Opinie - Jelle Bruinsma

Verantwoordelijkheid van het Westen in vluchtelingencrisis

Honderdduizenden vluchtelingen uit door oorlog kapotgemaakte landen zijn dit jaar Europa binnengekomen. Het debat over Europa’s verantwoordelijkheid om vluchtelingen toe te laten wordt echter vergezeld door alarmerende oproepen tot nog meer oorlog, zo ook door een meerderheid van de Nederlandse Tweede Kamer.

vrijdag 11 september 2015 10:26
Spread the love

Westerse intellectuelen en staten lijken verenigd in het zien van een noodzaak tot militair ingrijpen in Syrië.

Hun argumenten rusten op de aanname dat het Westen, ondanks Obama’s oproep in 2011 tot het opstappen van Assad, geen actie heeft ondernomen in Syrië en zodoende het Syrische volk in de steek heeft gelaten. Deze last moeten we nu dragen, zo schrijven de experts.

In Nederland riep Marjolein Wijninckx, de programmaleider voor Syrië van vredesorganisatie PAX, op tot militair ingrijpen tegen Assad. In haar commentaar bekritiseerde The Guardian vorige week Europa’s “paralysis,” “inertia,” en “years of failure to confront Syria’s bloody collapse.” New York Times-columnist Ross Douthat ziet Syrië als een barst in het anders niets dan bewonderenswaardige Pax Americana, dat volgens hem voor stabiliteit heeft gezorgd. Anne Applebaum, columnist van de Washington Post, is het hiermee eens en noemt de vluchtelingen een “veiligheidscrisis,” de gevolgen van Europa’s gebrek aan actie.

De realiteit is dat het gebrek aan Westerse interventie in Syrië pure fantasie is. De gevolgen van jarenlang Westers ingrijpen in de regio doen zich voelen in Syrië, maar de VS intervenieert al sinds minimaal 2012 direct in Syrië door het financieren, bewapenen, en trainen van rebellen tegen Assad. De Washington Post onthulde in juni dat de CIA een budget van $1 miljard voor Syrië had, ongeveer één-vijftiende van haar totale budget. Met dit geld heeft de CIA zo’n 10,000 strijders Syrië ingestuurd.

Volgens de New York Times is het Pentagon nu van plan dit programma nieuw leven in te blazen en uit te breiden. Daarbij onthult ze dat Amerikaanse predator drones al tijden luchtsteun verlenen aan de rebellen.

Desondanks zullen deze daden niet voldoen om de hordes die “aan Europa’s hekken rammelen” te stoppen, aldus The Guardian. Een ander soort “internationale interventie” is “onvermijdelijk.” En ondanks dat er “geen duidelijke formule is voor het ingrijpen in broken states,” noch een “geheel bevredigend precedent voor het inzetten van Westerse macht,” moeten we dat toch maar doen.

Deze oproepen tot actie wissen en vergoelijken de geschiedenis van onze werkelijke bemoeienis en onze verantwoordelijkheid voor de huidige catastrofe in de regio. Deze niet-te-benoemen geschiedenis omvat onze blunderende interventies in Syrië, maar rijkt veel verder.

De blijvende gevolgen van Westers imperialisme zijn nog altijd voelbaar. Het Midden-Oosten werd aan het begin van de twintigste eeuw opgedeeld, grenzen werden lukraak getrokken, en etnische groepen werden tegen elkaar uitgespeeld. Ook na de dekolonisatie hield het Westen een dikke vinger in de pap (of moet ik zeggen, olie?) door het steunen van dictators, het onderdrukken van democratische opstanden en het vechten van oorlogen tegen hen die niet gehoorzaamden.

Deze geschiedenis is niet geëindigd; hij speelt zich vandaag de dag nog steeds af. De recente oorlogen in Irak, Afghanistan, Libië, en Jemen droegen allemaal bij aan het in elkaar storten van die samenlevingen. Eerder dit jaar verscheen een rapport van de groep Physicians for Social Responsibility dat poogde een overzicht te verschaffen van de slachtoffers van meer dan tien jaar ‘war on terrorism.’ De conclusie luidde dat “de oorlog, direct of indirect, meer dan 1 miljoen mensen in Irak heeft gedood, 220,000 in Afghanistan, en 80,000 in Pakistan, een totaal van ongeveer 1,3 miljoen doden.” Maar in plaats van dat de resulterende chaos wordt gebruikt als argument tegen Westerse interventies wordt zij – in Glenn Greenwald’s woorden – gebruikt om “eindeloze oorlog door het Westen te rechtvaardigen.”

Het komt daarbij niet als een verrassing dat Westerse intellectuelen en staten met elkaar in pas lopen: de dekmantel van de media bereidt het pad voor actie van de staat. De Franse president Hollande kondigde eerder deze week bombardementen op ISIS in Syrië aan. Den Haag is ook voorstander, en de Britse en Australische regeringen volgden in pas en kondigen hun eigen bombardementen aan, terwijl de Britse kranten onthulden dat Britse drones eigenlijk al maanden over Syrië vliegen en bombarderen op basis van een “kill list.”

De oorlogstrom slaat weer, en we kunnen maar beter wakker worden en haar horen. Voortzetting van Westers buitenlands beleid zal in de komende jaren onvermijdelijk de volgende golf ellende en bijbehorende vluchtelingen veroorzaken. Maar de prioriteiten liggen blijkbaar niet bij het lot van de vluchtelingen. Terwijl een deel van de Europese leiders nu stelt om de vluchtelingen te geven, en het kabinet in Nederland oproept ze in eigen regio op te vangen (wat in de echte wereld al jaren gebeurt), zijn de VN-takken die hiervoor moeten zorgen wanhopig opzoek naar geld.

De Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen, de vluchtelingeorganisatie van de Verenigde Naties, heeft een dramatisch fondsentekort, terwijl het Wereldvoedselprogramma de afgelopen weken honderdduizenden Syriërs in Jordanië moest korten op hun voedselbonnen. Hun voedselzekerheid werd daarmee verminderd, volgens uitvoerend directeur Ertharin Cousin. De waarheid is dat de kosten van onze militaire interventies deze tekorten met gemak zouden kunnen dekken. Deze discrepantie tussen woord en daad, en de keuze voor kostbare oorlogen in plaats van het voldoende financieren van opvang en zorg voor vluchtelingen moet de burger te denken geven over de werkelijke motieven.

Jelle Bruinsma werkt als PhD-onderzoeker in Geschiedenis aan het European University Institute in Florence, Italië. Daarnaast is hij redacteur bij ROAR Magazine.

take down
the paywall
steun ons nu!