Bron: Flickr
Opinie, Milieu, Politiek, België -

Gaat het licht uit als het blijft vriezen?

Het blijft een vraag die in elk beschaafd land enkel op de lachspieren werkt. Maar in ons land is de vraag bittere ernst, elk jaar opnieuw: wat als het koud wordt en een deel van de kerncentrales, zoals gebruikelijk, buiten gebruik zijn? Ja, we zijn een mythologisch land: de weergoden bepalen of ons land kan blijven functioneren.

woensdag 23 januari 2019 10:47
Spread the love

Het is minder een mysterie hoe dat komt: door het gecombineerd falen van overheidsbeleid en de grote energiebedrijven. Laat ons bij de laatste beginnen. In de jaren 1990 besliste de Europese Commissie de deregulering en liberalisering van de energiemarkt. Overheidsbedrijven moesten plaatsmaken, beleid gericht op hernieuwbare energie bleef toen nog nationale materie. In ons land werd de ruimte op de energiemarkt vooral ter beschikking gesteld aan de klassieke energieconcerns; voor hernieuwbare energie voerden we het gebrekkig systeem van groene stroom-certificaten in.

De neoliberale illusie in Europa was dat marktwerking zou leiden tot lagere energiefacturen voor de consument en grote investeringen in de energie van de toekomst. Als samenleving werden we twee keer bedrogen: we betalen nog nooit zo veel en zitten ondertussen met een op de draad versleten energie-infrastructuur.

Hoe dat komt, ook bij onze Noorderburen, maakt de toenmalig bevoegde topambtenaar in Nederland, ooit de grootste fan van vermarkting, duidelijk in een terugblik: “Na de liberalisering was het eerste waar de grote energiebedrijven aan dachten concurreren, concurreren, concurreren. Toen hebben ze de lange termijn verwaarloosd.” Hij voegt eraan toe dat de energiebedrijven de duurzame boot hebben gemist en kortzichtig de actieve burgers die zelf stroom produceren totaal onderschat. Hij pleit voor harde regulering, moedige politici, zodat de groene stroom er echt komt.

Waar het grootste energiebedrijf in ons land toe in staat is, weten we ondertussen al te goed. Het maakt niet alleen miljarden euro’s extra winst door afgeschreven kerncentrales langer open te houden. Als cynisch vervolg haalt het Parijse moederbedrijf alle kapitaal weg uit België, zodat het zeker is dat de belastingbetaler en niet de aandeelhouder de miljarden zal moeten ophoesten voor de sluiting van de centrales.

Dit is enkel mogelijk omdat onze regeringen elke energievisie ontberen. Een democratische meerderheid in het parlement stemde de uitstap uit de kernenergie in 2003. Sindsdien hebben federale regeringen die beslissingen geboycot, en zo steevast het investeringsklimaat voor alternatieven onderuit gehaald.

Op Vlaams niveau is het maar een beetje beter. Het fundament van elk energiebeleid is energiebesparing. En dat doe je het beste door je te richten op woningen, zeker in een land waar we de op drie na de slechtst geïsoleerde huizen hebben van Europa. Maar wat bleek vorige week: het grote Vlaamse renovatiepact is stilgevallen … zowel het aantal renovaties als de aanvragen van energie- en renovatiepremies dalen.

Als er nog mensen zijn die verschieten dat burgers boos worden, er klimaatmarsen of scholierenprotesten zijn, je zou voor minder. Want zonder een energiesysteem dat honderd procent draait op hernieuwbare energiebronnen, is er geen doortastend klimaatbeleid mogelijk.

Gelukkig schudden geëngageerde burgers niet alleen politici wakker, ze nemen ook al langer hun toekomst zelf in handen op energievlak. Dat deden ze eerst in Denemarken, een land dat haar lessen trok uit de oliecrisissen van de jaren zeventig en hard investeerde in de uitbouw van een eigen windenergiesector. Naast tienduizenden jobs zijn er nu, omwille van slim fiscaal beleid, honderdduizenden gezinnen lid van energiecoöperaties.

