Elfriede Jelinek, de Oostenrijkse Nobelprijswinnares (foto: Literaturhaus AT)
Nieuws, Europa, Cultuur, Recensie, Marxisme, Financiële crisis, Banken, Literatuur, Karl Marx, Elfriede Jelinek, Nobelprijs Literatuur, De contracten van de koopman, Communistisch Manifest, Kleine beleggers -

Hoe Elfriede Jelinek Marx naar vandaag vertaalt: ‘De contracten van de koopman’

Kan literatuur de wereld veranderen? Neen, maar zij kan er wel toe bijdragen hem beter te verstaan, aldus Elfriede Jelinek. 'De contracten van de koopman' leverde de Oostenrijkse Nobelprijswinnares uiteenlopende kritieken op. Een recensie door Diane Vangeneugden van De Groene Waterman.

dinsdag 5 oktober 2010 17:00
Spread the love

‘De contracten van de koopman’ leverde Jelinek uiteenlopende kritieken op, van “communistische afrekening met het zo gehate kapitalisme” tot “een flirtpartij van het financiële systeem aan het adres van de kleine man, die net zo hebzuchtig” zou zijn als zijn bankier.

Parodie

Vanaf de eerste bladzijden moest ik denken aan de ‘Driestuiversroman’ van Bertolt Brecht. Die kan je lezen als een schelmenroman waar hebzuchtige pseudo-kreupelen de omstaanders geld aftroggelen, of je kan hem lezen als een parodie op de ongebreidelde wurggreep van een financieel netwerk dat kapitalisme heet.

‘De contracten van de koopman’ is zo’n parodie. Jelinek schreef het als een bitter-boze komedie (het werk werd trouwens opgevoerd in Duitsland en in Gent).

Er zijn geen personages; soms is er een ik-persoon, maar ook die is abstract: het Geld. Hoofdfiguren: de banken, dan weer de financiële certificaten, de hedgefunds of andere soepfonds. Voetvolk: de kleine beleggers die alles verloren hebben, hun spaarcenten, hun pensioenfonds, hun half-afgewerkte huis waarvoor ze een lening aangingen, hun in rook opgegane beleggingen in de bank die ze altijd vertrouwd hebben. En er zijn engelen.
 
Het lijkt een monoloog van de have-everythings tot de don’t-have-anymores, een tirade van het Geld tot die Domme Hebzuchtigen. Maar het hart van de auteur ligt bij haar voetvolk en ze beschrijft wat allicht in hun hoofden moet omgaan. Het is het geweten van de gedupeerden dat spreekt, hun inzicht nu alles voorbij is, al hun geld weg is.

Hadden we maar eerder geweten wat de hoofdfiguren ons uitleggen, we zouden er niet in getrapt zijn. “De certificaten hangen al rond onze nek, ze trekken ons naar beneden (…) en uit onbedachtzaamheid sterven we, hadden we dat vooraf bedacht, dan waren we niet onbedachtzaam geweest en zouden we nog leven. (…) We kopen die papieren toch want ze hebben ons in een slaap van bedrieglijke zekerheid gewiegd, hun zekerheid is echter niets, ze bestaat niet de zekerheid, ze hebben geen zekerheid, de papieren, ze hebben vorderingen als zekerheid, wij kopen ze, wij idioten kopen ze en wanen ons in zekerheid maar het is een valse zekerheid (…) We geloven dat die zekerheden iets waard zijn, dan slaan natuurlijk de zekeringen door.”

Communistisch Manifest in literatuur vertaalt

Ik kreeg een passage uit het Communistisch Manifest van Karl Marx onder ogen: “Waar de burgerij tot heerschappij is gekomen, heeft zij alle feodale, patriarchale, idyllische verhoudingen vernietigd. Zij heeft de bont geschakeerde feodale banden, die de mens verbond aan wie van nature boven hem stond, onbarmhartig verscheurd en het naakte belang, de gevoelloze ‘contante betaling’ als enige band tussen mens en mens overgelaten.”

“Zij heeft de persoonlijke waarde opgelost in de ruilwaarde, en in de plaats van de talloze zwart op wit beschreven en verworven vrijheden, uitsluitend de gewetenloze handelsvrijheid gesteld. Zij heeft, kortweg, in de plaats van de met religieuze en politieke illusies omhulde uitbuiting, de openlijke, schaamteloze, directe, dorre uitbuiting gesteld.”

Lees deze passage goed. ‘De contracten van de koopman’ is haast een letterlijke hertaling hiervan! Ik citeer een willekeurig aantal voorbeelden; het hele boek is ervan doorspekt, elke bladzijde is het citeren waard.

Over de heerschappij en de idyllische verhoudingen waarover het Manifest het heeft:

“… Buitengesloten uit ons eigen huis zitten we, zonder raad en reddeloos. Want sommige vrienden, zie ik, bleken geen echte vrienden, het zijn geen aandelen, het zijn maar certificaten, maar ook certificaten zijn niet onze vrienden, zoals we totnogtoe hadden geloofd toen op tv het kapotgeslagen spaarvarken verscheen met een trotse vrouw erbij, haar zou in het bos niets kunnen overkomen, geen wolf, geen geldwolf zou haar iets aandoen, zo trots die vrouw toen ze de firmanaam naar huis bracht, op de tas met de vastgoedwaarden, waarden die in elke portefeuille thuishoren en daar nu ook zijn, ja, we hebben ze (…).”

