Natuurvlees

Natuurvlees

dinsdag 3 februari 2015 10:52
Spread the love

Regelmatig valt de term ‘natuurvlees’. In 2008 maakte Regionaal Landschap Houtland al een stevige studie over de mogelijkheden van Natuurvlees in West-Vlaanderen. Een ganse bus geïnteresseerden kwam toen op bezoek bij de Natlandhoeve. Wij combineren natuur en landbouw immers al sinds 1995. Ik ben bijgevolg ervaringsdeskundige. Was deze bus boeren geïnteresseerd in natuurvlees? Waren ze op zoek naar de kip met de gouden eieren? Of zochten ze gewoon een beter inkomen dan dat wat ze kunnen bereiken met de conventionele sectoren? Waarschijnlijk een mix van dit alles. Maar laten we eerst eens naar de kern van de zaak gaan. Hoe komen we bij dat natuurvlees?

Natuurbeheer is in feite een contradictie. Natuur is immers ‘onze omgeving die we als niet door ons gewijzigd zien’. Op die manier is natuur, als we ze gaan beheren, geen natuur meer. Of het nu gaat om heide of zeldzame graslanden, ze zijn haast volledig ontstaan door vergeten landbouwsystemen. Landbouwsystemen die in de vorige eeuw door specialisatie en optimalisatie verdwenen zijn. 

Ook het thema ‘vlees’ komt om de hoek kijken. Intensieve veehouderij (dieren in stallen met maximale controle en uiterst uitgebalanceerde, krachtige voeders) is voor varkens en kippen heel gewoon. Dat het voeder voor deze dieren in rechtstreekse concurrentie staat met de voeding van mensen is blijkbaar maar een klein probleem. In Vlaanderen zijn er mensen van mening dat ze ook met het rundvee deze richting uit moeten. Met het super bevleesde Belgisch Witblauw, zeg maar de dikbillen, hebben deze mensen groot gelijk. Je laat geen super intensieve dieren grazen in een ruige zompige weide. Ik ben echter van oordeel dat we onze goede gronden maximaal moeten gebruiken voor de productie van mensenvoeding en niet voor dierenvoeding. Grassen uit natuurgebied zijn geen voedsel voor mensen. Voor herkauwers daarentegen zijn deze grassen en kruiden ideaal. Zij maken er dan melk, vlees of wol mee. Op deze manier leveren deze dieren een meerwaarde voor ons voedselsysteem. Houdt dit in dat er in Vlaanderen veel te veel dieren rond lopen? Heel zeker.

Over naar het natuurvlees zelf. Het moest er wel eens van komen dat creatieve mensen de oude verloren landbouwsystemen zouden heruitvinden en zo ook een plaats zouden opeisen in het Vlaamse natuurbeheer. Ik heb het wel degelijk over landbouwsystemen, en niet over het laten grazen van het een of ander rustiek runderras in een natuurgebied, om dit dan vervolgens met een meerwaarde te kunnen verkopen. Het zal blijken dat dit laatste een fenomeen is dat heel snel zijn kracht zal verliezen. Als deze manier van werken al een systeem is, is het enkelvoudig. Op zich heel doorzichtig en gemakkelijk te begrijpen, maar door zijn eenvoud ook heel erg broos en breekbaar. Het afwezigheid aan verbondenheid met andere delen van de landbouw zal een groot gebrek blijken te zijn. Door het natuurgrazen te verbinden met allerhande andere delen van het bedrijf, of met andere bedrijven, krijg je een kringlopensysteem dat veel stabieler en duurzamer is. De verschillende delen van het bedrijf ervaren een meerwaarde van elkaar. De bewuste klant voelt zich gemakkelijk een deel van een groter geheel. Enkele voorbeelden uit de praktijk:

Een collega heeft oorspronkelijke Kempische koeien die in natuurgebied grazen. Naast het natuurvlees zorgt hij bijgevolg voor het behoud van genetische diversiteit en is zijn bedrijf een beetje een levend museum. Maar hij gaat verder: het ruwe materiaal in de natuurgebieden is wel voedsel voor de koeien, maar onvoldoende voor de kalfjes. Daarom laat hij de kalfjes aan de koeien zuigen. Hij gebruikt zijn koeien om het ruwe materiaal, via de melk, om te zetten tot krachtvoer voor de kalveren. Als deze voedingsbron begint op te drogen zijn de kalveren 10 tot 12 maanden. Ze zijn dan lekker dik en mals. Ze worden geslacht als “jong rund”. Mensen kunnen op de boerderij op vakantie komen en zich dagenlang verliezen in het landschap dat door de dieren wordt onderhouden. Aan dit bedrijf is nu ook een groentebedrijf gekoppeld zodat de mest van de dieren gebruikt kan worden om groenten te kweken.  

Op mijn bedrijf eten de dieren niet alleen de grassen van de natuurgebieden, maar via hun mest bemest ik mijn akkers met de mineralen van de natuurgebieden en kweek ik granen, groenten en aardappelen voor mensen. Of anders gezegd, uit afval van de natuurgebieden produceer ik mensenvoeding. De dieren grazen ook nog altijd onder de historische hoogstamfruitbomen. Naast gras wordt er ook fruit geproduceerd. Beter nog, fruit en dieren houden elkaar gezond. En zo kunnen we nog wel even verder…

Het mag duidelijk zijn dat je als boer best een uniek systeem uitbouwt op je bedrijf, en niet zomaar een kopie maakt van wat een ander al doet. De klanten van deze bedrijven zijn mensen die bewust omgaan met hun voedsel. Het spreekwoord “Een bedrijf opbouwen duurt jaren, afbreken doe je op één dag” is hier heel sterk van toepassing. Eenmaal je naam wordt verbonden met bedrog is het nog heel moeilijk om dit te corrigeren. Je kunt je klanten even iets wijs maken, maar daarna keert dit als een boemerang terug. Iets wijsmaken is misschien wat grof, maar niet realistische verwachtingen creëren bij je klanten wordt op dezelfde waarde ingeschat. Ook nu weer enkele voorbeelden.

Stel je communiceert met je klanten dat je dieren ‘grasgevoederd’ zijn. Deze term houdt in dat de dieren gras krijgen. Het zegt niet dat de dieren alleen maar gras krijgen. En toch zullen de klanten zich bedrogen voelen als ze ontdekken dat de dieren ook maïs krijgen.

Stel je communiceert met je klanten dat je ‘natuurvlees’ verkoopt. Je krijgt een imago van puur, zuiver… Het natuurgebied dat wordt begraasd is in de winter veel te nat. In de winter zitten de dieren op stal. Ook nu weer zal de klant zich bedrogen voelen.

De enige verzachtende omstandigheid voor deze situaties is biologisch werken. Het klinkt immers heel dubbel en ongeloofwaardig om enerzijds volledig natuurlijk, zuiver en puur te werken en anderzijds de natuur kapot te maken met sproeistoffen en kunstmest. Eveneens erg ongeloofwaardig is het houden in de meest gure omstandigheden om vervolgens het jaar rond mals natuurvlees aan te bieden. Veel geloofwaardiger is het om te oogsten voor het moeilijke seizoen. Het is niet voor niets dat je op oude kalenders terugvindt dat november de slachtmaand is.

take down
the paywall
steun ons nu!