Staking als groepstherapie?
De gratuite scheldtirades van de Vlaamse rechterzijde tegen vakbondsacties en het stakingsrecht gaan echter steeds voorbij aan twee fundamentele zaken. Namelijk de essentie van de sociale strijd én de condities die eraan ten grondslag liggen.
“Als de spoorbonden niet leren inbinden, is het straks afgelopen met dat stakingsrecht”, zo luidt de inleiding van het opiniestuk van Huybrechts. Het lijkt wel alsof hij het recht op staking enkel wil garanderen wanneer de vakbonden achteraf plat op hun buik gaan.
Staken verwordt in sommige kringen tot een groepstherapie tegen frustraties op het werk, waarbij de groepsleden aan regeltjes van de groepsleider moeten voldoen.
Een staking is echter geen therapie, noch een meningsuiting. Het is een sociaal-politiek strijdmiddel – en dient enkel daarvoor gebruikt te worden. Het stakingsrecht vindt zijn oorsprong bovendien ook niet in het rechtssysteem, maar in de historische strijd van de arbeidersbeweging, tegen het bestaande rechtssysteem in.
Het is dus verkregen door strijd, en het zal niet zomaar afgeschaft worden omdat één of andere ‘kordate’ minister dat zou willen.
Het ergerlijkste aan dit soort opiniestukken is echter dat er nooit wordt ingegaan op de diepere oorzaak van de acties. De vakbondsmensen die ik maandagnacht aan de stakingspost vergezelde, leken mij alleszins niet zo 'gepriviligieerd'.
Wie gepriviligieerd is, kruipt om 4 uur ’s ochtends niet uit zijn bed om de kou te gaan verbijten aan een stakingspost. De jobs, de arbeidscondities en de veiligheid van het spoorwegpersoneel staan op het spel bij een voortgaande liberalisering van de openbare diensten.
Dit komt bovenop de problemen die vandaag al bestaan, zoals het chronisch personeelstekort, waardoor sommige treinbestuurders al jaren hun vakantiedagen niet kunnen opnemen.
Net als bij de liberalisering van de postbedeling wordt 'Europa' bij dit soort hervormingen gebruikt als de 'wil van God', waar toch niets tegen te doen valt.
In de politieke wetenschappen heet dit scale politics van het neoliberalisme. De EU is een creatie van bovenstatelijke identiteiten voor de belangen van het patronaat. Hierdoor kan het zijn ‘wil is wet’ onttrekken aan de nationale democratie, én dus van politieke verantwoording.
Behalve een kleine elite van aandeelhouders, wordt immers niemand beter van deze Europese hervormingen. Ook in de andere landen van de EU wordt geprotesteerd tegen de opgelegde neoliberale politiek uit Brussel.
Ook in de rest van Europa zorgt de liberalisering immers voor een race to the bottom op het vlak van arbeidscondities, veiligheid en efficiëntie. Een blauwdruk voor een spoorsysteem naar Brits model.
In plaats van dus het stakingsrecht in vraag te stellen en werknemers van over heel Europa tegen elkaar uit te spelen, zouden we moeten werken aan een actieplan om de liberalisering tout court te stoppen.
Dat kan alleen door de stakingsacties uit te breiden over de landen heen, door de acties in België bijvoorbeeld te laten aansluiten bij de acties van de vakbonden in Frankrijk.
Jonas Van Vossole
Jonas Van Vossole is politicoloog, master in de Politieke Wetenschappen & Internationale Politiek. Momenteel is hij student master Algemene Economie aan de UGent. Hij is ook militant bij de Linkse Socialistische Partij in Gent en de Westhoek.
26 reacties
Lees alle reacties