“Dat firmalogo dat onze vriend was, dat heeft ons veel beloofd, dat ouwe getrouwe logo heeft ons veel beloofd, wij die al zo lang samenwonen, goed bevriend zijn met zijn confituren, taarten, koffiesoorten, zo vele, zijn terrein is niet te overzien, de kruidenier als bankier, de boer als miljonair: veel beloven, weinig geven!, niet te overzien dat veld van een slimme eigenaar, het onze daarentegen zeer overzichtelijk en nu weg (…)”

Over de politieke illusie waarover het Manifest het heeft:

“… de echte demarcatielijn tussen Europa en Azië is geen bergketen, nee, het is veeleer een systeem van geloof en ideeën dat we de westerse beschaving noemen. Europa als spiritueel concept? Dat kost ons helemaal niets, dat kost u alles! Maar het loont de moeite in Europa te investeren (…) in ruil daarvoor is een deel van Europa van u, u hoeft er niet meer heen te gaan, het volstaat dat wij er al zijn om het grote werk te voltooien waar ons European Land voor staat, opgedeeld in kleine aandelen de u kunt kopen, daarvoor staat Europa!’ (nvdr: Jelinek alludeert hier op het immobiliënfonds Meinl European Land, dat in 2008 ten onder ging en dat de aanleiding voor dit boek was.)

Over de zwart-op-wit beschreven vrijheden en de gewetenloze handelsvrijheid in het Manifest:

“… ons geld is allang verdwenen, maar de eisen houden hoe dan ook stand, die blijven standhouden hoewel we alles verloren hebben, ergens houden die zich vast, de eisen, de bank houdt vast aan zijn eisen en wij houden ook vast aan hen, terwijl we toch weg willen!”

Over de persoonlijke waarde opgelost in de ruilwaarde waarover het Manifest het heeft:

“… firma … die onze naam draagt, maar niets met ons te maken heeft, ja, inderdaad, zij draagt onze getrouwe koopmansnaam (…) maar u mag geen naam hebben, we gooien u weg want u bent niet degene die ik benoemd heb (…) de hoofdzaak is dat u deze papieren koopt die onze naam dragen, maar niet van ons zijn, ze zijn van heel de maatschappij, nee, ze zijn van een maatschappij op het eiland Guernsey waar u nooit zult komen, behalve wanneer u een krediet opneemt voor een reis daarnaartoe, wat wij u echter niet zullen toestaan, we zullen niet toestaan dat u naar onze algemene vergadering reist om uw rechten te vrijwaren, we zullen onze belastingvrije firma toch niet uitgerekend met u belasten!”

Het Geld wil ons doen geloven dat we net zo hebzuchtig zijn als het Geld zelf. Maar het lacht ons uit: alleen de Machtigen kunnen van geld geld maken. En ze hebben oneindig veel truken daarvoor.
 
Bijvoorbeeld de rotsblokken in Death Valley: een fraai stukje proza hoe de speculatieve bubbels uit elkaar spatten. Een parabel over arbeidswaarde en speculatief kapitaal.

En dan zijn er nog de engelen, de spreekbuizen van de Machtigen (let op de cursieve theateraanwijzingen!). Engel der gerechtigheid: “(treedt met grote tegenzin op, door onzichtbare handen naar voren geduwd) Rechtvaardig is een sociale toestand die als het resultaat van regels gereconstrueerd kan worden die elk individu een gelijke behandeling garanderen.”

“De verschillen beginnen bij de constructie van die regels, zo kan bijvoorbeeld een personele belasting – en met personeel en belasting bedoel ik dat iedereen hetzelfde betaalt, onafhankelijk van zijn inkomen – evengoed als rechtvaardig gerechtvaardigd worden als een progressieve belasting, waarbij iedereen bijdraagt volgens zijn vermogen. Euh… (Hij knijpt er onopvallend tussenuit.)

Ze herhaalt en herhaalt en haalt aan

Het boek leest als een trein. Het is niet moeilijk, echt niet. Jelinek kan wél bladzijdenlang doorbomen over eenzelfde thema. Maar ja, zo kronkelen onze gedachten ook, toch? Als je piekert, zoals vele gedupeerden allicht deden, blijf je diezelfde redeneringen herhalen tot je op een ander spoor komt en je weer voort kan. Ze herhaalt en herhaalt en haalt aan. Haar woordspelingen zijn grappig en creatief, soms heuse doordenkers. Je hoofd erbij houden, geeft zoveel meer leesplezier.

Jelinek vertaalde het abc van de financiële economie naar het-leven-zoals-het-is, vandaag. Ik ken geen literair werk dat de grote marxistische analyse zo basic en daardoor zeer lucide verwoordt. Een roman op mensenmaat.

Diane Vangeneugden
De Groene Waterman

Elfriede Jelinek, De contracten van de koopman: Een komedie over de economie. Vertaald door Inge Arteel (originele titel: Die Kontrakte des Kaufmanns. Eine Wirtschaftskomödie 2009), Uitgeverij Querido, 2010

De Oostenrijkse schrijfster Elfriede Jelinek (°1946) kreeg in 2004 de Nobelprijs voor Literatuur. In haar oeuvre neemt ze de mistoestanden in de Oostenrijkse samenleving vaak compromisloos op de korrel.

take down
the paywall
steun ons nu!