Politiek, België, Socialisme, Gent, Debat, Democratie2000 -

Gezellig socialisme?

Debatteren over de toekomst van links en het socialisme in de 21ste eeuw is geen gemakkelijke opgave. En wat dacht u dan van vier uur lang debatteren tijdens de Gentse Feesten? Of het socialisme in de 21ste eeuw gezellig zal zijn of niet, het was in elk geval al warm.

dinsdag 20 juli 2010 15:25
Spread the love

In het panel zaten Matthias Lievens, Daniël Termont, Eric Corijn, Jan Dumolyn, Elke Decruyenaere, Felix Rottenberg, Emile Roemer, Peter Mertens, Francine Mestrum en Dominique Willaert. 

Die samenstelling gaf al een duidelijk beeld van de verschillende schakeringen van links en van de socialistische beweging: van sociaaldemocraten over groenen tot communisten, van politici tot activisten, van academici tot sociaal-culturele werkers, zowel Belgen als Nederlanders.

Goeman opende het debat met enkele reflecties: “het socialisme zal gezellig zijn of het zal niet zijn, zei Steve Stevaert. We moet dit niet zomaar weg lachen. De Russische communiste en feministe Kollontai zei het al: ‘Als ik niet kan dansen op uw revolutie, zal ik geen lid worden van uw partij’.”

Goeman: “Voor mij moet het socialisme ook warm zijn. Waarom brengen we er zo weinig van terecht? Waarom blijven sommigen zich vastklampen aan overwinningen die eigenlijk nederlagen zijn? Net zoals sommigen zich vastklampen aan overwinningen in het buitenland. Er is veel verscheidenheid en er zijn veel verschillen binnen de socialistische bewegingen in ons land. Die verscheidenheid is mooi, maar het zet weinig zoden aan de dijk.”

“Mijn verhaal is niet vrolijk”

Francine Mestrum gaf bij wijze van inleiding haar visie op de huidige stand van zaken bij links: “Een crisis uitleggen op vijf minuten tijd is geen gemakkelijke opdracht. Vandaag breng ik enkele kritieken. Mijn verhaal is niet vrolijk.”

“Ik volg al vele jaren de linkerzijde in Europa. Die maakt veel plannen waar weinig van wordt gerealiseerd.  Verandering is nodig en begint bij onszelf. We moeten er zelf iets aan doen, nu meteen.”

Mestrum: “We hebben niet alleen een economische, een financiële, een sociale en een ecologische crisis, maar ook een crisis van de linkerzijde. De linkerzijde slaagt er niet in om winst te halen uit de financiële crisis. Ze slaagt er niet in om de kiezer te overtuigen.”

“Enkele jaren geleden hadden de meeste landen in West-Europa regeringen met sociaaldemocratische partijen in de meerderheid. Nu kan je die tellen op de vingers van één hand.”

“Eén ding is duidelijk. We moeten van het kapitalisme geen oplossingen verwachten, niet voor de financiële crisis, niet voor de werkloosheid en al zeker niet voor de ecologische crisis. We moeten naar een ander systeem, een duurzaam sociaal en ecologisch systeem.”

Absoluut dieptepunt

Daarna toonde Francine Mestrum vier slides: de constante achteruitgang van de sociaaldemocratie in Vlaanderen. “Die bevindt zich momenteel op een absoluut dieptepunt.”

Daarna had ze het over “de grenzen aan de groei van groen” en “de trieste resultaten van kleinlinks in België”. “Als we alle lijsten samentellen, komen we aan 2,56 procent”. De laatste slide toonde “de noodlottige evolutie van kleinlinks in West-Europa”.

“Ik geloof niet dat het kapitalisme vanzelf zal instorten. Het kapitalisme is een zeer veerkrachtig systeem. Het levert nog altijd voldoende voordelen op voor een almaar kleiner wordende groep mensen.”

“Kapitalisten liggen niet wakker van het aantal mensen in extreme armoede. Ze liggen niet wakker van die eilanden die dreigen onder te lopen. Als we iets willen veranderen, moeten we ons organiseren.”

“We leven in West-Europa in het laatste rijke eiland met sociale zekerheid en bescherming. De neoliberale pletwals heeft besloten naar Europa te komen om ons plat te walsen.”

Waarom lukt het niet?

De sociaaldemocratie, zo blijkt uit een studie tijdens de verkiezingen van 2009 die gepubliceerd werd in het tijdschrift SamPol, kan zelfs de eigen kiezers niet overtuigen van de deugdelijkheid van het eigen programma. Er is bovendien geen draagvlak voor een andere linkse partij.”

“Meer dan veertig procent van de leden vindt dat de SP.A geen duidelijke boodschap uitdraagt. De SP.A heeft duidelijk een probleem, en de steun aan het neoliberalisme de laatste jaren zal daar niet vreemd aan zijn.”