Duitsland volgde met haar Energiewende, waar opnieuw burgerinitiatief in combinatie met slim overheidsbeleid – een vaste prijs voor de groene stroom die je op het net zet – leidde tot een boom van energieke burgers en hun coöperaties. Meer dan een derde van alle hernieuwbare energie-installaties zijn er in handen van burgers en hun organisaties. Dat wil niet zeggen dat Duitsland niet haar problemen kent – ze blijft nog altijd nieuwe bruinkoolmijnen openen – maar ze heeft wel een roadmap om tegen 2050 volledig klimaatneutraal te zijn.

Maar ook in België is er goed nieuws uit burgerland. Uit onderzoek van de denktank Oikos blijkt dat sinds de financiële crisis het aantal plukboerderijen, co housing-projecten en ook energiecoöperaties exponentieel toeneemt. Was Ecopower lang de eenzame energiepionier, dan telt recent onderzoek dertig coöperaties, van Oostende tot de Oost-Kantons. Dat zijn telkens tientallen trekkers en honderden coöperanten. Ze hebben ambitieuze plannen, willen zoveel mogelijk mensen betrekken en realiseren straffe zaken. Zo haalde de West-Vlaamse coöperatie Beauvant in 2017 in amper 12 uur tijd anderhalf miljoen euro op. Geld om een warmtenet aan te leggen, de energievoorziening van een Woonzorgcentrum te vernieuwen en zonne-installaties te plaatsen op publieke gebouwen.

Zeker in gemeenten waar het bestuur een slim kader uitwerkt, gaat het hard. Zo kwam Eeklo onlangs in het nieuws door haar realisaties op het terrein dankzij burgerbetrokkenheid. Ontroerend om in een tv-reportage een oudere man te horen vertellen dat hij de boom in zijn tuin had gesnoeid om goed zich te hebben op ‘zijn’ windmolen.

Vooruitziend en participatief beleid doet er toe. In die zin was de doortocht van Bart Tommelein als Vlaams minister voor Energie geen onverdeeld succes. Was zijn positieve discours over hernieuwbare energie een verademing en zijn Zonneplan een stap vooruit, toch stak ook hij zijn nek niet uit voor een decretaal kader dat burgerinitiatief structureel ondersteunt. Nog altijd is het zo dat grote zonneplantages op overheidssubsidies kunnen rekenen, terwijl kleinere projecten meer op maat van lokale burgerinitiatieven geen steun meer ontvangen. En ook burgerparticipatie verplichten bij projecten zoals windmolenparken, voor bijvoorbeeld 25 procent, is niet gebeurd. Dit betekent dat vooral de multinationals en niet de bevolking hieraan geld verdient.

Terug naar de burgers. De filosofie van de energiecoöperaties is helder: energie is van iedereen. Die mag je niet privatiseren. Daarom ondersteun je burgers maximaal in hun initiatieven zonder de eigen verantwoordelijkheid te ontlopen. Hebben onze regeringen dat nog niet door, dan was er eind vorig jaar wel een doorbraak op Europees niveau. Voor de eerste keer erkent de Europese Unie bij de goedkeuring van een nieuw Energiepakket de rol van burgercollectieven(citizens energy communities) in de uitrol van een duurzaam energiebeleid.

Het is nu aan de nationale overheden om kleur te bekennen. Studies tonen dat tegen 2050 45 procent van de Europese huishoudens hun eigen hernieuwbare energie kunnen produceren, waarbij meer dan een derde zou komen van energiecoöperaties. Zou het niet verheugend zijn dat ons land koploper zou zijn hierin, waarbij alle lichten blijven branden zonder kerncentrales, gas uit Rusland of olie uit Saoedi-Arabië?

Vrijdag 25/1 organiseert Oikos het internationaal event Energy Democracy. Alle info op Oikos.be.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!