Een mijnwerker-activist uit Zuid-Afrika. Colette Braeckman vindt dat 'Grondstoffenjagers' "een boek is dat schreeuwt om gelezen te worden, want het werpt een blik op de mijnen en de inzet van de strijd om economische macht waarvan ze deel uitmaken".
Nieuws, Wereld, Economie, Politiek, Goud, Bolivia, Congo, Recensie, Koper, Zuid-Afrika, Mali, Coltan, Colette Braeckman, Raf Custers, Economische belangen, Lithium, Boekrecensie, Gresea, Natuurlijke rijkdommen, Mijnbouwbedrijven, Exploitatie natuurlijke rijkdommen, Grondstoffenjagers, Mijncontracten -

‘Grondstoffenjagers’, een boek dat schreeuwt om gelezen te worden

Het is een heuse oorlog. Onverbiddelijk. Er zijn meerdere spelers in het spel en alle slagen zijn toegestaan. De inzet is van levensbelang: de oude machten zien er de sleutel van hun suprematie in, die ze koste wat het kost willen verdedigen. De nieuwe spelers veroveren hun plaats in het spel en zijn tot alles bereid. Waarover gaat het? Grondstoffen, de natuurlijke rijkdommen die nu nog voorhanden zijn op onze planeet, maar die niet onuitputtelijk zijn.

donderdag 21 februari 2013 20:05
Spread the love

Nu het nog kan, is het dus belangrijk de controle over deze natuurlijke rijkdommen te verzekeren.
 
Zeker, de belangrijkste grondstoffen zijn welbekend en ieder van ons kan de oorlogen opsommen waarvan deze grondstoffen de inzet waren: koper, olie, uranium, goud, diamant. Maar tegenwoordig komen andere grondstoffen in de vuurlinie van de internationale hebzucht. Enkele voorbeelden: lithium, dat het mogelijk maakt milieuvriendelijke wagens te produceren; colombo-tantaliet (coltan), onmisbaar voor de elektronica-industrie; tin en aluminium, wolfram, zeldzame grondsoorten.

Grondstoffen: sleutel tot huidige en toekomstig macht

De toegang tot deze grondstoffen wordt met hevigheid verdedigd door de oude grootmachten. Zij zien er de sleutel tot hun huidige en toekomstige macht in, de basis voor een levenswijze die ze koste wat het kost willen verdedigen.

Om die bronnen wordt eveneens door de opkomende landen gewedijverd. Met China op kop, maken ze het de oude wereld lastig en veroveren zij hun deel van de wereldmarkt. Vandaag de dag eist ook een stijgend aantal regeringen die grondstoffen op met meer vastberadenheid en minder volgzaamheid dan voorheen. Zij vinden dat in de productielanden de bevolking meer voordeel moet halen uit de rijkdommen van de bodem en de ondergrond.

De strijd om de controle over grondstoffen is zeker geen nieuw gegeven en er zijn al meerdere boeken over geschreven, hetzij gewijd aan één bepaald strategisch product zoals olie, hetzij aan één enkel productieland.

Rapporten: woud van cijfers en onbegrijpelijke statistieken

Bovendien hebben de rapporten en dossiers zich opgestapeld die zijn opgesteld door stichtingen, NGO’s en door ontelbare specialisten. De ene al competenter dan de andere, de ene al belangelozer dan de andere, maar die de echte inzet(ten) verdoezelen onder een woud van cijfers en onbegrijpelijke statistieken, zodat de lezer uiteindelijk niet meer weet wie wat doet, wie gelijk heeft en wie ongelijk, wie nu echt het recht van de bevolking verdedigt …

Net daarom is het werk van Raf Custers, ‘Grondstoffenjagers‘ (uitgegeven bij EPO), een originele bijdrage. De auteur verenigt twee en zelfs drie zeldzame kwaliteiten. Ten eerste, als onderzoeker bij Gresea en sedert lang analist van de economische betrekkingen, weet hij waarover hij spreekt.

“Net daarom is het werk van Raf Custers, ‘Grondstoffenjagers‘ (uitgegeven bij EPO), een originele bijdrage. De auteur verenigt twee en zelfs drie zeldzame kwaliteiten”

Ten tweede heeft hij gereisd. Hij is van achter zijn bureau en zijn dossiers gekomen om in Bolivia van dichtbij te zien wat een lithiummijn eigenlijk is. Hij bezocht de goudontginning in Mali; ‘Banrostan’, het uitgestrekte gebied dat door de Canadese maatschappij Banro in Kivu gecontroleerd wordt; de mijnconcessies van Katanga.

Scherpzinnige getuige die geëngageerd in de wereld staat

Tijdens zijn reizen nam deze scherpzinnige getuige er geen genoegen mee om zich met de ambtenaren en persattachés te onderhouden. Dankzij contacten en relaties, gesmeed tijdens tientallen jaren werk, heeft hij ook vakbondsmensen ontmoet, toegewijde economen, verdedigers van de mensenrechten en slachtoffers van brutaliteiten en gedwongen uitzettingen.

Door dergelijke contacten ontbreekt het hem niet aan anekdotes en concrete beschrijvingen, waardoor de lezer zich een beter beeld kan vormen over hoe precies die onrechtvaardigheden en de ontvreemding van grondstoffenrijkdommen gebeuren.