Groen! heeft, zo blijkt uit een andere studie, redelijk trouwe kiezers, maar is blijkbaar niet in staat om tien procent te behalen. Ze lijken zich meer en meer aan te sluiten bij het liberale gedachtegoed. Herverdeling betekent meer groei in het zuiden, krimp bij ons. Of ze hebben de neiging om de hele moderniteit te verwerpen, en in de plaats daarvan tot ‘gemeenschappen’ te willen komen.

Dan komen we bij kleinlinks, volgens de cijfers onbeduidend. Velen verwachten er oplossingen van. Maar als de antwoorden dan zo juist zijn, waarom overtuigen ze dan niemand?

Francine Mestrum: “Volgens mij zijn er drie redenen voor de algehele achteruitgang in West-Europa. Een gebrek aan analyses is daar één van. Ik betwijfel of klein links analyses heeft gemaakt van de problemen van vandaag.”

“Ten tweede is er het probleem met de exterioriteit van de analyse. De Europese Unie wordt bijvoorbeeld van buitenaf bekeken. Niemand draagt eigen verantwoordelijkheid en kan dus ook niets bijbrengen.”

“En ten derde is er het schrijnend gebrek aan alternatieven: velen kunnen zelfs de woorden hervorming en herverdeling amper uitspreken.”

“Het blijkt ook erg moeilijk om samen naar oplossingen te zoeken. Zoals met de Dag van het Socialisme. Waar wil iedereen naar toe gaan? Dat blijft in het algemeen onduidelijk. Waarom blijven we zo verdeeld? Als deze problemen echt onoverkomelijk zijn, dan kunnen we evengoed naar huis gaan.”

“Sociale fora zijn open ruimten waar netwerken gevormd worden en waar mensen kunnen leren met elkaar te praten. Dat lukt blijkbaar niet goed in België en in Europa. We doen onszelf de das om. Is het echt niet mogelijk om samen wars van alle vastgeroeste denkbeelden na te denken over welke oplossingen we hebben?”

“Links is een kind van de moderniteit. We moeten ook nadenken over de moderniteit. We hebben er sociaaldemocraten, kleinlinks en groen voor nodig.
De crisis heeft ons geen deugd gedaan. Net zomin als het feit dat er werd teruggegrepen naar de oude verhalen.”

“Ik hoop dat we vandaag kunnen praten over het ruime thema. We moeten onszelf kunnen bevragen. Laat ons kijken naar onszelf. Ik denk dat dit heel belangrijk is: werken aan een nieuwe politieke cultuur met respect voor elkaars verscheidenheid.”

Andere diagnose

Dominique Willaert deelt deze analyse, maar heeft een andere diagnose. “De crisis werd veroorzaakt omdat de sociaaldemocratie de ethiek van de vrije markt heeft gevonden. We moeten het loskoppelen van het electoraal. Ze zijn allemaal in hetzelfde bedje ziek, de ethiek van de vrije markt.”

“Hoe kan sociaaldemocratie nog wervend zijn? Je ziet het ook bij jongeren. Het timmeren aan de weg, dat voel je nu niet meer. Er wordt niet meer nagedacht over het maatschappelijk project, maar onmiddellijk aan enge politiek gedaan.”

Willaert ziet dit ook weerspiegeld in de civiele maatschappij, onder meer op vlak van subsidies. “Subsidies zijn verdeeld, niet verweven met een bepaald ideologisch verhaal, maar zeer gefragmenteerd in deelsectoren. De civiele maatschappij is daar ook in de fout gegaan.”

“We moeten het conflict aangaan over de publieke ruimte”

Matthias Lievens vindt dat we moeten nadenken over de toekomst, “want het mechanisme van de toe-eigening van politieke ideeën is stilgevallen. Enkel in Latijns-Amerika heeft de inheemse beweging zich opnieuw de waarden van de Franse Revolutie eigengemaakt en heeft ze die ideeën terug uitgediept.”

“Er is een duidelijk probleem met de democratisering. Het is moeilijker geworden om dit verder uit te werken. Politiek is een kwestie geworden van beheer, van gouvernance.
We moeten het conflict aangaan over de publieke ruimte.”

“Er wordt gezegd dat er helemaal geen conflict is. Het is vandaag bijna onmogelijk geworden om een discussie te voeren tussen het Keynesianisme en het Neoliberalisme. De Keynesianen worden in een extreemlinks hoekje geduwd.”

Werken aan de hoop

Jan Dumolyn: “sinds het begin van de debatten is er elk jaar een debat over de crisis van links. Het is allemaal niet zo erg volgens mij. Socialisme, wat is dat? De beweging en de analyse, het verhaal en de hoop. Het Communistisch Manifest stelt niet toevallig ‘er waart een spook door Europa’. Derrida sprak in 1994 over het spook van Marx, ‘le spectre de Marx’.”

“Maar soit, dat idee van die onvervulde belofte, het idee dat ‘een andere wereld mogelijk is’, dat is een idee dat altijd blijft. De hoop blijft. We zitten hier in Gent, veel mensen dragen een strop. Welnu, die strop is een symbool van opstandige ambachtslieden. Opkomen voor een verbetering van de huidige situatie en streven naar een andere maatschappij zijn van alle tijden.”

