Bron: Zeno Engelen
Opinie, Samenleving, Politiek, België, Lokaal, Brussel -

Theo Francken gijzelt vrijplaats van rector Pauwels

Voor de VUB was het een inzet. Verleden jaar was een meeting van Theo Francken door een tegenbetoging onmogelijk gemaakt. Nu zou de VUB onder het motto van de vrije meningsuiting zelf garanderen dat de staatssecretaris spreekrecht kreeg. Wat een lezing was van een studentenvereniging (de liberale LVSV) en een jongerenafdeling (jong NVA) werd een inzet voor de vrijplaats die de VUB wil zijn.

woensdag 16 mei 2018 21:19
Spread the love

De grote middelen waren ook ingezet. Rector Pauwels had haar standpunt bekend gemaakt via een tribune in de media. Een tegenbetoging werd toegestaan zonder de lezing te boycotten. De top van de universiteit – rector, vicerector, directie rectoraat, top administratie – was aanwezig. Er was een omvangrijke (private) ordedienst. Door de controverse waren de media ruim aanwezig. Er werden speciale VUB-badges uitgedeeld met het motto: “Speak freely. Listen repectfully. Different opinions matter” met de # “WeAreVUB”. Theo Francken laten spreken was een principekwestie geworden voor de instelling.

Ik steunde Rector Caroline Pauwels in haar argument. De democratie steunt op het tegensprekelijk debat, op de beschaafde uitwisseling van argumenten, op een kritische oordeelsvorming. En zeker de universiteit moet zo’n vrij onderzoek koesteren. En dus ging ik zoals velen met mij naar de aula, eerder om de rector te steunen dan om het al overbekende gemediatiseerde argument van de staatssecretaris nog eens te aanhoren. En, ook, hopende dat de organisatoren het bericht van het rectoraat hadden begrepen?

Vrije meningsuiting is het eerste recht. Maar vrije meningsuiting als deel van het maatschappelijk debat voorstellen, veronderstelt meteen een tegensprekelijk debat en zeker geen monoloog. Overigens gaat het in deze controverse niet alleen om het uiten van meningen, maar vooral om politieke praktijken, om beleidsdaden en dus om machtsverhoudingen. En tenslotte: als de universiteit dat debat tegen beter weten in wil doorzetten en daarvoor honderden studenten aantrekt dan moet ze ook zorg dragen voor haar centrale opdracht.

Wij zijn er inderdaad ook om de studenten het onderscheid te leren tussen ideologie en meningen en anderzijds analyse, onderzoek en wetenschap. Het gaat er dan om het vertoog op zijn samenhang, op zijn coherentie te testen. Het gaat erom de realiteitstest uit te voeren. Het gaat erom de ethische keuzes expliciet te maken.

Kortom een universitaire vrijplaats draait niet alleen om het vrij uiten van losse meningen, maar vooral om die meningen inzet te maken van een degelijk gesprek, van tegensprekelijk onderzoek en zo voortgang te maken in de vorming van een democratische publieke opinie.

Het opzet was edel. Maar de uitwerking was lamentabel. Naar de vorm. Door de overdreven veiligheidsvoorzieningen duurde het ruim 40 minuten voor de start. Dan kregen we een half uur inleidingen. Vervolgens een Castristisch ellenlange lezing van ruim twee en een half uur. En dan was er nauwelijks tijd voor enkele vragen. En vermits die veelal van concrete gevallen uitgingen, ging de staatssecretaris er niet op in, ook niet om de vraag principieel te behandelen.

En dan de inhoud. Een lezing over de uitdagingen van de migratie werd eenzijdig beperkt tot vier hoofdstukken: asielzoekers, islam, dubbele nationaliteit en terreur. Alles gebaseerd op een erg simplistische geopolitieke visie. Over framing gesproken. Erg eenzijdig en helemaal niet evenwichtig dus. Erg gericht op wetgeving, controle, opsluiten, terugsturen, push back, illegalen … Geen woord over integratie in een multiculturele samenleving.