En ten derde, een eigenschap van de auteur die zonder twijfel aangevochten zal worden, is dat hij militant en geëngageerd in de wereld staat. Zijn kamp, als hij er al een heeft, is dat van de harde werkers, die zich proberen vast te klampen aan de koperbergen en trachten er uit te halen wat ze nodig hebben om te overleven.

Zijn kamp is dat van de oorspronkelijke bewoners die weggejaagd werden van de concessies die door de multinationals weggegrist werden uit de handen van hun regeringen. Dat van de boeren uit Mozambique of Congo die, zelf gehuld in het duister, boven hen de hoogspanningsleidingen zien lopen waardoor BHP Billiton een afgelegen aluminiumfabriek kan laten draaien.

“Zijn kamp is dat van de oorspronkelijke bewoners die weggejaagd werden van de concessies die door de multinationals weggegrist werden uit de handen van hun regeringen”

Lobby’s en ‘duistere’ mijncontracten

De auteur is ook sceptisch ten aanzien van de lobby’s en perscampagnes en stelt gezonde vragen. Zo vraagt hij zich bijvoorbeeld af hoe en waarom de Britse parlementariër, Eric Joyce, die zich nooit onderscheiden heeft door een bijzondere kennis over Afrika, plots een bepaald cijfer op zijn website deed verschijnen.

Volgens dit inmiddels mythische cijfer zouden de ‘duistere’ mijncontracten, getekend door de autoriteiten in Kinshasa, de Democratische Republiek Congo 5,5 miljard dollar aan inkomsten gekost hebben. Op welke basis werd die berekening gemaakt? De motivatie van dit eerzame parlementslid? Custers oppert dat er meer achter zit.

Zonder zich zorgen te maken over het feit of hij ‘weldenkend’ is of niet, haalt de auteur uit naar de ‘goede bedoelingen’ van bepaalde lobbyisten van over de Atlantische Oceaan. Zo is er het Amerikaanse project Enough, gedragen door John Prendergast, oud-lid van het Clinton-team dat de Amerikaanse wet-Dodd Frank bezielde.

Deze wet zette alle ertsen afkomstig uit de regio van de Grote Meren in Centraal-Afrika op de index, waardoor die regio in economisch verval en geweld gedompeld werd.

In veldslagen van de 21ste eeuw is alles toegelaten

Want in de ‘veldslagen’ van de 21ste eeuw, waar de Verenigde Staten en hun bondgenoten – de Canadese multinationals – hun bevoorrechte toegang tot de rijkdommen uit de mijnen van een land als Congo willen behouden, is alles toegelaten. Chinese contracten worden verbroken of nietig verklaard.

De Congolese regering, die de doorlichting van een zestigtal contracten heeft aangevat, wordt teruggefloten. Het doel van de doorlichting was het aandeel van de staat te vergroten en de voorwaarden van de overeengekomen akkoorden af te dwingen.

Al deze zetten – met name de processen, de perscampagnes, de pogingen tot destabilisatie, de discrete steun toegezegd aan buitenlandse aanvallers en zelfs ‘humanitaire’ druk – zijn onveranderlijk gericht op het verzwakken van de staat en het verminderen van het gewicht van de overheid, en beschermen tegelijkertijd de privéspelers.

Wat er rond de rijkdommen van de mijnen in Congo te doen is, krijgt de meeste aandacht. Het hoofdstuk dat beschrijft hoe de Canadese mijnbouwmaatschappij Banro zich in Zuid-Kivu een rijk aangemeten heeft, daarbij de eigendom verwervend over de tot dan toe onontgonnen goudmijnen, is bijzonder interessant.

“Wat er rond de rijkdommen van de mijnen in Congo te doen is, krijgt de meeste aandacht”

De lezer ontdekt er de verzwakking van het regime van Mobutu, dat zich verplicht zag de privatisering te aanvaarden, alsook het ontslag van de kapitalistische Belgische kringen en hun twijfelachtige samenwerking met de Canadese uitbaters aan wie zij hun mijnarchieven overdroegen. Het hele gamma aan drukmaatregelen die uitgeoefend worden op de machthebbers van een land in oorlog, passeert de revue.

Van Mali naar Zuid-Afrika

Maar andere, even boeiende hoofdstukken leiden ons naar de actualiteit, zoals het hoofdstuk over de ontginning van goud in Mali (Als er een betere bezoldiging van de lokale machthebbers was geweest en een betere verdeling van de rijkdommen, zou de Malinese overheid dan ook zo zwak zijn geweest ten overstaan van de smokkelaars en de gijzelnemers?), of het hoofdstuk dat de strijd verhaalt van de vakbondsmensen in het ‘nieuwe Zuid-Afrika’.

Een boek dat schreeuwt om gelezen te worden, want het werpt zonder pardon een blik op de mijnen en de inzet van de strijd om economische macht waarvan ze deel uitmaken. Het is gebaseerd op een degelijke economische documentatie en herinnert ons eraan hoe onmisbaar solidariteit blijft opdat de rijkdommen niet meer een ‘vloek’ zouden zijn, maar een kans zouden worden voor hun oorspronkelijke eigenaars.

Colette Braeckman

Colette Braeckman is journaliste bij ‘Le Soir’ en volgt al jarenlang Congo en Afrika voor haar krant. Zij publiceerde er diverse boeken over.

(vertaling uit het Frans door Marisa Abarca)

‘Grondstoffenjagers’ van Raf Custers is verkrijgbaar in de webshop van DeWereldMorgen.be.

take down
the paywall
steun ons nu!