“We zitten nu in een periode van gigantische maatschappelijke transformatie. We moeten doen zoals de oudere linkse bewegingen, en werken aan verandering, aan hoop. We moeten werken aan het organiseren van de klasse, in een verbondenheid.”

“Het socialisme is het vervolg op een hele beweging, een hele traditie gericht op verandering. Bij de Verlichting heeft die traditie een wetenschappelijke onderbouw gekregen. “

Eric Goeman: “Jaap Kruithof zei vroeger altijd: links heeft geen rituelen meer.”

“De opdeling tussen arbeid en kapitaal is er niet meer”

Daniël Termont: “Links is duidelijk in crisis. Ook wat het inhoudelijke debat betreft. Nadenken over Marx biedt geen oplossingen meer. De opdeling tussen arbeid en kapitaal is er niet meer.”

“Er zijn zo veel andere dingen die meespelen in de maatschappij. We hebben nood aan een nieuwe Marx om antwoorden te bieden op de grootste crisis van het kapitalisme.  Er is de globalisering. Er is ook het strakkere schema van Europa. We moeten als Europese socialisten een antwoord bieden.”

“Er zijn zeer veel uitdagingen. Los van het ideologische vraagstuk is er de armoede, die almaar stijgt. We zitten met een afschuwelijk probleem. Ik vrees dat we ons te veel met luxeproblemen bezig houden en niet met de problemen van de mensen in de strijd.”

Eric Goeman: “We slagen er maar niet in om zo’n historisch momentum  aan te grijpen om zelf maar een aantal reformistische hervormingen door te voeren.”

Contact met de maatschappij verloren

Emile Roemer: “Als er één reden is om het socialisme nieuw leven in te blazen, dan is het wel de toestand van het kapitalisme vandaag de dag. We moeten de problemen durven aanpakken en niet zitten vergaderen.”

“We hadden de verkeerde leiders in de grote linkse partijen, die het contact met de maatschappij compleet verloren hadden. Mensen zitten met problemen. Als we die niet durven benoemen, hoe kun je dan verwachten dat zij op linkse partijen zullen stemmen?”

“Leg postbodes maar eens uit waarom ze op een sociaaldemocratische partij zouden moeten stemmen als die partij hun statuut op de helling heeft gezet.Als mensen ontslagen worden door outsourcing, dan moet je hen uitleggen waarom ze op sociaaldemocratische partijen moeten stemmen.”

“Laten we samen kijken wat we die mensen te bieden hebben. We moeten samenwerken om de verrechtsing en het populisme tegen te gaan.”

Referentiepunt

Peter Mertens: “Waar staan we? Dat hangt af van het referentiepunt. Als we vergelijken met 1946, toen links in volle opmars was vanwege het prestige van de overwinning van de Sovjet-Unie op het fascisme, vanwege het prestige van het verzet, en vanwege de uitbouw van onze sociale zekerheid, dan zijn we uiteraard achteruit gegaan.” 

“Laat ons dit moment als referentiepunt nemen. Laat ons alles herbouwen, laat ons niet doen alsof de volksverheffing nog bestaat, laat ons niet doen alsof de netwerken die de sociale zekerheid hebben bevochten nog bestaan. We moeten de mensen herwinnen voor een socialistisch project. Mensen worden niet rechts of links geboren.”

“Welk project, welk perspectief geven wij hen? We moeten de mensen terugwinnen van de N-VA en van het Vlaams Belang. We moeten hen terugwinnen door met concrete voorstellen naar hun wijken en bedrijven te gaan.”

“Je kan niet zeggen dat we niets konden doen. Je ziet het beleid van Fortis Op het moment dat ze daar stonden voor 11 miljard euro, kon er toch een debat komen over de oprichting van de openbare bank.”

“Een ander voorbeeld is de vermogensbelasting. Als je daarmee afkomt, krijg je soms te horen dat ‘er geen draagvlak voor is’. Maar dat gebrek aan draagvlak is er enkel in het parlement. De belangrijkste dingen van onze sociale zekerheid zijn er niet gekomen door het parlement, maar dankzij de bevolking.”

Laat ons opnieuw naar buiten trekken om een draagvlak te krijgen voor een vermogensbelasting en voor een openbare bank. Er is een kiem van democratie en van verandering. Wat is er in Antwerpen gebeurd? In die stad, die voor zovelen ‘de stad van Dewinter’ en de ‘stad van De Wever’ is, stemde bij de laatste verkiezingen vijftien procent voor lijsten links van de sociaaldemocratie.”

“Laten we ons ons daaraan optrekken. Laat ons alle linkse krachten bundelen, van de PVDA tot Groen!, en laat ons samen de stad verbeteren.”

