"Als je de loop-baan langer maakt, dan mag je die vooral niet met goede voornemens of vage plannen plaveien. Goed onderwijs vraagt vooral meer en niet minder investeringen."

Tot zes jaar langer werken in onderwijs? Onmogelijk!

“Hoe kan ik in godsnaam tot 67 jaar mijn job goed blijven doen?”, getuigde een leerkracht op de vakbondsactie van donderdag 19 maart 2015. Nagels met koppen! De zware werkdruk en de niet aangepaste loopbaan, maken langer werken in onderwijs gewoon onmogelijk.

zaterdag 21 maart 2015 11:10
Spread the love

Marianne
Coopman, algemeen secretaris COV: “De gevolgen van de federale
regeringsbeslissingen zijn verpletterend. Die boodschap geven we al sinds vorig
jaar via de vele acties tegen het regeerakkoord, in contacten met de ministers, tijdens overleg.
Vandaag worden in de kranten de gevolgen van de maatregelen nog maar eens
pijnlijk duidelijk geschetst. Door de combinatie van het afschaffen van de
diplomabonificatie en het optrekken van de pensioenleeftijd moet
onderwijspersoneel jonger dan 57 jaar tot 6 jaar langer werken. De maatregelen
zullen vooral voelbaar zijn vanaf 2019. Ze
vragen niet alleen om langer te werken maar om dit ook nog te doen voor minder
pensioen. Tot 200 euro netto minder!”

Een zwaar
beroep

Marianne
Coopman: “De combinatie van de zware werkdruk en niet aangepaste loopbanen
maken langer werken gewoon onmogelijk. Lesgeven is geen job als een ander. Een
onderwijsloopbaan is zwaarder dan een gemiddelde job. Er is de voortdurende
zorg voor kwaliteit, het hoge werkvolume, snel tempo en de vele eisen. Een
onderwijsjob is een contactberoep. De omgang met leerlingen en ouders zijn
emotioneel belastend. Die emotionele belasting bedraagt 30,1% in onderwijs en
dat is veel hoger dan het Vlaams gemiddelde van 20%. De leraar heeft dagelijks
te maken met een dwarsdoorsnede van problemen en pijnpunten uit de
maatschappij. Door de werkomstandigheden is onderwijspersoneel veel gevoeliger
voor symptomen van burn-out. Psychosociale aandoeningen komen het vaakst voor
bij onderwijspersoneel ouder dan 56 jaar. Ze zijn extra kwetsbaar, velen vallen
daardoor uit. En toch willen leraren hun job graag goed blijven doen. Bijna 90%
van het onderwijspersoneel geeft dat aan.”

Arbeid-gezin

Marianne
Coopman: “Boven
de leeftijd van 50 jaar zien we in het basisonderwijs een gemiddelde van een op
de twee personeelsleden die kiezen voor een of ander verlofstelsel. Al die
stelsels komen tegemoet aan een reële behoefte om langer werken mogelijk te
maken of om arbeid en gezin te blijven combineren. En toch beslissen de beleidsvoerders om een groot deel van die verlofstelsels te
schrappen. De eindeloopbaanmogelijkheden zullen met vijf jaar worden
opgeschoven. Dat is een nefaste ontkenning van de werkelijkheid.”

Werkbaar
werk

Om het werk
werkbaar te houden is het alvast een piste van Minister Crevits om de oudere
leerkrachten minder te laten lesgeven en hen meer tijd te geven om jonge
leraren te ondersteunen. Marianne Coopman: “De minister heeft een punt dat we
nieuwe jobmogelijkheden moeten creëren. Als hiermee een win-winsituatie kan
gemaakt worden naar startende personeelsleden is dat goed. Want de startende
leraar heeft nood aan een sterke aanvangsbegeleiding. Een andere uitdaging die
om een aanpak vraagt is dat heel wat leerkrachten hun loopbaan starten met
versnipperde opdrachten, bij gebrek aan een voltijdse baan van lange duur.
Noodgedwongen rekenen zij op werkloosheidsondersteuning die nu wordt verstrengd
en verminderd … Hoe kunnen zij zekerheid
opbouwen?”
Toch zal één piste om de loopbaanproblematiek op te lossen zal niet volstaan.
Meerdere maatregelen zijn nodig.

Sociaal overleg

Marianne
Coopman: “Het COV komt op voor werkbaar werk en uitdagend werk. Er is een
degelijk sociaal overleg nodig waarbij de partners constructief kunnen denken
en vooral realistische ruimte krijgen om oplossingen te zoeken. De tijd dringt,
de nood is hoog. Op dit moment vragen onze leden geen stakingen. Wel een
daadwerkelijke aanpak van de problematiek. Dit willen we waarmaken. Daartoe
zijn we bereid. Ondanks dit signaal zien we bij de regeringen vooral een koppig
vasthouden aan vooringenomen standpunten. Het ontbreekt hen aan moed om samen
met de sociale partners nieuwe wegen in te slaan en echt zaken te realiseren. De
gijzeling door de afwezigheid van (financiële) beleidsruimte speelt ook een rol.
Ook de bijkomende besparingen die gezocht worden, beloven niets goed.

Het onderwijs
en het onderwijspersoneel zijn platgeslagen door de verpletterende maatregelen. Professionaliteit
in onderwijs en een blijvend engagement vragen om kwaliteitsvolle
werkomstandigheden. Als je de loop-baan langer maakt, dan mag je die vooral niet met goede voornemens of vage plannen plaveien. Goed
onderwijs vraagt vooral meer en niet minder investeringen. Een positief signaal van
bereidheid vanwege de politiek is dringend nodig. Het innerlijke vuur van een
beroepsgroep blijft niet zomaar en zeker niet oneindig branden.”

Marianne Coopman – algemeen secretaris
Christelijk Onderwijzersverbond

take down
the paywall
steun ons nu!