vlnr. Ashraf, Imade Annouri (Groen), Aurélie
Interview - Aurélie, Ashraf, DeWereldMorgen-redactie

Imade Annouri: “Als de druk van klimaatjongeren groot blijft, kan de politiek dat niet blijven negeren”

donderdag 23 mei 2019 12:52
Spread the love

DeWereldMorgen.be trok met twee jonge mensen, die we de afgelopen maanden tegenkwamen tijdens betogingen, naar de drie progressieve partijen. Vandaag: Imade Annouri van Groen.

Ashraf: Waarom doet u aan politiek? Wat mij betreft: ik vind de kiescampagne oersaai. Hoe kan je nu nog jongeren overtuigen om in politiek te geloven?

“Dat is al meteen een dubbele vraag. Waarom ben ik politiek actief geworden en waarom wil ik andere jongeren motiveren om politiek actief te zijn? Mijn ervaring is helemaal niet dat jongeren niet in politiek zouden geïnteresseerd zijn. Het cliché over de passieve jeugd klopt niet. Over volwassenen wordt dat ook gezegd en dat klopt al evenmin.”

 

Ashraf: Ok, laten we die vraag dan in stukjes hakken. Waarom bent u in de politiek gestapt?

“Thuis hadden we een intense discussiecultuur. Mijn vader keek veel naar tv-reportages, waar we dan over napraatten. Ik ben ook altijd nieuwsgierig geweest naar wat in de wereld gebeurt, maar actief in de politiek stappen is toen nooit bij mij opgekomen. Ik werd wel actief bij organisaties zoals Amnesty International en de scouts. Bij de basketbalclub deden wij na de matchen hetzelfde als bij mij thuis: discussiëren over de maatschappij. In 2009 hadden een paar leden van de club een afdeling van Jong-N-VA opgericht. In datzelfde jaar deed rechts het heel goed bij de verkiezingen. Toen ben ik lid geworden van Groen, gewoon vanuit de gedachte: ‘ik moet iets doen’. Als vrijwilliger leerde ik de partij echt kennen. Drie jaar later kreeg ik de vraag om op de lijst te staan en raakte ik verkozen. Het is me allemaal een beetje overkomen zonder dat ik het goed doorhad. Ik ben daar nu heel blij over, maar een bewuste carrièrezet is het nooit geweest.”

 

Aurélie: En hoe overtuigt u andere jongeren dan?

“Alleen al de voorbije maand had ik zeven ‘sofa-gesprekken’ met jongeren. Daar krijg ik inderdaad dikwijls de reactie ‘Politiek interesseert mij niet. Dat is saai’. De avond moddert wat aan tot ik dan vraag: ‘Wat stoort u? Wat zou er anders moeten?’ Een jonge zelfstandige klaagt over de administratieve rompslomp en de kosten om iemand aan te werven. Een leerling vindt dat de leerkrachten haar niet serieus nemen. Wel, dat is dus politiek. Nog anderen zijn het beu dat er over hen en hun ouders altijd denigrerend gesproken wordt. Dat is ook politiek.”

“Ik begrijp dat parlementaire debatten niet bepaald boeiend zijn en dat politici zich niet altijd van hun beste kant laten zien. Maar alles wat wij, politici, elke dag bespreken en beslissen gaat wel over de problemen die ze net hebben opgenoemd. Als jongeren daar ‘niet mee bezig zijn’, dan zullen in Brussel enkele politici beslissen over jullie leven, zonder dat jullie daar bij betrokken zijn. Het klopt dat er in het parlement te weinig mensen zitten zoals jij en ik met dezelfde achtergrond. Maar als jullie passief blijven over de politiek, zal het alleen maar erger worden.”

 

Ashraf: Als ik naar De Zevende Dag kijk zie ik mensen die elkaar met de vinger wijzen. Het is altijd de schuld van de anderen. Ik zie een aantal ruziënde politici die straks samen beslissingen nemen waarvan wij de gevolgen dragen.

“Die afkeer over dat voortdurende gekibbel begrijp ik wel. Maar ik doe aan politiek omdat ik geloof dat we iets kunnen veranderen. Ik zeg niet dat ik de beste politicus ben en dat iedereen op mij moet stemmen. Ik zeg wel waar ik voor sta en als je daar ook achter staat, dan kan je overwegen om op mij te stemmen. Vind je dat andere mensen betere ideeën hebben, kies dan voor hen.”

Aurélie: Toch gaan jullie dan samen met die anderen in een regering stappen.