“De laatste jaren zie je duidelijk dat het niet het linkerkamp maar het rechterkamp is dat wint”

Elke Decruynaere: “We moeten het linkse veld groter maken en links niet herverkavelen. De laatste jaren zie je duidelijk dat het niet het linkerkamp maar het rechterkamp is dat wint. We moeten de linkerzijde doen groeien. Die opdracht geldt niet enkel voor de partijen, maar voor de gehele beweging.”

“We mogen ons niet schuldig maken aan de collectieve schaamte. Er waren en zijn wel degelijk analyses en oplossingen. Maar we moeten vooral de krachten bundelen om de beweging op te bouwen.”

“Het verhaal wordt erin gestampt dat je voor jezelf moet opkomen. Via pensioensparen bijvoorbeeld, dat ook door de overheid gestimuleerd wordt. ‘je moet toch niet verwachten dat de overheid het voor jou gaat doen, je moet het zelf doen’.”

“We moeten uitleggen waarom je het allemaal niet zelf kan doen, waarom we openbare diensten nodig hebben. We moeten af van de schaamte en terug trots durven zijn. Er zal veel tegenwind zijn en dan heb je een interessant debat. Het socialisme moet gezellig zijn, maar politiek is conflict. We moeten dat conflict weer op de agenda zetten.”

“Er is ook het probleem dat er geen arbeiders meer zijn. We leven in een 70-20-10-samenleving: er is 70 procent middenklasse, 20 procent armen en 10 procent rijken. De groep van 70 procent hoopt tot die 10 procent superrijken te gaan behoren. Hen moeten we uitleggen waarom de overheid nodig is, en waarom belastingen nodig zijn.”

De veerkracht van het kapitalisme

Felix Rottenberg wil het hebben over de veerkracht van het kapitalisme. Volgens hem moet de linkerzijde de maatschappij en de ontwikkelingen van het kapitalisme volgen en bestuderen.

“Denk maar aan wat er gebeurd is met die jongeren die computerprogramma’s mengen met aandelenkoersen. Zij kregen van de hedgefunds alle ruimte. Toezichthoudende instanties begrepen dat niet. Het Nederlands parlement is bijlange niet uitgerust om bij te blijven. We hebben geen instrumenten en onderzoektijd om mee te zijn met de veerkracht van het kapitalisme.”

Rottenberg spreekt ook over de veerkracht van het lokaal bestuur. “In Nederland is dat heel diffuus, wat uiteraard sterk te maken heeft met de positie van de PVV. Zowel de sociaaldemocratie als de SP.A hebben hun bakermat in het lokaal bestuur. We moeten er waakzaam voor blijven om niet te worden ingehaald door de vijand.”

“We hebben één grote opgave: hoe omgaan met de populisten die een groot deel van de middenklasse aanspreken. Het is vrij dramatisch dat een geslepen demagoog met een zeer opportunistisch programma de mensen kan raken. Er is geen echt debat geweest om dit probleem aan te pakken.”

“Je moet realistisch zijn. De SP.A heeft een zeer sterke positie uitgebouwd, de PvdA moet de SP.A als bondgenoot beschouwen, en we moeten hen als broeders beschouwen.”

“We hadden een linkse formatie kunnen vormen en inhoudelijk het initiatief kunnen nemen. De meer institutionele organisaties zitten nog steeds vast in een oud machtsdenken. We moeten daar een cultuurbreuk maken.

“Socialisme is een 19de-eeuws project dat gepaard gaat met de ongelijkheden in de industriële samenleving”

“Wat bedoelen we met het socialisme?” vraagt Eric Corijn zich af. “Een maatschappelijk systeem, politieke bewegingen die socialistische projecten uitwerken en bewegingen die werken binnen het linkse kamp. We moeten kijken hoe we die woorden bekijken en gebruiken.”

“Socialisme is een 19de-eeuws project dat gepaard gaat met de ongelijkheden in de industriële samenleving, waar men zag dat er een belangentegenstelling was in de maatschappij. Daardoor ontstond er een beweging die die tegenstellingen wou opheffen. Sleutelpunt was het onderscheid privaat en publiek, en collectief bezit.”

“Socialisten zijn voor meer collectieve diensten en zeggenschap. Die begrippen moeten we in ere houden.
Socialisten onderscheiden zich door een kritische visie op de bestaande toestand. De bezitsverhoudingen zijn een centrale notie. Maar weinig socialistische partijen zijn bezig geweest een socialistisch project op te bouwen.”

“We moeten niet met de vinger wijzen. In de Sovjet-Unie is men vlug op de grenzen gestoten. Het echte socialisme is ontstaan in achtergestelde gebieden. We hadden dus niet echt experimenten. De voorwaarden zoals gesteld in de 19de eeuw zijn niet gehaald.”

“In afwachting moeten we strijd leveren, met als criterium: waar kunnen we een kamp organiseren dat voldoende sterk is om af en toe een strijd te winnen, en die op een of andere manier te bestendigen?”

“Er is geen echte strijd op Europees niveau. Daar wordt niet aan politiek gedaan. Alles verloopt ook in een verticale lijn. We moeten werken binnen de netwerken van het kapitalisme, in grootstedelijke netwerken en niet in de nationale structuren. We moeten werken in stadsgewestelijke eenheden, meertalig en multicultureel, en grensoverstijgende projecten opbouwen.

