Greenpeace International heeft in de afgelopen drie jaar de 25 grootste palmolieproducenten gevolgd met betrekking tot het kappen van tropisch regenwoud. Daaruit trekken ze de volgende drie conclusies. 40 procent van deze ontbossing vond plaats in de Indonesische provincie Papoea. Nog nooit eerder is er dergelijk uitgebreid onderzoek gedaan naar ontbossing op dit deel van het eiland Nieuw-Guinea.

Wilmar, ‘s werelds grootste palmoliehandelaar, kocht palmolie van 18 van de onderzochte palmolie-producenten die volgens het onderzoek betrokken zijn bij ontbossing. Grote merken zoals Unilever, Nestlé, L’Oréal, PepsiCo en Colgate-Palmolive zijn door hun vraag naar palmolie medeverantwoordelijk voor de kap van deze eeuwenoude regenwouden.

Ongeveer 85 procent van de wereldwijde palmolie wordt geteeld in Indonesië en Maleisië. Met alle gevolgen van dien. Uit het onderzoek blijkt dat er in 25 afzonderlijke gevallen bewijs is van (illegale) ontbossing, aanleggen van plantages zonder vergunning en in beschermde gebieden, uitbuiting van lokale bevolking en sociale conflicten, en bosbranden om land vrij te maken voor plantages.

De regenwouden van de Indonesische eilanden Sumatra en Kalimantan zijn al op grote schaal aangetast, waardoor de orang-oetan met uitsterven wordt bedreigd. Maar nu zijn ook de laatste nog grotendeels intacte regenwouden van Indonesië in de provincie Papoea bedreigd. Greenpeace wil dat voorkomen. Want dan verdwijnt in snel tempo het leefgebied van vele soorten paradijsvogels, waarvan de meeste soorten enkel in Papoea voorkomen. 

Bossencampaigner bij Greenpeace België Philippe Verbelen verklaart: “Papoea is een van de meest biodiverse plaatsen op aarde. De ongerepte bossen bleven tot voor kort gespaard  van de vernietiging voor palmolie. Maar nu heeft de industrie haar zinnen gezet op Papoea waar ze nu ook in hoog tempo het bos aan het verwoesten zijn.”

Race tegen de klok

De grootste palmoliehandelaar ter wereld is Wilmar. Dit bedrijf heeft, net als bijna alle grote afnemers van palmolie zoals Nestlé en Unilever, een overeenkomst ondertekend om banden met bosvernietigers te verbreken en in 2020 alleen nog zogenaamd duurzame palmolie in te kopen. Wilmar heeft nog 500 dagen om deze afspraak na te komen, maar niets lijkt daarop te wijzen. Uit het Greenpeace-onderzoek “Final Countdown” blijkt dat Wilmar nog steeds ‘foute’ palmolie koopt van groepen die regenwoud vernietigen en land stelen van oorspronkelijke bewoners.

“Wij pleiten al jaren voor duurzaam geproduceerde palmolieplantages, waarvoor geen tropisch regenwoud meer gekapt hoeft te worden. Unilever, Nestlé, en L’Oreal zouden zich niet meer bij Wilmar mogen bevoorraden, tot dit bedrijf kan bewijzen dat zijn palmolie schoon geproduceerd wordt”, besluit Philippe Verbelen.