevangenen meegevoerd werden als slaaf. Slaven die zelf slavenhouder waren geweest en die dus geld hadden konden soms door hun families afgekocht worden. Ze kostten drie tot vijf maal de prijs van een gewone slaaf. Gewone slaven werden ook gekocht en verkocht. Kinderen van slaven werd als slaaf geboren. Slaven werden bij ceremonies regelmatig vermoord, bijvoorbeeld bij begrafenissen. Daarmee werd het belang van de dode slavenhouder aangegeven. De geofferde slaven moesten als dienaars de dode heer in het hiernamaals vergezellen. Deze praktijken hielden pas op na 1870. De meeste slavenhouders hadden slechts één of twee slaven maar Maquinna, de leider van de Mowachahtstam had er ongeveer vijftig. Het percentage slaven in een gemeenschap bedroeg soms slechts 1 of 2 percent van de bevolking, vaak tussen 15 en 25 percent, soms 30 percent. Slaven moesten hun meesters ronddragen of dienden als pijler voor een platform waarop hun heer stond. Toen Europeanen aan het einde van de achttiende eeuw in contact kwamen met deze maatschappijen veranderde de situatie snel maar enkele Europeanen eindigden ook als slaaf van deze indiaanse slavenhouders. Deze elite onderhield onderling uitgebreide netwerken in het Noordwesten en domineerde ook de vrijen. Het sociaal belang van een individu werd in deze maatschappijen afgemeten aan zijn rijkdom en hoeveel hij daarvan kon weggeven. De adel organiseerde regelmatige een groot feest, de potlatch, waarbij het er op aankwam zo veel mogelijk goederen, met inbegrip van slaven, weg te geven. Het waren rijke gemeenschappen voor de heersers die niet zoals elders, bijvoorbeeld Maya’s en Azteken, een regering hadden. Men kan ze met recht slavenhoudersmaatschappijen noemen.
Slavenhouders hadden de leiding en het grootste bezit aan productiemiddelen in deze gemeenschappen. Ze leefden van de slavenarbeid en hielden de slaven met geweld onderdrukt. Het bleven nochtans maatschappijen waar de economische activiteit er één was van jagers en verzamelaars.(488) De productiviteit van de zalmvangers was door de buitengewone omstandigheden zeer groot, eerder vergelijkbaar met landbouwmaatschappijen. Er was accumulatie van gedroogde en gerookte zalm mogelijk. Gevangenen konden met geweld aan het werk gezet worden. Privaat bezit en geweld verklaren zeker het ontstaan van een klassenmaatschappij bij de bewoners van de Noordwestkust, net als –op een bescheidener schaal- bij de Irokezen.

Dr. Marc Vermeersch   –   marc.vermeersch@gmail.com
Uit:  
Marc Vermeersch, geschiedenis van de mens. Deel I jagers en verzamelaars Boek 2 de maatschappij, p. 326-329.
Andere blogs over geweld
Deel 1: Geweld bij chimpansees, bonobo’s en de mens 
Deel 2:
Het moordinstinct
Deel 3: in de prehistorie
Deel 4: het neolithicum
Deel 5: bij de Australische Aboriginals
Deel 6: Geweld in de eskimomaatschappij
Deel 7: Geweld bij de Irokezen
Deel 8: Slaven bij jagers en verzamelaars

Noordwestkust houten huizenZij bouwden grote houten huizen.

De noordwestkust van Amerika 1790-1840 toen de contacten tussen Russen, blanke Amerikanen en de indianen van het gebied nog niet sterk ontwikkeld waren. Alaska was Russisch.

Voetnoten lezen en tegelijk het project over de ‘geschiedenis van de mens’ steunen? Koop deze boeken?

Marc Vermeersch. De geschiedenis van de mens. Deel I. Jagers en verzamelaars.
– Boek 1, van Pan tot Homo sapiens. (2de uitgebreide druk 2014). 35€
– Boek 2, de maatschappij van -jagers en verzamelaars. (2de uitgebreide druk 2014) 35€. In dit boek wordt de maatschappij van de Australische en Tasmaanse Aboriginals besproken tussen p. 12 en p. 100.
Marc Vermeersch. De geschiedenis van de mens. Deel II. Landbouwers en veetelers. – Boek 3, Het ontstaan van landbouw en veeteelt in Zuidwest-Azie en de verspreiding er van naar Europa, West-Azie en Afrika. 35€
– Boek 4. Het ontstaan van landbouw en veeteelt in China, Nieuw-Guinea en Amerika. 35€. Wordt verwacht in 2017.
Ik plaats de tekst in het publiek domein. Dat wil zeggen hij mag onveranderd gekopieerd en verspreid worden. Geplaatst op sites, gedrukt in een blad enz.
Als je één van deze mogelijkheden gebruikt: geef mij een seintje, ik blijf graag op de hoogte.
Ik kan de tekst ook mailen in Word-formaat. Mail mij daarvoor.

take down
the paywall
steun ons nu!