“De N-VA zal proberen de steden over te nemen. In Antwerpen zal De Wever Jansens zijn sjerp willen afnemen. We moeten kijken of de linkerzijde Janssens zal kunnen helpen. “We moeten gezamenlijke projecten uitbouwen in Gent, Antwerpen en Brussel. We moeten onze mentale kaart veranderen. We moeten deelnemen aan de lokale agenda, aan lokale krachtsverhoudingen.“

“Wat we vandaag meemaken is uitermate pervers”

Francine Mestrum: “ik heb geen nieuwe dingen gehoord. Ik ben altijd tevreden van de analyses van Corijn, maar dit is geen nieuwe analyse. Wat zijn de elementen om te denken dat het vandaag wel zal lukken? Welke belofte geef je, welke oplossingen bied je aan de mensen?”

Peter Mertens: “Wat we vandaag meemaken is uitermate pervers. De banken kregen een pak geld, en dat geld halen ze nu terug bij de gepensioneerden en werkende mensen. En de banken hebben maar één ding geleerd: dat ze niet kunnen falen. We moeten hieraan werken en het op de agenda zetten.”

Emile Roemer: “Een socialist moet warm worden en op straat komen als de menselijke waardigheid in het geding is. We hebben alles wat van ons samen is, overgelaten aan de markt. Dat is de heersende cultuur en daar moeten we als socialisten stevig doorheen stampen.”

“Denk aan het openbaar vervoer, aan de bonussencultuur. Als je daarover wil praten, krijg je al vlug te horen: ‘Daar gaan we niet over’. Dat moeten we als socialisten niet accepteren.”

“We moeten weten wat de mensen bezighoudt. Wat zijn de problemen in de wijken, in de fabrieken, in de scholen? Stop met rapporten maken en vergaderen, ga naar de wijken, ga met de mensen praten en zoek.”

Emile Roemer: “We moeten ervoor waken dat het ouderwets zou zijn om onder de mensen te zijn en met hen te gaan praten.”

Dominique Willaert: “Ik bezoek dagelijks wijken, waar mensen me elke keer over hun problemen vertellen. Wie vandaag geen eigen huis heeft bijvoorbeeld, voelt zich schuldig.”

“De ethiek van de vrije markt zit overal, en we moeten die tegengaan. Ga eens naar de jeugdpsychiatrie. Jonge mensen moeten voordurend scoren, bijna alles is gecommercialiseerd.”

“Mensen zijn geïndividualiseerd. We moeten traag en langzaam werken om hen in gemeenschappen opnieuw een sociaal weefsel te laten opbouwen. En een socialistische pedagogie ontwikkelen.”

Energie openbaar?

Jan Dumolyn: “We moeten nadenken over macht en machtsopbouw. Denk maar aan de energiesector. Daniël Termont heeft daar een sleutelpositie. De overheid heeft hier nog een zekere rol.”

“Enkele maanden geleden meldde Electrabel dat het zijn achterstallige belastingen niet zou betalen. Waarom zei je dan niet dat energie terug openbaar moest worden? De energiefactuur wordt toch voor een zeer groot deel gedragen door de mensen?”

“De macht zit niet in de stadsgewesten, maar bij de financiële sector, de industrie. We moeten nieuwe machtsverhoudingen opbouwen, in de wijken, bij de mensen,…”

Daniël Termont: “ik loop alle dagen doorheen de wijken van de stad. Ik heb er de oplossing niet gevonden. Al is het wel een enorme verrijking om te horen wat de problemen zijn. We moeten afstappen van het individuele. Maar mensen spreken wel over hun individuele problemen en die moet je ook aanpakken.”

“Bij het laatste congres heb ik voorgesteld om een nationale bank van de post op te richten. Mocht de SP.A wat linksere standpunten innemen, dan zouden we elkaar binnen links beter vinden. We waren verkeerd bezig, want we slagen er niet in om een programma verstaanbaar te maken.”

“Er moet duidelijkheid gecreëerd worden. Dat was het succes van de SP in Nederland. We hebben dingen gerealiseerd in de energiesector die je in andere landen enkel met een revolutie zou bereiken. Maar liefst 75 procent van de distributie zit in publieke handen.”

“Ik ben het volstrekt eens met Corijn. Het progressieve is in de steden te vinden. Als we in Europa kunnen samenwerken, dan kunnen we iets uitbouwen. De federale staten kwamen samen in Kopenhagen, zonder resultaat. De steden kwamen samen en kwamen tot oplossingen, omdat ze dicht bij de bevolking staan. Ik zit in het bestuur van Eurocities, waar veel socialisten in zitten. We werken daar concreet aan oplossingen.”

Pauze

Daarna was het tijd voor de broodnodige pauze. Het tweede deel werd ingeleid door Didi de Paris, met zijn stuk over Socialisme.