“Dat is altijd het dilemma. Je staat ergens voor, maar om te regeren, om jouw ideeën in de praktijk te brengen, moet je samenwerken en dus ook inleveren op je voorstellen. Daarover moeten wij ook eerlijk communiceren. Ik worstel daar zelf ook mee. De voorbije vijf jaar ben ik heel actief geweest op sociale media, maar ik let er altijd heel hard op om twee dingen te doen: verontwaardigd zijn over beslissingen waar ik het fundamenteel over oneens ben én tegelijk de standpunten verdedigen waar ik zelf in geloof. Ik vind dat er ook een verschil is tussen politieke polarisering en maatschappelijke polarisering. Ik heb geen probleem met politieke polarisering. Het parlement is de plaats waar je op een respectvolle manier met elkaar van mening verschilt. Dat is democratie in de praktijk. Wat daarentegen wel zeer problematisch is, is de maatschappelijke polarisatie. Als je op die partij stemt ben je geen goed mens. Als je op die partij stemt ben je een ‘nep-Vlaming’ of een ‘Gutmensch’. Dan voer je geen democratisch debat over ideeën meer, maar zet je mensen tegen elkaar op. Dat stoot mensen af. Als politicus moet je tegen een tegenstander kunnen zeggen: ik vind dat voorstel onaanvaardbaar, maar ik geloof wel dat jij daar oprecht in gelooft en ik respecteer dat. Sommige partijen spelen in op die maatschappelijke polarisering omdat ze merken dat dat hen veel stemmen oplevert. Het is electorale doping. Het is de politiek van de angst. De ander is slecht en hoort er niet bij. Dat is zeer frustrerend, want dat klimaat verander je niet zomaar.”

 

Aurélie: Op tv zien we wel niets anders.

“De afgelopen jaren heb ik geleerd dat er een enorme kloof gaapt tussen de werkelijkheid in het parlement en het beeld daarvan in de media. Villa Politica filmt één dag per week de plenaire vergadering, maar al het andere werk wordt genegeerd. Zo krijg je een vicieuze cirkel. Parlementsleden gaan dan focussen op die éne dag om te scoren. Ze gaan hun argumenten scherper formuleren. Maar het is in de commissies dat het echte werk gebeurt. Daar verloopt het onderling contact tussen de collega’s van andere partijen wél zeer goed. De debatten zijn ook heel scherp, maar ze zijn inhoudelijk zonder persoonlijke aanvallen.”

“Ik heb de voorbije vijf jaar keihard gewerkt aan regelgeving over gokverslaving, tegen seksueel overschrijdend gedrag, tegen discriminatie, dat komt niet aan bod in de media. Daar gaat het alleen over de meest cassante uitspraak van de dag. En we moeten daar eerlijk over zijn. Alle partijen doen daar aan mee.”

 

Ashraf: Groen dus ook?

“Deze manier van politiek bedrijven zit niet in ons DNA, maar we moeten daar niet flauw over doen. We laten ons regelmatig vangen. Maar we zijn toch anders. Uit een onderzoek van De Standaard blijkt bijvoorbeeld dat N-VA al 36 advertenties heeft geplaatst op sociale media. De helft daarvan valt ons aan. Wij hebben er 22 geplaatst, die gingen allemaal over de promotie van onze eigen voorstellen.”

 

Ashraf: Verdedigt u standpunten in het parlement omdat het uw eigen standpunten zijn of omdat uw partij dat wil?

“Als er partijstandpunten zijn waar ik het niet mee eens ben, dan heb ik die discussie al intern gevoerd en heb ik al naar een compromis gezocht waar we mee naar buiten kunnen komen. Er zijn voortdurend heel rijke interne debatten. Ik kan echter eerlijk zeggen dat ik nooit iets verkondigd heb waar ik het zelf niet mee eens ben, of omgekeerd, dat ik iets op sociale media plaatste enkel en alleen om likes te krijgen. Bij mij staat mijn politieke overtuiging altijd voorop.”

 

Ashraf: Wat zijn de groene prioriteiten voor deze verkiezingen?

“’Menselijker, eerlijker en gezonder’ vat het goed samen. Het klimaat gaat samen met sociale vooruitgang. Als er meer bossen zijn in Vlaanderen, voelt iedereen zich daar beter bij en het helpt ook onze klimaatdoelstellingen te realiseren. Als de uitstoot van auto’s en industrie vermindert, worden de armste mensen daar beter van, want zij wonen op de meest vervuilde plaatsen. Dat zij puffers nodig hebben, is fundamenteel oneerlijk.”

“Daarnaast heeft iedereen recht op werkbaar werk. Banen met een eerlijk loon en goede omstandigheden. Zo doe je ook iets aan de burn-out-epidemie. Werkbaar werk betekent ook de strijd tegen discriminatie. Ik sprak deze week met twee jonge vrouwen, gediplomeerde orthopedagogen. Maar zij vinden geen werk omdat ze een hoofddoek dragen. Zo wordt menselijk talent verspild. Eerlijk betekent ook een eerlijke bijdrage van de grote vermogens.”

