iPhone
Opinie, Nieuws, België - Yoni Van Den Eede

De digitale mens: grenzen zien en grenzen stellen

Onderzoeker Gert Goeminne hangt zijn smartphone aan de wilgen. Eiste te veel aandacht op. Kwam in de weg van zijn andere relaties en bezigheden. Maakte een ander mens van hem. Als filosofie nog ergens een rol kan vervullen, dan wel hier, op de grens van wat het betekent om ‘mens’ te zijn, reageert onderzoeker Yoni Van Den Eede.

maandag 24 december 2012 12:02
Spread the love

Mijn VUB-collega Gert Goeminne meldde via de krant (DM 17/12/12) dat hij zijn lief zou laten zitten. Eiste te veel aandacht op. Kwam in de weg van zijn andere relaties en bezigheden. Maakte een ander mens van hem. En dat wou hij niet verder laten gebeuren. Dus dumpen, die handel. En hun liefde was nog zo idyllisch begonnen.

Goeminnes breuk met zijn smartphone raakte blijkbaar een gevoelige snaar. Misschien zien Story en Dag Allemaal binnenkort wel brood in zijn diep droevig verhaal. Ik hoop dat hij dan nog een duit kan verdienen aan het vrijgeven van foto’s van een bedremmelde, dof knipperende iPhone met een half loshangende batterij.

Socioloog Ben Caudron nam het wat ernstiger op en taxeerde Goeminnes hartekreet op zijn onderliggende veronderstellingen (DM 18/12/12). Hij kon zich wel inleven in de relationele perikelen die tot de scheiding leidden, maar vond de uiteindelijke afloop wat sneu. Volgens Caudron is er namelijk geen weg terug: we blijven met technologie opgescheept. Sterker nog, binnenkort zullen we niet langer een onderscheid kunnen maken tussen onszelf en het digitale. Als bij toeval staat in dezelfde krant een stuk over Ray Kurzweil, een van de meest gepassioneerde pleitbezorgers van zo’n – totale – versmelting.

Daar wringt nu net het schoentje. Er bestaan auteurs die doelbewust en vaak hartstochtelijk pleiten voor het opheffen van de grenzen tussen mens en technologie. Als die al niet al lang opgeheven waren. Maar dat zijn twee dingen.

Enerzijds klopt het ontegensprekelijk dat technologieën meer en meer opgaan in ons lichaam. Dat was al langer zo in het geval van implantaten en prothesen. Maar stilaan grijpen technologieën ook in op onze persoonlijkheid, ons bewustzijn en ons idee van wie we zijn: als individu, maar evengoed als soort. Denken we bijvoorbeeld aan bepaalde neuro-implantaten. Anderzijds leidt het vervagen van grenzen geenszins noodzakelijkerwijs tot het verdwijnen ervan. We zullen ons onderweg naar de absolute versmelting nog vaak genoeg de vraag moeten stellen: versmelten we verder, of trekken we hier de lijn?

Toegegeven, het is een confuus filosofisch argument. Maar als filosofie nog ergens een rol kan vervullen, dan wel hier, op de grens van wat het betekent om ‘mens’ te zijn. Auteurs binnen het recent ontstane domein van de ‘techniekfilosofie’ breken zich het hoofd over deze problematiek. Ja, we zijn onlosmakelijk verbonden met technologie – sommige beweren zelfs dat het tot de essentie van de mens behoort om technologie te ontwikkelen – en terug kunnen we dus zeker zeker niet. Maar tegelijkertijd moeten we beseffen dat technologie, zoals ook Goeminne aangaf, steeds iets doet met ‘ons’.

Marshall McLuhan vatte dit al in zijn beroemde oneliner: the medium is the message. We gebruiken allen communicatiemedia en richten ons, doorgaans onnadenkend, uitsluitend op wat ze kunnen of op wat ze ons laten doen. Maar volgens McLuhan veronachtzamen we op die manier het belangrijkste. En dat zijn de effecten die dat medium op onze leefwereld heeft: de veranderingen die het impliciet, onmerkbaar met zich meebrengt. Goeminne beschreef in zijn stuk enkele van die effecten, die hij bij de smartphone ondervonden had. Zij zijn, aldus McLuhan, de échte boodschap van het medium.

Maar de grenzen zijn bediscussieerbaar. Grenzen zijn namelijk evengoed instrumenten waarmee ‘wij’ mensen, hoe ‘digitaal’ van aard ook, onze wereld trachten te begrijpen. En er blijft een verschil tussen grenzen zien en grenzen stellen. Het eerste doen we door observatie. Het laatste door kritiek en ethische bevraging.

Zo gaat het ook in relaties. Als partner dien je op te gaan in het grotere geheel van de twee-eenheid, maar net zogoed blijf je opkomen voor voldoende zelfstandigheid. Zo’n evenwichtsoefening vereist veel werk. En het loont vaak de moeite er energie in te stoppen. Maar als dat project finaal faalt, waarom dan niet elders het geluk opzoeken? Daarmee trek je nog niet het ganse concept van relaties als zodanig in twijfel. Je hebt gewoon een grens gesteld voor jezelf: terug naar de ouwe gsm zonder touchscreen.

Het staat iedereen vrij met die grenzen te experimenteren. Meer nog, net dat experimenteren brengt ons verder in het debat. Zelf ging ik onlangs mijn eerste romance met een smartphone aan. We zullen wel zien hoe lang die duurt; ik doe alvast mijn best. Voor alle duidelijkheid wil ik er op wijzen dat ik niet Gert Goeminnes lief heb afgepakt.

Yoni Van Den Eede is postdoctoraal onderzoeker bij iMinds-SMIT, VUB

Boek: Amor Technologiae: Marshall McLuhan as Philosopher of Technology – Toward a Philosophy of Human-Media Relationships
 

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!