Elke Decruyenaere: “Termont heeft uitgelegd wat hij deed in de energiesector. Niemand weet daar iets van. Het is ook niet geweten wat andere politici in die besturen met hun mandaten doen. Voor veel mensen is dat een ver-van-mijn-bedshow, waar politici zich ook niet voor moeten verantwoorden.”

“Stadsgewesten zijn goed als mensen ook veel kunnen bijdragen over de grote infrastructuurwerken, over de organisatie van ons onderwijs, publieke dienstverleningen, de invulling van de openbare ruimte.”

“De val waar we niet in mogen trappen is de burger als klant. De mensen hebben ook hun verantwoordelijkheid in de politiek, niet in de partijpolitiek maar in de invulling van de publieke ruimte.”

Daniël Termont: “We zitten op het niveau van de stad met intercommunales. Van daaruit is er een getrapt systeem. Regelmatig houden we persconferenties, en op het niveau van de stad organiseren we twee keer per jaar een publieke commissie. Daar komt maar een handvol mensen naartoe.”

Elke Decruyenaere: “Staatshervorming kun je ook invullen door de steden meer zeggenschap te geven en door de intercommunales beter en democratisch uit te bouwen.”

Breuk met Marx

Matthias Lievens: “Links heeft een moeilijke verhouding met democratie. We moeten een breuk maken met Marx, die een maatschappij wou uitbouwen zonder recht, zonder staat, en zonder democratie.”

“De 19de-eeuwse denkbeelden zijn gedeeltelijk verantwoordelijk voor de ravage. Links heeft een moeilijke verhouding met de feministische beweging, de Franse Revolutie,…”

“Op twee uitzonderingen na – zelfbeheer en hegemonie – komen alle andere termen om over democratie na te denken voort uit de Franse Revolutie. Dat is veelzeggend.”

“We moeten nadenken over de democratisering van onze maatschappij. Dat gebeurt niet in de wijken, en niet in de politieke structuren. Er zijn te veel 19de-eeuwse denkbeelden. We moeten terug een band opbouwen met de democratiseringsbeweging, in de civiele maatschappij.”

“Het cruciale probleem schuilt in de discrepantie tussen de buitenparlementaire macht van de arbeid, die moet ageren in de publieke ruimte, en de buitenparlementaire macht van het kapitaal, met delocaliseringen, sluitingen, lobbyen.”

“De scheidingslijn tussen publieke en private ruimte moet aangepakt worden. Economie moet een deel worden van de publieke ruimte.”

“De strijd van de het socialisme van de 21ste eeuw gaat over de strijd voor de democratisering, niet alleen van de arbeidersbeweging, maar ook vanuit de feministische beweging, de inheemse volkeren,…”

“De tegenstelling tussen arbeid en kapitaal blijft de centrale tegenstelling”

Jan Dumolyn: “We moeten uitgaan van de reële situatie, waar macht geaccumuleerd is. De tegenstelling tussen arbeid en kapitaal blijft de centrale tegenstelling. Uiteindelijk zijn er nu eenmaal bepaalde bestaande structuren.”

“Ik wil niet ouderwets doen, maar de georganiseerde arbeidersbeweging blijft centraal staan. De arbeidersbeweging blijft de belangrijkste motor tot omvorming van de maatschappij. Instellingen en openbaarheid zijn belangrijk, en politieke partijen zijn absoluut nodig. Geen socialisme zonder sterke socialistische partij.”

“We moeten zelf macht accumuleren. Al die nieuwerwetse ideetjes om onszelf naar boven te trekken zijn dode sporen. Laat ons vertrekken van reële dingen, van het effectieve bewustzijn van de mensen. We moeten met de voeten op de grond staan.”

Dominique Willaert: “Ik sta met de voeten op de grond. Veel mensen stemmen afwisselend SP.A, PVDA, Groen!, die mensen zoeken eenheid. Het communautaire, het nationalisme staat dicht bij het kapitalisme. We moeten het hebben over eenheid, anders gaan we er niet geraken.”

“De civiele maatschappij en de partijen moeten kijken hoe ze elkaar kunnen ontmoeten. We missen veel dingen die concreet te realiseren zijn. We vergeten soms dat we concepten en analyses kunnen delen met de massa. Het potentieel van de mensen is zeer groot. We moeten de moed hebben om hen iets te leren.”

“We onderschatten hoe diep het kapitalisme en individualisme in onze maatschappij ingebakken zit. We moeten zoeken naar manieren om het politieke te brengen.”

“Er zijn zeer weinig overtuigde kiezers. Via opbouwwerk en welzijnswerk moeten we de mensen terug responsabliseren. De civiele maatschappij zal dat maar doen als de politieke wereld een teken kan geven van eenheid.“

Naar een eenheid?

Daniël Termont: “Als socialist was het ongelooflijk aangenaam om met 700 mensen in de Vooruit samen te zijn om een hele dag over het socialisme te praten. Wij moeten samen verder werken om de politici meer onder druk te zetten.”