Aurélie: Hoe wil Groen investeren in openbaar vervoer?

“Waar woon jij?

 

Aurélie: In Zonhoven, Limburg.

“Ik woon in de stad met een groot aanbod van bussen, trams en treinen. Ik durf te wedden dat jij in Zonhoven hoogstens af en toe een bus hebt. Méér investeren is uiteraard essentieel, maar er moet ook anders geïnvesteerd worden. In Limburg is er amper openbaar vervoer na acht, negen uur ‘s avonds. De trein heeft er een historische achterstand en zeer slechte verbindingen. Openbaar vervoer kan pas een volwaardig alternatief zijn als er voldoende aanbod is. Uit onderzoek blijkt dat mensen pas de auto laten staan zodra de bus of tram om de zoveel minuten passeert, zodat je zonder naar je klok te kijken naar de halte stapt, wetend dat je binnen enkele minuten een tram zal hebben. Wij geven in dit land miljarden meer uit aan bedrijfswagens dan aan openbaar vervoer, compleet absurd.”

 

Aurélie: Voor jongeren blijft het openbaar vervoer duur. Zouden we het niet beter gratis maken?

“De Lijn en de NMBS zijn onder deze regeringen duurder geworden terwijl de dienstverlening slechter werd. Wij zijn niet voor gratis openbaar vervoer, maar het moet wel goedkoper en socialer. Ik wil gerust blijven betalen zodat anderen die het minder breed hebben van dezelfde dienst kunnen gebruik maken als ik met tarieven die rekening houden met de sociale situatie.”

“Dan zijn er ook nog de wantoestanden met het luchtverkeer. Vrienden van mij profiteerden van een promotie-actie van Ryanair om voor 6 euro naar Barcelona te vliegen. Hun treinticket naar Charleroi kostte drie keer zoveel. Op vliegtuigtickets betaal je geen btw, ook de vliegtuigbrandstof is vrij van belastingen, terwijl in de prijs van je treinticket wel btw zit en de NMBS wel btw betaalt op de stroom die ze aankoopt. Dat moet anders. Niet om vliegen onmogelijk te maken, maar omdat we vinden dat het luchtverkeer moet bijdragen aan de maatschappelijke kosten die het veroorzaakt. Zo kunnen we het openbaar vervoer goedkoper maken.”

 

Aurélie: Bent u het er mee eens dat de klimaatcrisis een fundamentele systeemverandering vereist? Met onze huidige levenswijze komen we er niet.

“Natuurlijk. Die focus op ons individueel gedrag is trouwens misleidend. Hé, Anuna, jij neemt het vliegtuig! Hé, klimaatactivist, jij eet vlees! Pas op, we moeten inderdaad ons eigen levenspatroon veranderen. Heel veel mensen doen dat al. Maar denken dat je daarmee alles oplost is nonsens. In het verkeer doen we het toch ook zo? We verwachten van mensen dat ze hoffelijk rijden en geen alcohol drinken. Dat is onze persoonlijke verantwoordelijkheid. Maar tegelijk zorgt de overheid voor verkeerslichten, voor een correcte weginfrastructuur, voor politieagenten die de snelheid controleren. Dat is het systeem. Je laat dat niet aan de individuele verantwoordelijkheid over.”

 

Aurélie: Maar hoe kan je dat systeem veranderen?

“In ons samenlevingsmodel zitten systeemfouten. We heffen te weinig belastingen op zaken die schadelijk zijn en teveel op zaken die net heel goed zijn. Jobs zijn goed voor iedereen. Toch zijn de fiscale lasten op arbeid veel te hoog. Luchtvervuiling daarentegen wordt niet belast. Groen wil een groene taxshift, zodat het omgekeerde gebeurt. Duurzaam geproduceerd voedsel zou ook lager belast moeten worden dan het chemisch bewerkte voedsel dat van de andere kant van de wereld wordt ingevlogen.”

 

Ashraf: Kan je sleutelen aan het systeem in de Belgische politieke context? In een coalitie met N-VA, CD&V of Open Vld gaat dat toch nooit lukken?

“Politiek is een verlengstuk van wat de burgers zeggen. Geven die een signaal dat je niet kan negeren, dan kan alles. Voor die scholieren met hun acties begonnen, was er zelfs geen debat over het klimaat. Als de druk even hoog blijft, dan gaat dat lukken.”

 

Ashraf: De druk ligt nu blijkbaar vooral op gewone mensen. Er zijn meer en meer langdurig zieken. Zien jullie een verband met de steeds toenemende werkdruk?

