Obama, Nieuws, Milieu, BP, Golf van Mexico, Olieramp, Olieboorplatform, Deepwater Horizon, Halliburton, Bush -

Kroniek van een aangekondigde olieramp

De olieramp in de Golf van Mexico verergert met de dag. Verantwoordelijk bedrijf BP biechtte bij de Amerikaanse regering een rekenfout op. Niet 800.000 liter, maar wel 9,5 miljoen liter olie lekt per dag in zee. Tot overmaat van ramp blijkt dat een dergelijke ramp er al lang zat aan te komen.

donderdag 6 mei 2010 18:56
Spread the love

Die cijfers bevestigen nu dat de explosie van het olieboorplatform Deepwater Horizon en de daaropvolgende olielek de ergste milieuramp is in de geschiedenis van de Verenigde Staten. Hierbij dienen ook nog eens elf doden te worden geteld.

Hoe de ramp kon gebeuren

Aanleiding voor de ramp is het slecht cementeren van de oliebron. Daardoor kon gas ontsnappen wat de explosie heeft veroorzaakt. Het aannemersbedrijf dat de bron cementeerde, Halliburton, is geen onbekende op die markt.

Het Amerikaanse bedrijf haalt 15 tot 17 procent van zijn opbrengsten uit het cementeren van oliebronnen in zee. Daarmee is het een van de grootste spelers wereldwijd en de grootste in de Golf van Mexico.

Tegen Halliburton en BP (British Petroleum), de verantwoordelijke van het boorplatform, regent het nu aanklachten. Slachtoffers eisen van de regering dat Halliburton wordt geschorst van zijn activiteiten en dat een grondig onderzoek wordt opgestart.

In elk geval zijn weinig aspecten van de ramp verrassend te noemen. Ten eerste verrast het niet dat de ramp zich voordoet op de Amerikaanse markt.

Brazilië en Noorwegen hebben ook veel olieboorplatforms. Die zijn echter wel uitgerust met een veiligheidsventiel. Dat kan op basis van auditieve signalen worden geactiveerd om de bron te sluiten bij problemen.

De kostprijs van zo’n ventiel is 500.000 dollar. In Brazilië en Noorwegen zijn ze verplicht, maar de VS laat de keuze aan de bedrijven zelf. BP in dit geval, dat jaarlijks ongeveer twintig miljard dollar winst maakt, vond zo’n ventiel te duur.

Ten tweede wordt de zoektocht naar olie ook steeds extremer. In vergelijking met tien jaar geleden gaan oliebedrijven altijd maar dieper graven. Daarmee stijgt ook het gevaar. Hoe dieper ze boren, hoe hoger de druk wordt. Die extreme boringen zijn trouwens zelden succesvol. Slechts twee op de tien leveren iets op, maar dat deert de oliebedrijven niet. Zij maken zodanig veel winst dat zij dit nauwelijks voelen.

Boekje open over BP

Dat net BP de verantwoordelijke is voor de ramp hoeft evenmin te verwonderen. “BP is een van de onveiligste bedrijven in de VS”, zegt Tyson Slocum van Public Citizen Energy Program, een Amerikaanse organisatie ter bescherming van de democratie, de gezondheid en de veiligheid van de burgers.

“De laatste jaren kreeg BP meer dan 550 miljoen dollar aan boetes opgelegd voor het niet naleven van de veiligheidsvoorschriften, milieuvoorschriften en zelfs voor manipulatie van de markt.”

Het is trouwens niet de eerste ramp waarvoor BP verantwoordelijk is. “In 2005 was er een ontploffing in een olieraffinaderij in Texas. Er vielen 15 doden. Uit het onderzoek achteraf bleek dat BP in overtreding was met meer dan honderd veiligheidsvoorschriften.”

BP werd door de regering-Bush enkel gestraft met geldboetes. Het oliebedrijf moest ook een oplossing zien te vinden voor elke schending van de voorschriften. Na een controle door de regering-Obama bleek hiervan nog niets in huis te zijn gekomen. BP kreeg hiervoor nog eens 87 miljoen dollar extra boete.

6 miljard dollar winst in drie maanden

“Die boetes lijken verschrikkelijk hoog, maar voor een bedrijf dat iedere drie maand 6 miljard dollar winst maakt, stellen die bedragen niets voor.”

Slocum trekt hiermee aan de alarmbel. “BP beschouwt die boetes als de normale ‘kost’ van het ondernemen. Ze neemt ze er graag bij. Het is dus dringend tijd dat tegen die bedrijven veel harder wordt opgetreden.”

