‘Feminisme kan niet anders dan inclusief en solidair zijn’

‘Feminisme kan niet anders dan inclusief en solidair zijn’

maandag 22 januari 2018 14:07
Spread the love

Bieke Purnelle staat samen met Ciska Hoet aan het hoofd van Rosa vzw. Als overtuigde feministe trad zij enthousiast toe tot de organisatie die ontstond tijdens de tweede feministische golf. Maar feministe was ze al langer…

“Het was geen bewuste keuze om feministe te worden, ik zou het eigenlijk raar vinden om er geen te zijn. Zolang er ongelijkheid is zullen er mensen zijn die daar iets aan willen veranderen. Ik reken mijzelf tot die groep mensen. Ik heb een groot rechtvaardigheidsgevoel. Groepen mensen benadelen ten opzichte van andere groepen druist daar volledig tegen in.

Ook ik heb een aantal dingen aan den lijve ondervonden. Pas later leer je dat in een breder kader zien, leer je dat een plaats geven. Wanneer je over structurele ongelijkheid leert, leer je ook een plek te geven aan je eigen ervaringen, aan je persoonlijk verleden. Voor mij is het ‘persoonlijke dan ook politiek’, zoals de leuze tijdens de tweede feministische golf in de jaren 70 klonk. Vrouwen kwamen toen samen om eigen ervaringen te delen met elkaar. Snel kwamen ze erachter dat er veel parallellen waren. Dat persoonlijke niveau bleek structurele ongelijkheden te vertonen. De problemen gingen niet langer over één vrouw, maar over velen. Zo werd het persoonlijke politiek.

Dat verband leggen is belangrijk. Vandaag wordt dat vaak vergeten. We leven in een geïndividualiseerde samenleving waarin iedereen zelf verantwoordelijk gesteld wordt voor problemen of tegenslagen. Als individu ben je zelf verantwoordelijk voor wat je overkomt, iedereen heeft dezelfde kansen en moet die grijpen. Maar zo zit de wereld helemaal niet elkaar. Die kanttekening mag je zeker niet vergeten te maken.

Ik kan mijn ogen er niet voor sluiten. Ik ben dan ook blij dat ik iets zinvol kan doen met mijn werk bij Rosa vzw. Iets nuttig bijdragen aan de samenleving is voor mij altijd een belangrijke drijfveer in mijn carrière geweest. Aan het hoofd staan van Rosa vzw, het feit dat ik mee de lijn kan uitstippelen, maakt me gelukkig. De organisatie is ooit als grassroots-organisatie ontstaan die de feministische strijd wou documenteren. Vandaag zijn we zoveel meer: we zijn een professionele organisatie met een schat aan boeken en documenten, we geven vorming en begeleiden organisaties in hun gendersensiviteit. Zo dragen wij ons steentje bij aan de feministische strijd die vandaag nog steeds nodig is. We krijgen veel vragen naar informatie, de nood is duidelijk voelbaar.”

Hoe gaat het met gendergelijkheid in België?

“Laten we beginnen bij het begin: de patriarchale cultuur vormt nog steeds onze samenleving. Met patriarchaat bedoel ik een samenleving die is opgebouwd rond genderpolariteit, waarin je mannen, vrouwen en alles dat zich daar tussenin situeert in een hokje plaatst. Waarbij er veel uitgesproken maar ook onuitgesproken regels zijn over hoe mensen van een bepaalde sekse zich horen te gedragen, wat bij hen past. Gedrag wordt voorgeschreven, genderrollen worden opgelegd.”

“The batlle of the sexes, die bestaat helemaal niet. Het gaat over een kleine groep mensen die de lakens uitdelen en zich hiërarchisch boven anderen zetten. Tot die ‘elitegroep’ behoren evengoed vrouwen. Ook een grote groep mannen ondervinden hiervan nadelen. Ook voor mannen is het dus geen egalitair of voordelig systeem. Het partriarchaat is een piramidaal systeem waarin een kleine groep een soort status quo, een soort hiërarchisch systeem in stand houdt dat anderen eigenlijk onderdrukt en niet geheel toevallig vooral vrouwen.

