Nieuws, Politiek, België, Regeringsvorming, Shame, SHAME-betoging -

Betogen ja, maar niet tegen de democratie

De nationale politici vormen een beroepsgroep die haar job niet doet. Dat stond hier al te lezen in april vorig jaar. Driekwart jaar later borrelt de maatschappelijke onvrede hierover sterk op. Ook het concept van een zakenkabinet duikt op. Het is uitkijken dat betogen tegen de politieke impasse geen beweging tegen de democratie voedt.

donderdag 20 januari 2011 09:15
Spread the love

Het is waar dat vele lokale en andere politici sterk gemotiveerd zijn en hard werken. Maar de nationale politici vormen een beroepsgroep die – anders dan de meeste mensen die wel hun verantwoordelijkheid nemen en hun job doen – zwaar teleurstelt. Dat schreven we in een redactioneel getiteld ‘België, land zonder stuurlui, reeds negen maanden geleden bij de val van de regering. Al enkele weken borrelt de maatschappelijke onvrede hierover sterk op, op het internet, en in de straten met een betoging tegen de politieke impasse.

Betogen is een democratisch recht. En de Belgen hebben het volste recht om de straat op te gaan om hun verkozen nationale politici op hun immense verantwoordelijkheid te wijzen, namelijk om het samenleven in goede banen te leiden. Het kan onze burgerzin maar aanwakkeren en ontwikkelen, en dat is een goede zaak.

‘Moeten zakenlui het bewind overnemen?’

Het is echter uitkijken met de interpretatie van zulke betoging. Want al gauw komt daar ook het concept aangewaaid van het zakenkabinet, van bedrijfsleiders of van zogenaamde ‘wijzen’ die veel beter dan politici onze staat zouden kunnen leiden. Zo verschijnt bijvoorbeeld op 15 januari een bijdrage op deredactie.be met als onderwerp ‘Moeten zakenlui het bewind overnemen?’.

Het risico bestaat dat de betogers voor een kar worden gespannen waar zij allerminst willen achter lopen. Terwijl zij eigenlijk opkomen voor een werkzame democratie, met politici die hun werk doen, riskeren zij voetvolk te zijn voor de interpretatie alsof zij voor een zakenkabinet zouden betogen, of erger nog, voor het overnemen van het bewind door zakenlui.

Een dergelijke interpretatie, en een dergelijk voorstel, is antidemocratisch om meer dan één reden.

Met welk democratisch mandaat?

Neem de suggestie om een zakenkabinet samen te stellen uit bedrijfsleiders. Hoe goed sommigen ook zouden kunnen zijn als bedrijfsleider, doet niet terzake. Cruciaal is de vraag: met welk democratisch mandaat zouden zij die macht uitoefenen? Namens wie zouden zij regeren? Het antwoord is dat zij op geen enkele wijze een mandaat daartoe hebben.

Er zijn nog meer bedenkingen indien men verder doordenkt op plannen voor een zakenkabinet.

Hoe kan het dat men daarvoor steeds vrijwel exclusief kijkt naar bedrijfsleiders? En bijvoorbeeld niet naar leiders van grote sociale bewegingen en organisaties zoals vakbonden, mutualiteiten, boerenbewegingen of andere. Dit is des te vreemder omdat die laatsten zowel expertise hebben in het managen van een organisatie als ervaring hebben met democratische processen en verkiezingen, en zelf alvast een democratisch mandaat hebben.

Grote twijfel past ook over de al te vanzelfsprekende politieke bekwaamheid van bedrijfsleiders. Natuurlijk zitten daar een pak bekwame mensen, alvast zakelijk bekwaam. Maar wie durft vertrouwen op de bekwaamheid van onze grootbankiers? En geef toe, ons bedrijfsleven munt internationaal allerminst uit in innovatie. Er zijn echt weinig redenen om aan te nemen dat zij – als vanzelf – de beste stuurlui zouden zijn voor het veel complexere politieke bestuur.

Waarvoor staan die zogenaamde ‘wijzen’?

Pleiten voor een bewind door zogenaamde ‘wijzen’ verplicht tot een antwoord op de vraag: waarop slaat die wijsheid dan?

Hoe kunnen wij dan bijvoorbeeld weten – en onze voorkeur of afkeur laten blijken – of die wijsheid erin bestaat dat grote bedrijven al dan dan niet opnieuw belastingen gaan betalen, dat we de welvaart beter of slechter gaan verdelen, dat we onze economische machine minder of meer ecologisch verantwoord laten draaien, dat het inschrijvingsgeld voor universiteiten wordt verdrievoudigd of de toegang net wordt gedemocratiseerd, dat de sociale zekerheid moet afgebroken worden ‘omdat de markten dit vragen’ dan wel als een onmisbare hefboom beschouwd voor elke welvarende samenleving ‘omdat de samenlevingen dit vragen, dat vakbonden een belangrijke pijler van een economische democratie worden bevonden dan wel moeten worden aangevallen… en ga zo maar door.

Met andere woorden, wijsheid is hier een volkomen mistig begrip, totaal ongeschikt om er een democratische besluitvorming mee op te bouwen.

De waarschuwing van Salazar

Er is ook de geschiedenis die waarschuwt voor experimenten met zakenkabinetten. Een markant voorbeeld levert Portugal. In 1928 wilde Salazar slechts minister worden indien hij grote volmachten kreeg. Het kostte hem maar enkele jaren om alle macht naar zich toe te trekken en dictator te worden. Tot 1974 duurde het vooraleer de Portugezen die dictatuur opnieuw kwijt raakten.

Terug naar de betogers

Het is afwachten hoeveel mensen er straks opdagen op te betogen tegen de politieke impasse. Slechts één zaak staat nu al vast. Het is in de eerste plaats aan hen om duidelijk te maken waarom ze op straat komen.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!