“Niet alleen de mensen lijden daar onder. Ook de economie ondervindt de negatieve gevolgen. Wij geven nu al miljarden sociale zekerheid uit aan langdurig zieke werknemers, een kost die door de maatschappij wordt gedragen. De werkdruk is hoog. Daar is niet één oplossing voor. Niet omdat het een complex probleem is, maar omdat je op verschillende niveaus moet werken. Op de werkvloer moeten mensen meer inspraak krijgen. Waar het contact met de werkgever vlot verloopt, zijn er minder burn-outs. Die aanpak moeten we uitbreiden naar alle bedrijven en sectoren. De overheid moet daarin een coördinerende rol spelen.”

Ashraf: Pleiten jullie dan voor sancties voor bedrijven die het slecht doen?

“De sectoren moeten daar afspraken rond maken, bijvoorbeeld over de verdeling van fiscale voordelen. Sancties moeten we vermijden. Er moet ook meer aandacht zijn voor blijvende vorming. En taken die nu niet als werk gezien worden zoals de zorg voor familieleden en kinderen moet erkend worden.”

 

Ashraf: Hoe wil Groen het drugsprobleem aanpakken? De harde hand of legalisering?

“Tegen de grote dealers moet je keihard optreden. De huidige aanpak is absurd. De kleine gebruikers worden hard aangepakt, de grote criminelen worden ongemoeid gelaten. Aan de andere kant vind ik cannabis niet zo onschuldig als de voorstanders van legalisering beweren. Vooral zeer jonge gebruikers kunnen daar psychische problemen van krijgen. Wij stellen voor om met alle betrokkenen – de gebruikers, de jeugdzorg, de specialisten – rond de tafel te zitten. De meeste gebruikers zullen zeggen dat je door een legalisering en regulering door de overheid drugs volledig uit de criminele wereld kan halen. Anderen zullen er op wijzen dat legalisering niet alle problemen oplost. Als zij tot een consensus komen, zullen we die steunen. Medicinaal cannabisgebruik moet wel meteen gelegaliseerd worden.”

 

Aurélie: Na de moord op Julie is de discussie over de werking van justitie weer opgelaaid. Kan ik ‘s avonds nog alleen over straat als meisje?

“De trage werking van ons justitie-apparaat veroorzaakt dergelijke incidenten. Die man kon in afwachting van zijn beroep vrij blijven rondlopen, terwijl dat beroepsvonnis nog twee jaar op zich liet wachten. Dat is een direct gevolg van de besparingen op justitie. Zorg er voor dat zaken veel sneller afgehandeld worden. Er moet ook iets veranderen aan de methodiek van de aangifte van misdrijven. Een groot deel van de slachtoffers van seksueel misbruik doet zelfs geen aangifte. Zij die het wel doen, zien zelden resultaat.”

 

Ashraf: Daarmee heb je verkrachtingen nog altijd niet voorkomen.

“We leren op school alleen over de fysieke aspecten van seksualiteit, niet over hoe we met elkaar omgaan. Hoe leer je grenzen kennen, hoe leer je duidelijk aan te geven wat je wil en niet wil? Wat het allemaal erger maakt, is het zogenaamde ‘bystander-effect’. Als dergelijke dingen voor onze neus gebeuren, kijken we vaak toe. Ook daarover moeten burgers bewust gemaakt worden.”

 

Aurélie: Hebt u ooit racisme meegemaakt in uw eigen partij?

“In de partij nooit. Wel op de universiteit. Ik heb daar toch dikwijls veralgemenende uitspraken gehoord waar ik moest op reageren. Racisme is ook niet zomaar een kwestie van goede en slechte mensen. Niet iedereen is zich even bewust van diversiteit. Als ik ga spreken krijg ik soms nog heel eerlijke vragen, waarvan ik denk, is dat na alle debatten nu nog niet duidelijk?”

 

Ashraf: Racisme gaat niet alleen over wat mensen zeggen, maar ook over discriminatie op de woonmarkt of bij sollicitaties.

“Op papier hebben wij een perfecte wetgeving tegen racisme. Het is de dagelijkse praktijk die moet veranderen. Praktijktesten zijn een geschikt middel om racisme aan te tonen. Die testen moeten door de overheid worden ontworpen en uitgevoerd, in samenwerking met sociale organisaties. Zo krijgen we een echt beeld van het dagelijks racisme. Op basis van die gegevens kan je dan een beleidsplan opstellen, met medewerking van de betrokken sectoren. Of zonder hen als ze weigeren. En pas op, er is niet alleen discriminatie op vlak van ras of geloof. Er is nog meer discriminatie op vlak van leeftijd. 50-plussers die solliciteren worden wandelen gestuurd omdat ze ‘te oud’ zouden zijn. En dan hebben we het nog niet gehad over de discriminatie van holebi’s.”

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!