In België kan je daar verschillende voorbeelden van terugvinden. Een klassieker is het feit dat mannen meer en beter vertegenwoordigd zijn in besluitvormende posities. Dat zie je in alle domeinen: bedrijfswereld, middenveld, politiek.. Je kan het ook meer kleinschalig zien, bij de gezinnen. De verdeling van huishoudelijke of zorgtaken komen grotendeels bij de vrouw terecht. Seks vertrekt dan weer voornamelijk vanuit een mannelijk perspectief, vrouwen worden geobjectiveerd en door intimidatie of seksueel geweld in een onderdanige rol geplaatst.”

In België liggen de cijfers van gender gerelateerd geweld hoog, waaraan ligt dat volgens jou?

“De cijfers zijn triest. Ondanks onze economische positie in de wereld, we leven in een van de rijkste landen, doen we het heel slecht. Er worden per dag een honderdtal verkrachtingen gemeld. Men schat dat 90 procent van de gevallen van seksueel geweld niet wordt aangegeven. Dus wat we zien is enkel het topje van de ijsberg. Hiermee staan we aan de top van seksueel geweld in de rijke Westerse landen. 60 procent van de Belgische vrouwen verklaart ooit slachtoffer te worden of te zijn geweest van seksueel geweld, het Europees gemiddelde ligt rond de 55 procent. En ook hier blijft het grootste deel onder de radar.

Het probleem is hier groter dan in andere Europese landen. Bovendien is het er een dat nauwelijks bestraft wordt en dus van straffeloosheid. Er was vorig jaar een onderzoek van de Eurobarometer die bij de Belgische bevolking een bevraging organiseerde over seksuele intimidatie en grensoverschrijdend gedrag. In België lagen de tolerantiecijfers heel hoog. Tot 40 procent van de Belgen gaf aan dat mensen dwingen tot seks in sommige gevallen wel begrijpelijk en aanvaardbaar is. Bijvoorbeeld wanneer een vrouw dronken is, drugs genomen heeft of zich te uitdagend kleedt. Dat cijfer lag hier hoger dan elders in de Europese Unie.”

“Op politiek niveau is er in België lang weinig aandacht besteed aan gendergeweld. Het is belangrijk om de problematiek vanuit verschillende hoeken te benaderen. Ondertussen zijn er wel enkele belangrijke stappen gezet. Zo krijgen slachtoffers van seksueel geweld nu betere en integrale hulp. Vroeger moest je in de eerste plaats naar de politie, die geen ervaring had met de thematiek. Die verhoren waren vernederend en uitputtend voor de slachtoffers. Nu wordt dat anders aangepakt, zo is de drempel om klacht in te dienen al iets lager. Maar eigenlijk zit je dan al in de fase dat het te laat is want het is al gebeurd.

Preventie is dan ook het codewoord. Educatie hoort niet alleen in het onderwijs, maar in elk aspect van de samenleving. Gender als transversaal thema om iedereen mee te krijgen. Ik zal een voorbeeld geven: gender komt momenteel voor in de eindtermen van de scholen maar wordt enkel behandeld in de lessen levensbeschouwing of humane. Je gaat met die aanpak volledig voorbij aan de blinde vlekken van mensen. Wij zijn allemaal een product van hoe we zijn opgevoed en van onze eigen cultuur. Een leerkracht wiskunde moet dus ook besef hebben van gender. Onderzoek wijst uit dat leerkrachten leerlingen anders behandelen naargelang hun sekse. Ze doen dat onbewust, het is dus een blinde vlek. Je ziet dat meisjes naar zorgende richtingen worden georiënteerd en jongens naar technische, los van hun talenten. Op die manier krijg je de mensen niet op de juiste plek die overeenstemt met hun eigen talenten of interesses. Hoe verander je dat? Door het pedagogisch personeel van directie tot de zorgcoördinator een basisbegrip te geven van wat gender is en uit te leggen hoe gender speelt in een samenleving.

