De Citizens’ Climate Lobby: Wie wil in België mee aan de kar trekken?

De Citizens’ Climate Lobby: Wie wil in België mee aan de kar trekken?

donderdag 5 oktober 2017 11:36
Spread the love

De Citizens’ Climate Lobby is een apolitieke non-profit grassroots beweging die de overheid wil aanzetten to een effectief en ambitieus klimaatbeleid. Wij zijn momenteel op zoek naar vrijwilligers die mee de Belgische tak van de CCL willen helpen opzetten.

De CCL is opgericht in de Verenigde Staten en telt daar reeds meer dan 400 groepen. Ook buiten de VS is de CCL actief, o.a. in Canada, Australië en India. In Europa zijn er reeds actieve groepen in o.a. Duitsland, Zweden, Portugal en het Verenigd Koninkrijk.

Tot nu toe is er in België nog geen actieve groep, maar daar willen we dus verandering in brengen.

Om enkele vragen te beantwoorden die ongetwijfeld bij u opkomen:

Waarom is er nood aan een Citizens’ Climate Lobby ?

In het klimaatakkoord van Parijs staat dat de landen de klimaatopwarming willen beperken tot hoogstens 2 graden, en indien mogelijk 1,5 graden. Dit akkoord is door 195 landen ondertekend, er wordt dus algemeen ingezien dat de klimaatverandering een groot probleem is en dat er actie ondernomen dient te worden. Alleen zijn de beloofde emissieverlagingen van de verschillende landen onvoldoende om dit doel te bereiken. Het ziet er eerder naar uit dat we afstevenen op 3 graden opwarming of meer, zelfs indien alle landen hun klimaatbeloften houden.

Er moet dus pressie op de politiek worden gezet – in alle landen – om ambitieuzere emissiereducties na te streven, en om een beleid te voeren waardoor de beloofde emissiereducties ook daadwerkelijk gerealizeerd worden.

Wat is het politieke standpunt van de Citizens’ Climate Lobby ?

De CCL is apolitiek. We verwelkomen vrijwilligers van alle politieke strekkingen, en we streven ernaar om met alle politieke partijen te praten. We hebben vooral een lange-termijn klimaatpolitiek nodig, en dit is slechts mogelijk indien er over de partijen heen een oplossing gezocht wordt.

In de Verenigde Staten bouwt de CCL aan een caucus: een groep politiek verkozenen, voor de helft Democraten en de helft Republikeinen, die samen streven naar een effectieve klimaatpolitiek. Deze caucus bestaat ondertussen reeds uit 60 politici.

Waarvoor ijvert de CCL ?

Ons doel is het invoeren van een koolstofheffing met klimaatdividend. Uiteindelijk willen we dit beleid op Europees niveau invoeren (idealiter zelfs op globaal niveau). Als tijdelijke oplossing willen we de koolstofheffing met klimaatdividend op nationaal niveau invoeren.

Op het verbruik van fossiele brandstoffen wordt een heffing geïnd die evenredig is met de hoeveelheid CO2 broeikasgas dat in de atmosfeer terechtkomt. Deze heffing geldt voor elke ton koolstof die verbrand wordt, in alle sectoren van de industrie, evenals in de privésector. De heffing moet laag beginnen, bijv. aan 20€ per ton en jaarlijks oplopen.

Om echter de belastingdruk voor de mensen niet te verhogen en om negatieve effecten voor de economie te vermijden wordt de opbrengst van de koolstofheffing evenredig verdeeld over de bevolking. Iedere burger ontvangt een klimaatdividend. De meeste mensen zullen beter af zijn, of geen financieel nadeel ondervinden van deze constructie. Enkel degenen met een grotere CO2 voetafdruk zullen meer betalen dan ze terugkrijgen.

Waarom juist een koolstofheffing ? Er zijn toch andere beleidsinstrumenten om de klimaatverandering aan te pakken?

Er zijn 4 soorten van beleidsinstrumenten:

  • Koolstofheffing
  • Directe regulering
  • Overheidssubsidies
  • Cap-and-trade

Elk van deze beleidsinstrumenten doet in zekere zin hetzelfde: het maakt koolstofintensieve produkten duurder dan low-carbon of no-carbon alternatieven. Maar een koolstofheffing doet dit op de meest efficiënte manier.

Koolstofheffing

Een koolstofheffing is een prijs die moet worden betaald voor de uitstoot van CO2 bij de verbranding van fossiele brandstoffen. De heffing is gebaseerd op het aantal ton CO2 die de brandstof zou genereren.