“We gaan er niet in slagen om met politici een eenheid op te bouwen. Ik heb veel moeite gedaan om de linkerzijde op onze lijsten te krijgen. Enkel spirit en enkele anderen zijn gekomen. Dominique en zijn vrienden moeten voort gaan en de politici daartoe verplichten.”

Peter Mertens: “ik ben vrij pragmatisch. Maar we zijn met de linkerzijde misschien te pragmatisch geweest, we moeten de droom van een rechtvaardige samenleving ter op de agenda zetten. Een van de bedoelingen van de Dag van het Socialisme was de verscheidenheid tussen de soorten dromers samen te zetten.”

“We staan niet in het luchtledige, in België zal men 22 miljard euro besparen. De crisis is het resultaat van een aantal politieke beslissingen die de jongste twintig jaar zijn genomen. Nu gaat er zoveel bespaard worden, dat er overal in Europa massabewegingen opstaan.”

“Doorheen het mobiliseren moeten we de mensen leren om terug voor collectieve processen op straat te komen. We hebben dit nodig in het politieke bewustzijn.”

Francine Mestrum: “Waar ik mij zorgen over maak, is dat bepaalde groepen onmogelijk samen kunnen werken. Op 29 september zal in Brussel veel volk op straat komen. Op het Europees Sociaal Forum zie je dan mensen die weigeren om op te roepen voor het IVV want ‘dat is een reformistische vakbond’.”

“Ik ben het volledig eens dat het politieke fouten waren die ons in een neoliberale spiraal hebben gebracht. We moeten als progressieven bezig zijn met het opnieuw uitvinden en opbouwen van het socialisme.”

“De klassieke structuren zijn belangrijk, maar de desyndicalisering van Europa is ook een grafiek waard. We moeten af van het oud-linkse en mannelijke ‘of/of’-denken. Het is ‘en/en’. We zijn niets zonder de vakbonden, maar de vakbonden kunnen het ook niet alleen.”

“De rechterzijde is volledig gefragmenteerd en toch hangen ze niet in de touwen”

Elke Decruyenaere: “ik denk dat het over samenwerken moet gaan. We mogen dit niet vernauwen tot een karteldiscussie. Het gaat er over om met links samen te groeien.”

“De rechterzijde is volledig gefragmenteerd en toch hangen ze niet in de touwen. We moeten samen met de bewegingen nadenken over het programma, over een gemeenschappelijk discours en agenda.”

“Politici moeten trouw zijn aan het ideologische programma waar ze voor gaan, niet zozeer aan de partij. Het is absoluut noodzaak om aandacht te geven aan nieuwe thema’s en uitdagingen.”

“Het ecologische probleem is geen randprobleem. We zitten aan de grenzen van de groei, in een tegelijk oververhit thema. Dat aanklagen is wel degelijk een fundamentele kritiek.”

Eric Goeman: “Gaan praten met politici valt niet mee, daar wordt immers aan ‘politiek’ gedaan. Het Financieel Actie Netwerk is bezig met een pedagogisch project, samen met de vakbonden. Het gaat om vermogensbelasting, belastingsparadijzen,…  We willen dit op 29 september tonen aan de Beurs.”

Onoverzichtelijk kluwen

Eric Corijn: “In de laatste dertig jaar is de verhouding tussen civiele maatschappij en politiek zoekgeraakt, en dat maakt het zeer moeilijk. Vroeger was er een duidelijke een-op-eenrelatie tussen partij en beweging. Nu is dat zeer versnipperd en afhankelijk van het geval, van de fractie,… in een onoverzichtelijk kluwen vervat. Nu moet elk van ons werken aan coalities rond projecten.”

“Vandaag bestaat de staat niet meer waar het socialisme in kan bloeien. Socialisme gaat nog te veel over het overnemen van de staat. Dat had misschien nog gekund in de 19de eeuw, maar nu niet meer.”

“Ik geloof niet in Europa als centrum van het wereldsysteem. De sociale bewegingen die opkomen voor wereldwijde systemische verandering zullen daar niet moeten zijn. Solidariteitsbewegingen zijn nu zeer belangrijk.”

“Veel hangt af van fouten, iedereen kent in zijn eigen familie foute beslissingen. Het herfunderen moet gebeuren aan de hand van een reële analyse van de reële situatie.”

“Er gebeurt veel, maar vaak wordt het politiek afgesneden. Het is onze verantwoordelijkheid om onze centrale kwestie als hoofdpunt te maken van de verkiezingen. We moeten concreet nadenken over hoe we de agenda kunnen bepalen voor bijvoorbeeld huisvesting en andere reële samenlevingsproblemen.”

Cijfers en diagnoses

Erik Corijn: “Ik ben er voor om het echte conflict van het wereldsysteem in cijfers en diagnoses uit te werken: wat hebben we hier in Gent nodig aan scholen, aan huisvesting en dergelijke?”