En dan de stijl. De rector had er nog zo de nadruk op gelegd: Respect! Andere meningen zijn van belang! Open dialoog! Maar neen: urenlang schampscheuten op politieke tegenstanders, voortdurend uitgaan van het eigen grote gelijk, op irritante wijze de eigen ministers met de voornaam tot de club rekenen en de anderen negeren. Allesbehalve gericht op het open debat dus.

De partisane organisatoren zorgden ook niet voor enig kader. Op de tijd werd niet gelet. Tenzij om de vragenstellers te selecteren en af te breken toen het tijd was voor de receptie. Een gemiste kans dus. Het werd een erg eenzijdige meeting, erg disproportioneel, zonder echte tegenspraak of tegenargument. Een monoloog met enkele vragen. Een democratie onwaardig dus.

En zo kon de staatssecretaris wegkomen met enkele erg demagogische “vrije meningen”. Hij verdedigde met nadruk de noodzaak van strikte grenzen, van restrictie van het vrije verkeer van mensen, in een erg nationalistisch jargon.

En niemand die hem vroeg hoe dat coherent was met anderzijds een erg neoliberale opvatting over het vrije verkeer van kapitaal, goederen en diensten, met een privatisering van de vrijhandel en een deregulering van de arbeidsmarkt. Neen op coherentie werd de staatssecretaris niet aangesproken.

Of niemand die hem wees op de realiteit van Brussel. Een stad van 1,2 miljoen inwoners, waarvan twee derden met migratieachtergrond en waarin de twee nationale gemeenschappen elk in de minderheid zijn.

Asielzoekers zijn hier een uiterst kleine minderheid. Alsof een staatssecretaris van migratie daar niet over gaat. En hoe het dan zou komen dat hij geen begrip had voor de 600 mensen die elke dag de falende staat vervangen in de opvang van nieuwkomers en de 40.000 mensen die zich hebben opgegeven voor die taak. De staatssecretaris had geen slide over de multiculturele stad en haar nieuwkomers, over het falende onderwijs en culturele voorzieningen, over de armoede en de onevenwichtige arbeidsmarkt.

Zijn ideologie beslist dat beleid moet gaan over terugsturen, streng selecteren en islamofobie. En geen tijd voor enige tegenspraak, zeker niet wanneer hij mensenrechten ondergeschikt maakte aan nationale politieke-, beleids- en financiële opties.

En zo was er ook geen tijd voor enig gesprek of hij zo’n universitaire vrijplaats wel kon appreciëren. Want een vrijplaats voor vrij onderzoek, of vrije religie of vrije kunst moet ook een asiel zijn, een veilige plek, een beschermende omgeving. En waar de politie niet om de haverklap kan binnenvallen, zeker niet zonder toelating van rector of pastoor. En wat hij dan dacht over de razzia’s in Globe Aroma of in enkele sportclubs? Het valt te betwijfelen dat de staatssecretaris voor migratie en asiel zich over dergelijke rechtstatelijke kwesties heeft gebogen.

Vier uur dus. Wat voor de VUB een hoogmis had moeten worden van kritisch vrij onderzoek, tegensprekelijk debat en vrije gedachtewisseling, is verworden tot een urenlange monoloog van het eigen grote gelijk, niet geremd door enige realiteitstest of tegenspraak. Politieke meetings moeten zeker kunnen in een aula. Maar wanneer ze worden aangekondigd als vrijplaats van “different opinions” is er alvast een andere regie nodig en ook een spreker die bereid is het academische spel mee te spelen.

Nu ging het gewoon om een eenzijdig pleidooi pro domo. Dan kan ik begrijpen dat diegenen die dat rechts, autoritair en racistisch vinden, zich afvragen of een universitaire aula daarvoor moet worden volgestouwd met steun van de academische overheid.

Eric Corijn, hoogleraar VUB

take down
the paywall
steun ons nu!