De koolstofheffing heeft als voordelen dat ze simpel is, efficiënt en rechtvaardig.

Simpel: het is een simpel concept om uit te voeren, er komt weinig gedetailleerde besluitvorming aan te pas. De koolstofheffing zou worden ingevoerd voor alle CO2 uitstoot, in alle sectoren van de industrie, over de hele samenleving. Juist die eenvoud maakt het ook een krachtig signaal naar de burgers en bedrijven toe.

Efficiënt: de koolstofheffing is precies evenredig met de CO2 uitstoot, hierdoor is het de meest efficiënte marktcorrectie. De koolstofheffing is de goedkoopste manier – voor de samenleving als geheel – om de vooropgestelde emissiereducties te bekomen.

Rechtvaardig: in plaats van de kosten van de klimaatverandering, en de kosten om ons aan te passen bij de maatschappij te leggen leg je ze waar ze horen: bij de vervuilers.

Bij een koolstofheffing is de prijs voor de uitstoot van een ton CO2 gekend, en deze prijs evolueert op een voorspelbare manier, waardoor burgers en bedrijven hiermee rekening kunnen houden bij hun investeringen.

Directe regulering

Bij Directe regulering tracht de overheid de verschillende sectoren van de industrie te reguleren door uitstootnormen op te leggen. Dit zijn meestal geen absolute normen, maar energie-efficiëntienormen.

De problemen van directe regulering zijn: 

  • Ingewikkeld: voor elke sector moeten normen gedefinieerd worden, en men moet voortdurend rekening houden met de laatste technologische ontwikkelingen.
  • Onrechtvaardig: onvermijdelijk zal de ene sector sterker gereguleerd worden dan de andere – alnaargelang de macht van de industriële lobbygroepen. Dit leidt ook tot “carbon leakage”: wat in de ene sector aan fossiele brandstofgebruik wordt uitgespaard wordt dan in andere, minder gereguleerde sectoren extra verbruikt.
  • Inefficiënt: de opgelegde normen kunnen zowel te streng als te laks zijn, wat in beide gevallen tot efficiëntievermindering leidt.

De poging van de EU om de autoindustrie te reguleren is een voorbeeld van directe regulering. De gevolgen: de normen worden onder gelobby van de autosector voortdurend afgezwakt, en het werkelijk verbruik ligt inmiddels 45% hoger dan het aangegeven verbruik.

Overheidssubsidies

Overheidssubsidies doen ongeveer hetzelfde als wat een koolstofheffing doet: ze maken fossiele brandstoffen duurder dan hernieuwbare energie. Maar subsidies doen dit niet door de prijs van fossiele brandstoffen te verhogen, maar door die van hernieuwbare energie te verlagen.

De problemen van overheidssubsidies

  • Welke industrieën en welke technologieën moeten worden gesubsidieerd ? De overheid is niet goed geplaatst om te kunnen beslissen welke technologieën het best in staat zijn om CO2 emissies te reduceren.
  • Subsidies zijn een transfer van belastinggeld naar de energiesector. En niet alleen naar de hernieuwbare energiesector, maar ook naar de fossiele brandstofsector (want het is de samenleving die betaalt voor het internalizeren van de maatschappelijke kosten van fossiele brandstoffen).

Neem bijvoorbeeld biobrandstoffen. Biobrandstoffen zijn in principe koolstofneutraal, omdat na het oogsten van biomassa er in principe nieuwe planten worden aangeplant die de CO2 terug uit de lucht halen. In werkelijkheid echter wordt fossiele brandstof verbrand voor de produktie van de benodigde meststoffen, voor het aandrijven van de landbouwmachines, voor het raffineren en het transport van de biobrandstoffen … En dan hebben we het nog niet over de massale ontbossingen die sommige producenten van biobrandstoffen uitvoeren om nieuwe akkers aan te leggen. Door biobrandstoffen te subsidiëren meent de overheid CO2 uitstoot te besparen, de werkelijkheid zou wel eens anders kunnen zijn.

Een koolstofheffing daarentegen maakt al deze verborgen CO2 uitstoot expliciet: het wordt zichtbaar in de prijs van het eindproduct. Er moeten geen ingewikkelde studies meer gebeuren. Niet-duurzame energie wordt vanzelf de markt uitgeprijsd.