“Laat ons concreet kijken waarin Termont tekortschiet en met hem discussiëren. Als er ideologische problemen zijn, moeten we hierover praten. Als er problemen zijn omwille van de coalitiepartners, dan moeten we kijken hoe we de krachtverhoudingen kunnen veranderen.”

“Laat ons bekijken hoe we Termont kunnen wapenen voor binnen twee jaar, als de N-VA er staat. Die wil de nieuwe CD&V worden op basis van een nationalistisch programma.”

“Niet al diegenen die het warm krijgen, zijn socialisten. Sommige antwoorden zijn immers niet evident. Denk maar aan meertalige scholen in multiculturele wijken,…We onderschatten de mobilisatiecapaciteit van de beweging zoals die zich concreet ontwikkelt in onze steden.”

Emile Roemer: “Alle linkse en sociale groeperingen moeten veel meer samenwerken. Laat ons gezamenlijk een beeld uitdragen van welke samenleving wij voor ogen hebben. Veel rechtse partijen roepen dezelfde dingen. Zo’n eensgezindheid kennen we bij links niet.”

“Socialisme is een kwestie van onderwijs en opvoeding. Onderwijs moet de kinderen leren omgaan met verschillen. Laatst ging ik op een economische faculteit praten met de studenten. De meesten van hen willen vooral geld verdienen.”

“Het is normaal dat je zelf wil werken aan je geluk, maar ook in de tweede of derde plaats leren mensen niet om te werken aan een betere maatschappij. Dat is een onrecht dat we hen hebben aangedaan.”

Staten en Europa niet vergeten

Francine Mestrum doet een oproep aan Corijn om niet te vergeten dat er naast het stedelijke en het stadsgewest ook de staten zijn, ook het platteland, ook het Europese niveau.

Eric Corijn: “Mijn voorstel is een politiseringspad aan te geven om de mensen en hun probleem te politiseren in de gemeenschap waar dat probleem zich bevindt. We moeten dat doen vanuit het lokale, de stad, naar boven. Elke strijd is vandaag verbonden met andere gebieden.”

Felix Rottenberg: “Elke keer hopen we dat rechtse partijen ineenstorten. PVV is geen partij. De N-VA, De Wever, is bezig met een partij uit te bouwen.”

“Welke machtsverschuivingen komen er in de wereld. Wordt Europa minder belangrijk? Zal de verzorgingstaat blijven bestaan?”

“Europa steekt nog steeds met kop en schouders boven de rest van de wereld uit. De verantwoordelijkheid voor het verder uitwerken van de parlementaire democratie ligt bij de nieuwe generaties politici en partijen. De oude machomachtsdeling blijft niet mogelijk in de nieuwe politieke wereld. Maar oude politici blijven nodig.”

“Ouderwetse machtspolitiek nam de laatste jaren steeds de overhand. Er werd ook afscheid genomen van ouderen, zoals Van Mierlo. De grootste opgave voor partijen in het openbaar bestuur is nu zich van onderaan te ontwikkelen.”

Dominique Willaert: “Hoeveel jongeren merken geen problemen op door de complexiteit van het systeem. Dat vertaalt zich in hun engagement. We hebben de fout begaan dat we toelieten dat de extrapublieke ruimte meer en meer wordt geprivatiseerd. Onderwijs kan de basis meegeven, maar leren gebeurt toch vooral in jeugdbewegingen en op de werkvloer.“

Emile Roemer: “De sociale cohesie in wijken verloopt steeds grootschaliger. Samenlevingsproblemen doen zich daar ook voor op kleine schaal.”

Concrete plannen?

Eric Goeman: “Afsluitend: wat kunnen we nu concreet samen doen?”

Daniël Termont: “Ik herhaal hier het engagement om samen te zitten, om een experiment voor samenwerking uit te bouwen, bijvoorbeeld naar 2012.”

Elke Decruyenaere: “Ik wil ingaan op de uitnodiging van Erik, Daniël en Dominique. Niet vanuit electorale strategieën, maar om te werken aan de problemen in de stad. We mogen niet vies zijn van kritiek en onderling debat.“

Peter Mertens: “Ik heb er niks op tegen om te praten of van mening te verschillen. Maar we staan ook voor de uitdaging om breed te mobiliseren voor 29 september.”

“Positief aan het voorstel van Termont is het element om gezamenlijk enkele eisen en punten naar voren te schuiven vooraleer ze in de regering stappen. Vermogensbelasting is een cruciale zaak. Dat soort thema’s moeten we samen met sociale bewegingen aanreiken aan de volgende regering.”

Matthias Lievens: “Dit najaar wordt belangrijk. Er zullen allerlei acties zijn, klimaatacties, Europese tops, onder meer in Gent. Reden genoeg om tot convergentie te komen. Dat is de uitdaging van het socialisme in 21ste eeuw.”

Eric Goeman eindigt het debat met een citaat van Habermas: “‘Als de utopische oases uitdrogen, ontstaat er een woestijn van banaliteit en radeloosheid’.Daarom moeten we samen strijden voor oases.”

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!