De fiets van de 22-jarige Carmen Claessen herken je uit de duizend. Haar stuur is namelijk gedrapeerd met een Palestijnse sjaal. Maar niet enkel haar stuur is pro-Palestijns: haar t-shirt, pennenzak en schrijfgerief zijn het eveneens. Het engagement druipt ervan af.
In het dagdagelijkse leven is ze eerstejaarsstudente aan de KU Leuven. Daar studeert ze arabistiek en islamkunde. Claessen heeft namelijk de ambitie om human rights watcher in het Midden-Oosten te worden.
Betogen
In haar vrije tijd is ze vrijwilliger bij Intal vzw, een organisatie die samenwerkt met bewegingen in het Zuiden die opkomen voor vrijheid en solidariteit. Daarnaast betoogt Claessen geregeld voor de Palestijnse kwestie in Brussel.
Als klein meisje droomde ze ervan om met haar grootvader te paard naar Afghanistan te gaan. Als tienjarige las ze het buitenlands nieuws in kranten. En intussen nam haar moeder haar en haar zuster mee naar witte marsen en betogingen: “Carla Vandenhoeck, mijn moeder, leerde mij betogen.”
Dromen
Claessen is pro-Palestijns, maar zeker niet anti-Joods, zo verzekert ze: “Het probleem draait helemaal niet om religie, zoals veel media ons duidelijk proberen te maken. Nee, het probleem is puur politiek en economisch. Het Palestijnse volk wordt door Israëlische kolonisten onderdrukt. De Palestijnen en de Joden willen vooruit, want zij hebben ook dromen. Net zoals wij.”
Als een spraakwaterval vervolgt ze haar verhaal: “Onrechtvaardigheid heeft mij altijd al geraakt. Thuis sprak ik altijd over Palestina. In april van dit jaar zei ons mama tegen mij, op mijn verjaardag: ‘Je bent nu al jaren over Palestina bezig, deze zomer ga je er naartoe!'”
“Op de dag van mijn verjaardag stuurde ze me een mail met gegevens over vrijwilligerswerk in een vluchtelingenkamp in Nablus.”
Vluchtelingenkamp
Drie maanden later zat deze activiste uit de Scheldestad daadwerkelijk in Palestina. Gedurende twee weken werkte ze als kinderanimator in een Palestijns vluchtelingenkamp. Ook trok Claessen gedurende vier weken rond in Palestijns gebied.
Daar zag ze dingen die alle verbeelding tartten: “Toen we met een internationale groep door Hebron wandelden, werden we achterna geschreeuwd door een groep woedende Joodse kolonisten. Ze brulden naar ons.”
Sterke vrouwen
Gedurende die zes weken sprak Claessen met heel wat mensen. “Veel mensen zeiden tegen mij: ‘Wij willen dat de muur weggaat.’ Ze hebben dromen en willen vooruit. Wist je al dat de meeste Palestijnse jongeren naar de universiteit gaan? En zij die dat niet kunnen, hebben vanuit Gaza videoconferenties met de universiteit van Nablus.”
Deze jonge reiziger verbaasde zich ook over de Palestijnse vrouwen: “In Palestina leven de meest geëmancipeerde vrouwen van het Midden-Oosten. In Palestina zegt men: ‘Als een man zijn huis verliest, dan gaat hij voor de resten van zijn huis zitten – in zak en as. Maar als een vrouw haar huis verliest, dan pakt ze meteen de draad op en gaat ze de pamper van de kleinste vervangen en voor het eten zorgen…'”
Misvattingen
Na deze Palestinareis kwam Claessen tot de conclusie dat ze met een genuanceerder beeld over de Palestijnse kwestie thuiskwam. “Er zijn in België zo veel misvattingen over deze zaak. Het zijn de media die deze misvattingen maken.”
“Ik leerde ook de grote verscheidenheid van bewoners kennen: Soennieten, Sjiieten, Druzen, Christenen, Alawieten en Armeniërs. Wat horen wij hierover? In Palestina is er niet enkel oorlog en ellende. Maar er wordt wel een volk verdreven.”
Oplossingen
“Een oplossing voor het conflict ken ik niet, maar een afzonderlijke Palestijnse en een afzonderlijke Israëlische staat zijn praktisch onmogelijk. Er zijn nu eenmaal te veel Israëlische nederzettingen in het Palestijnse gebied. Misschien dat ze op één of andere manier samen, in vrijheid en met respect voor elkaar, één zelfde natie moeten blijven delen.”
“Ach”, zo besluit Carmen, “overal heb je wel extremisten en fanatici. Helaas heb je ook veel extremisten die hun wapens gebruiken om hun zin te krijgen. Ik zeg gewoon: trekt uw klep open, niet uw wapens. Dan bereik je veel meer.”