Cap-and-trade

Cap-and-trade werkt als volgt: Elk jaar worden een bepaalde hoeveelheid CO2 emissierechten voorzien (cap = bovengrens). Deze hoeveelheid wordt elk jaar verminderd. De emissierechten worden uitgedeeld aan de bedrijven, of geveild. Voor elke ton CO2 die de bedrijven uitstoten moeten ze een emissierecht bezitten. Bedrijven kunnen investeren om hun CO2 uitstoot te verminderen en vervolgens hun overschot aan emissierechten aan andere bedrijven verkopen (trade). Dit maakt het winstgevend voor de bedrijven om in low-carbon technologieën te investeren.

Een cap-and-trade scheme zet een prijs op de uitstoot van CO2, maar deze prijs is onvoorspelbaar en volatiel, afhankelijk van vraag en aanbod op de markt. De onvoorspelbare prijs maakt dat bedrijven moeilijker een business case kunnen opstellen voor het reduceren van hun CO2 emissies.

Bovendien geldt een cap-and-trade regulering meestal maar voor bepaalde takken van de industrie. Het Emission Trading System(ETS) in Europa bijvoorbeeld reguleert maar 45% van alle emissies. Dit leidt ook tot carbon leakage.

Momenteel worden er pogingen ondernomen om de cap-and-trade te hervormen. Een van de hervormingen is het invoeren van een minimumprijs op een emissierecht. Om de industrie te beschermen tegen te grote prijsschommelingen wordt soms ook een maximumprijs ingevoerd. Op die manier begint een cap-and-trade systeem al meer op een koolstofheffing te lijken.

Waarom een klimaatdividend ?

Belastingen zijn niet populair, en belastinginkomsten zijn geneigd om geruisloos in de staatskas te verdwijnen. Het doel van een koolstofheffing is echter niet om de staatskas te spijzen, maar om een stimulans te creëren om minder CO2 uit te stoten.

Wetenschappelijk onderzoek heeft bovendien uitgewezen dat een gewone koolstofheffing een negatief effect heeft op de economie, terwijl een koolstofheffing met klimaatdividend net de economische groei bevordert.

Daarom stellen wij voor om de opbrengst van de koolstofheffing gelijk te verdelen over alle burgers van het land, in de vorm van een klimaatdividend. Dit maakt de koolstofheffing ook politiek verteerbaar.

Als de mensen meer moeten betalen voor fossiele brandstoffen, maar tegelijk een klimaatdividend krijgen waarmee ze deze meerprijs kunnen bekostigen, waarom zouden ze dan hun gedrag aanpassen ?

De mensen zullen hun gedrag aanpassen. En dat is zo omdat de koolstofheffing die ze moeten betalen afhankelijk is van hun fossiele brandstofverbruik, terwijl het klimaatdividend dat ze krijgen hier niet van afhankelijk is. De mensen zullen zoveel mogelijk van het gekregen dividend willen behouden, liever dan het aan duurdere fossiele brandstoffen uit te geven. Ze kunnen dit doen door energie-efficiente verlichting en apparaten te installeren, door hun muren of ramen beter te isoleren, door een oude verwarmingsketel te vervangen door een geothermische warmtepomp. Als ze een nieuwe auto aanschaffen zullen ze meer naar het verbruik kijken, en misschien liever een elektrische auto aanschaffen. Ze zullen liever goedkope elektriciteit uit hernieuwbare energie willen dan dure uit fossiele brandstoffen.

Hetzelfde geldt voor investeerders en bedrijven. Naarmate de heffing toeneemt zal dit een steeds belangrijkere factor worden bij het nemen van zakelijke beslissingen.

Doe mee

Als u zich aangesproken voelt door de CCL, door onze waarden en doelen…

Als u er net als ik van overtuigd bent dat er meer nodig is dan individuele gedragsverandering, en dat er structurele veranderingen moeten komen gestuurd vanuit de overheid om de klimaatverandering aan te pakken …

Als u zin heeft om mee de Belgische tak van de CCL op poten te zetten …

Contacteer mij dan via het contact formulier op mijn website: https://brigittevangerven.wixsite.com/cclbelgium.

Uw hulp is meer dan welkom !

Verdere vragen of opmerkingen zijn natuurlijk ook altijd welkom.

Referenties:

Citizens’ Climate Lobby – www.citizensclimatelobby.org

Citizens’ Climate Lobby België – https://brigittevangerven.wixsite.com/cclbelgium

REMI – The Economic, Climate, Fiscal, Power, and Demographic Impact of a National Fee-and-Dividend Carbon Tax – https://citizensclimatelobby.org/remi-report/

take down
the paywall
steun ons nu!