Iván Velásquez, voorzitter van de CICIG (Wikimedia Commons)
Nieuws, Politiek -

President van Guatemala wil VN-onderzoek naar corruptie stoppen

In maart 2009 startte de 'Internationale VN-Commissie tegen de Straffeloosheid in Guatemala' voor drie jaar. Sindsdien is die echter steeds verlengd tot vandaag. De Commissie werkt samen met de overheid bij identificeren, onderzoeken, oordelen en ontmantelen corrupte netwerken en personen. President Morales wordt ook verdacht van corruptie en wil de Commissie daarom zijn mandaat ontnemen.

maandag 28 augustus 2017 22:36
Spread the love

Concreet werkt de VN-commissie Comisión Internacional Contra la Impunidad en Guatemala (CICIG) nauw samen met het Openbaar Ministerie van de Guatemalteekse overheid aan de strijd tegen georganiseerde misdaad en corruptie. Huidig voorzitter sinds 2013 is Colombiaans jurist Iván Velásquez. 

‘De corruptie is structureel’

Recent gaf Velásquez een interview aan de Spaanse krant El País in Madrid. Hij zei onder meer dat hij gelooft dat de burgerbevolking van Guatemala een hefboom kan zijn om een andere vorm van democratie met meer participatie in het leven te roepen. Ze moet dan wel gesteund worden door de media die op hun beurt bereid moeten zijn om de misdaad aan te klagen zodat corrupte individuen te kijk worden gezet en zo de verontwaardiging van de maatschappij over zich heen krijgen.  Volgens Velásquez heeft de overheid daarvoor te weinig instellingen beschikt, maar maakt ze tegelijk een overgang meemaakt tegenover de zware corruptie die in het land heerst.

“Ik geloof niet dat we kunnen spreken van een mislukte staat. Wat wij met ons onderzoekswerk hebben ondervonden is dat het land sinds tientallen jaren gegijzeld wordt door illegale netwerken.”

Enerzijds heeft de Commissie volgens hem vooruitgang geboekt. Anderzijds blijft de straffeloosheid welig tieren. In dat verband vermeldt hij dat de samenwerking met het Openbaar Ministerie ertoe geleid heeft dat criminele netwerken stilaan ontmanteld worden. Vraag is hoe het Openbaar Ministerie het hoofd zal bieden aan de blijvende corruptie.

Zijn antwoord: meer middelen, meer personeel en meer financiële steun. Met de middelen waarover het Openbaar Ministerie nu beschikt, is het totaal onmogelijk om het hoofd te bieden aan de corruptie. Magistraten hebben minstens vijftien jaar nodig om te beantwoorden aan de massa rechtszaken die sinds januari 2016 opgestapeld liggen. Indien zij zich alleen nog maar zouden toeleggen op deze zaken, zullen ondertussen nog eens 15.000 nieuwe gevallen van corruptie gepleegd zijn. In de huidige omstandigheden zal de strijd tegen de straffeloosheid dus niet gewonnen worden. De middelen waarover het gerechtelijk systeem beschikt zijn immers te schaars.

Wat betreft de drugshandel zei  Velásquez in het interview nog dat Guatemala van strategisch belang is. Het is een strategisch transitland voor de drugshandel. Vandaar dat de belangen van de drugshandelaars er zo groot zijn. De overheid is echter nog steeds zeer zwak en de overheidsinstellingen zijn in vele regio’s bijna niet aanwezig.

Ten slotte, wist hij te vertellen, “is het nodig om een cultuur van respect voor de wettelijkheid in het land te creëren. Daarnaast is het dringend nodig om een grondwettelijke hervorming door te voeren zodat het rechtssysteem kan gemoderniseerd worden en het onderzoekswerk tegen de criminaliteit intensiever kan gevoerd worden.”

Dicht op hun vel

Het spreekt vanzelf dat Velásquez omwille van zijn werk in bepaalde Guatemalteekse kringen uitgespuwd wordt. Corrupte en misdadige individuen voelen zich bedreigd, niet in het minst de politieke entourage die tv-komiek Jimmy Morales in 2015 op de presidentszetel hees. Daar zitten onder meer obscure individuen tussen die tijdens het burgeroorlog (1960-1996) oppermachtig werden en die macht per se willen behouden.

Zo komt het dat onlangs op 23 augustus bekend werd dat president Jimmy Morales van zijn ontmoeting met VN-secretaris-generaal Antonio Gutérres in New York gebruik zou willen maken om de benoeming van CICIG-voorzitter Iván Velásquez te annuleren.Op 25 augustus vroeg president Jimmy Morales in New York inderdaad “of de CICIG zich wil houden aan zijn mandaat”. In feite formuleerde hij naar alle waarschijnlijkheid een aan klacht tegen Iván Velásquez. Dat nieuws werd later in regeringskringen geloochend. 

Thelma Aldana, Hoofd van het Openbaar Ministerie, verklaarde echter dat ze de vraag van de president betreurde. Als enig mogelijk protest zag ze zich genoodzaakt in dat geval ontslag te nemen uit haar ambt als ‘Algemeen Aanklager van de Natie.’  (het equivalent van de Minister van Justitie in België).            

Ondertussen kwamen mensen massaal op straat. Denken ze aan hun successen van 2015, waarbij ze president en ex-generaal Otto Pérez Molina en vicepresidente Roxana Baldetti voor zware corruptie de laan uitstuurden? Beiden zitten sindsdien nog steeds achter de tralies. 

Onschendbaarheid ontnemen voor corruptie

Ongeveer op hetzelfde ogenblik dienden het Openbaar Ministerie en de CICIG een verzoek in om de politieke onschendbaarheid van president Jimmy Morales op te heffen. Dan kan een gerechtelijk onderzoek worden gestart voor de verdenking van illegale financiering van zijn partij, het rechtse nationalistische Frente Convergencia Nacional  gedurende de verkiezingstrijd in 2015, voor een bedrag van 800.000 Quetzales (ongeveer 69.500 euro). Hij kon die som niet verrechtvaardigen tegenover het Hoog Electoraal Hof. Corruptie dus. Het was het Hoog Electoraal Hof zelf dat de aanklacht indiende bij het Openbaar Ministerie, na alle administratieve middelen uitgeput te hebben.

Persona Non Grata

Op zondag 27 augustus verspreidde de president een presidentieel decreet dat CICIG-voorzitter Iván Velásquez beveelt het land onmiddellijk te verlaten. Die beslissing werd een dag eerder al genomen bij zijn terugkeer uit Washington. De VN reageerden met een boodschap waarin ze het werk van voorzitter Velásquez en van het Openbaar Ministerie blijven steunen.

Op maandag 28 augustus blokkeerde het Grondwettelijk Hof dat besluit. Het uitzettingsbevel mag niet worden uitgevoerd. De voorzitter van het Grondwettelijk Hof meldde dat ook de ministers van Binnenlandse en Buitenlandse Zaken en Defensie geen medewerking zouden verlenen aan een uitzettingsprocedure. De komende dagen zal dit zowel juridisch als diplomatisch uitgevochten worden. 

take down
the paywall
steun ons nu!