Maar je moet ook verder kijken dan de scholen. Kinderen vormen doe je niet alleen op school, maar ook in het jeugdwerk, de sportvereniging of jeugdbeweging. Zelfs in de kinderopvang zie je een verschillende aanpak. Jongens die wenen worden minder snel getroost. Huilgedrag van baby’s wordt anders geïnterpreteerd afhankelijk van of het jongen of een meisje is. Men is zich daar totaal niet van bewust. Je zal hiermee niet alle seksuele geweld uit de wereld helpen maar het kan wel een groot verschil maken.”

Kunnen we stellen dat gendergeweld cultureel bepaald is?

“Ik houd niet zo van het woord cultureel, maar verkies de term maakbaarheid. Hoe een samenleving omgaat met gender is maakbaar. Je beslist als samenleving zelf hoe je die ordent. Normen en waarden kunnen evolueren. Zo gaan we nu anders om met gender dan 50 jaar terug.”

“Hoe een samenleving omgaat met genderrollen wordt bepaald door een veelheid aan factoren. Economische factoren zijn bijvoorbeeld belangrijk. Zo ervaren veel vrouwen in België zwangerschapsdiscriminatie. Op het moment dat je zwanger bent word je niet in dienst genomen, ook al ben je de beste kandidaat. Zwangere vrouwen krijgen geen kans meer op promotie of worden soms zelfs ontslagen. Zwangerschap is dus een obstakel voor eender welke loopbaan. Het is dus een economische factor: je vertrekt van het idee dat mensen werknemers zijn die moeten produceren. Het gegeven van een zwangerschap als een normale fase in een mensenleven is hierbij totaal weg. De druk van een neoliberale visie op onze economie is hier de belangrijkste factor om dit soort discriminatie in stand te houden. Religie is een andere factor die niet onderschat mag worden. De katholieke geschiedenis leerde vrouwen om zich te schamen, zeker als seksueel wezen. Die factoren zijn maakbaar en voor mij niet enkel cultureel gebonden.”

“Ik ben voorstander om internationaal samen te werken. Om over het muurtje te kijken en good practices uit te wisselen. Door internationaal samen te werken versterk je je zaak alleen maar. De Verenigde Naties hebben bijvoorbeeld wereldvrouwenconferenties georganiseerd. Voor de eerste keer was er een internationaal overleg waarbij door ngo’s en vrouwenorganisaties uitgewisseld werd over vrouwenrechten. Met resultaat! Dat kan ik alleen maar toejuichen. Los van het feit dat de wereld niet aan een landsgrens stopt natuurlijk. Vrouwenrechten zijn in sé universeel, je kan niet pretenderen in België op te komen voor vrouwen maar niet in Peru of eender waar. Wanneer je over vrouwen spreekt spreek je over de helft van de wereldbevolking. Vrouwenrechten bevinden zich op een kruispunt van andere ongelijkheden. Vrouwen met een migratieachtergrond worden meer gediscrimineerd, vrouwen hebben een hoger armoederisico dan mannen. Ook hier moet je over het muurtje kijken. Feminisme kan niet anders dan inclusief, intersectioneel en solidair zijn!

Heb je tips voor onze vrouwelijke en mannelijke lezers? Wat kunnen ze doen?

“Beschouw elkaar in de eerste plaats alstublieft niet als vijand. We moeten echt wel beseffen dat alle seksen beter worden als meer mannen zich openlijk zouden uitspreken tegen de ongelijkheid. Zodat er een einde komt aan de framing van de boze vrouw tegen de man. Ik ken ook wel wat vrouwen die seksistisch zijn en mannelijke feministen (lacht).

Kijk eens naar de geschiedenis of het sociologisch kader. Zo wordt er bijvoorbeeld vaak vergeten dat vrouwen in dit land nog maar 70 jaar, als een van de laatsten, stemrecht hebben. Pas sinds 1948. Vandaag zijn dat allemaal evidenties. Het lijken verworven rechten waar niemand aan kan tornen. Maar dat is niet zo. Je kan elk recht ook gewoon weer terugschroeven. Er staat wel degelijk wat op het spel.”

Leestip

Passionate Politics – Feminism is for everybody.
Bell Hooks

Klassieker uit de jaren 70 die op een laagdrempelige manier gender uitlegt.

Auteur: Caroline Bal

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!