Slocum wil zelfs heel ver gaan. “Grote oliebedrijven blijven besparen op veiligheid en vernieuwing om zo groot mogelijke winsten te maken. De managers van die bedrijven zijn zich bewust van de overtredingen tegen de veiligheidsvoorschriften. Zij zijn dus rechtstreeks aansprakelijk voor de ongevallen. Als daarbij doden vallen, verdienen zij het om in de cel te vliegen.”

“De VS slaagt er nog altijd niet in om bedrijven op dezelfde manier te straffen als personen. Het gaat nochtans over dezelfde misdaden. Dat bewijst het heel zwakke gerechtelijke systeem en de grote macht die de bedrijfswereld uitoefent op onze democratie.”

De macht van olie

Dat de macht van de olie-industrie enorm is, weet ook Antonia Juhasz. Zij is auteur van het boek ‘The Tyranny of Oil’.

“Zeven van de tien grootste bedrijven ter wereld zijn oliebedrijven. De VS heeft de grootste oliemarkt van de wereld.”

“Die bedrijven verkrijgen hun macht via lobbywerk. Maar onder Bush kwamen zij zelfs mee aan de macht. De regering-Bush was een echte olieregering, vol met oliemagnaten.”

“Dat kan niet worden gezegd van de regering-Obama. Maar zelfs die besliste om de plannen van Bush, die andere kusten openstelt voor het boren naar olie, uit te voeren. Dat toont aan dat ook Obama verre van immuun is voor de dollars die de olie-industrie te bieden heeft.”

“Gelukkig is Obama nu wel teruggekeerd op zijn stappen. Naar aanleiding van de ramp in de Golf van Mexico heeft hij laten verstaan dat hij nu wil afwachten alvorens het licht op groen te zetten voor de bouw van nieuwe boorplatformen.”

Met Obama aan de macht moet de olie-industrie wel weer terugvallen op het klassieke lobbywerk. Dat tonen ook de cijfers.

“BP spendeerde in 2009 16,5 miljoen dollar aan lobbywerk in Washington. Dat is 6,5 miljoen meer dan in 2008. Daarmee komt het de top-twintig binnen van lobbyisten in de VS”, aldus Juhasz.

Juhasz wil er op wijzen dat meer macht voor de olie-industrie een zeer slechte zaak is. “Door hun lobbywerk slagen oliebedrijven erin toestemming te krijgen om de technologie voor oliegewin steeds verder op te drijven. Voorbij de grens van wat nog verantwoord is”. De honger naar winst domineert elk gevoel voor veiligheid en verantwoordelijkheid.

Groenwassen

Maar ondanks die wanpraktijken slagen de oliebedrijven er toch in een positief imago te krijgen bij de bevolking. Dat doen ze door groenwasserij.

Juhasz legt het fenomeen uit: “Oliebedrijven werpen zich op als investeerders in en voortrekkers van hernieuwbare en alternatieve energie. BP spendeerde het voorbije jaar vier procent van zijn opbrengsten in alternatieve energie. Dat is een belachelijk klein deel, maar in absolute cijfers is dat gezien de grote winsten veel geld. Die vier procent levert BP bij de bevolking zo het meest groene imago van alle oliebedrijven op.”

“Dat is ook de enige motivatie voor het investeren in alternatieve energie. BP heeft hoegenaamd geen interesse in groene energie. Het wil alleen vermijden dat de bevolking naar de politici stapt en van hen eist dat zij optreden tegen de wantoestanden. Zolang BP bij de bevolking het imago van groen bedrijf kan behouden, blijft het gespaard van lastige politici op jacht naar stemmen.”

Positieve gevolgen

Het is hard om te stellen, maar Juhasz en Slocum zijn het erover eens dat de ramp ook positieve gevolgen heeft.

“Ze moet dienen om de Amerikanen eindelijk wakker te schudden. De VS wil energieonafhankelijkheid door extra olie te ontginnen. Maar meer olie zal enkel tot meer miserie leiden. Ga liever op zoek naar onafhankelijkheid door te investeren in hernieuwbare energie”, aldus Slocum.

“Het publiek zal nu ook gaan inzien dat de olie-industrie niet kan worden vertrouwd. Ze moet dringend gereguleerd worden!”, voegt Juhasz hier nog aan toe.

take down
the paywall
steun ons nu!