President Poetin (kremlin.ru)
Analyse -

Komen de Russen (naar Syrië)?

In de Angelsaksische pers wordt al enkele dagen gespeculeerd over een mogelijke Russische militaire interventie in Syrië. De Belgische pers blijft niet achter.

woensdag 9 september 2015 13:02
Spread the love

In de Angelsaksische pers wordt al enkele dagen druk gespeculeerd over een mogelijke Russische militaire interventie in Syrië. De Belgische pers kan niet achterblijven. Vandaag brengt de krant De Morgen een artikel onder de veelzeggende titel: “Strijkt Russische beer neer in Syrië”? Daarin voert de krant een expert op die stelt dat een Russisch militair optreden hem niet zou verwonderen en dat zo’n ingrijpen het gevolg is van een diepgeworteld minderwaardigheidscomplex.

De basis voor de geruchten over een Russische militaire interventie is nogal wankel. Er is informatie over een drietal grote Russische vrachtvluchten met containers waarvan men vermoedt dat ze onder meer militair materieel bevatten. Voor de rest is het allemaal speculatie. De Morgen zegt zelfs dat er sprake is van een containerdorp in Syrië dat onderdak moet bieden aan duizend Russische militairen.

De krant vindt dit bericht in de Angelsaksische pers, maar daar lees je dan wel – opnieuw – dat het over een ‘vermoeden’ gaat en dat de bron voor dit gerucht  ‘een Amerikaanse ambtenaar’ is. Het is een typisch voorbeeld van geruchten die steeds worden verspreid en overgenomen en zo geleidelijk aan tot vaststaande ‘feiten’ transformeren. Er zijn hier nogal wat bedenkingen bij te maken:

Weloverwogen strategische belangen

1. Deze geruchten over een Russische militaire interventie worden helemaal niet in context geplaatst. Ze passen wel in het klassieke politieke NAVO-scenario van ‘de Russen komen’. Wat zeker klopt is dat Rusland militaire banden heeft met Syrië die al een halve eeuw teruggaan, zoals het gebruik van een marinebasis.

De Russische officieren die men nu ‘plots’ in Damascus ziet rondlopen, zijn daar dus niet voor het eerst. Desalniettemin is er wel degelijk sinds enige tijd een verhoogde Russische activiteit in het land. Rusland steunt immers het regime in Damascus, niet alleen politiek, maar ook militair. Het levert wapens en wellicht ook militair advies.

Rusland handelt niet vanuit een of ander  ‘minderwaardigheidscomplex’, maar vanuit puur weloverwogen hedendaags eigenbelang. Als president Assad verdwijnt kan Rusland nergens nog deftig aanmeren in deze regio, die volgepropt zit met Amerikaanse, Franse en Britse militaire basissen.

Deze Russische militaire steun is vooral ook ingegeven vanuit de bekommernis het conflict in ‘evenwicht’ te houden. Moskou probeert een tegenwicht te bieden voor de militaire steun die Saoedi-Arabië, Qatar, Turkije, de VS, Groot-Brittannië en Frankrijk leveren aan de Syrische oppositionele groepen.

De ene inmenging is de andere niet

2. Washington toont zich ‘ongerust’ over deze mogelijke Russische militaire ‘inmenging’, zo lezen we in de Angelsaksische pers. Zo schrijft de bekende Midden-Oostenjournalist Patrick Cockburn in de Britse krant The Independent dat er toch wel een hypocriet geurtje hangt aan deze  Amerikaanse kritiek. De VS mag zich – net zoals zijn bondgenoten in de Golf – immers wél ongestoord mengen in het conflict.

Niemand zal uiteindelijk meer geschokt reageren dan de VS als het Syrische leger in mekaar stuikt en de Islamitische Staat, het al-Nusra Front (Al Qaeda in Syrië) of de radicale Ahrar-al-Sham het ontstane machtsvacuüm invullen, want zij vormen momenteel de dominante krachten binnen de oppositie.

‘Trainingen’

3. De ongerustheid die nu wordt geuit over een mogelijke Russische militaire interventie contrasteert met het kritiekloze gemak waarmee westerse politici in diezelfde media pleiten voor een gelijkaardige militaire interventie. Zowel in Frankrijk, Groot-Brittannië, Nederland, België en nog een aantal NAVO-landen pleiten leidende politieke figuren voor een rechtstreekse militaire interventie, zeker in het kader van de vluchtelingencrisis.

Dit leidt tot de vaststelling dat de NAVO-lidstaten menen dat ze over een monopolie moeten beschikken op buitenlandse militaire aanwezigheden en interventies. Wat Rusland wordt verweten is het aanbieden van training aan het Syrisch leger, net wat ook de VS doet. De VS besteedt honderden miljoenen dollars aan een (overigens weinig succesvol) trainingsprogramma voor Syrische opposanten in Jordanië.

Russische binnenlandse realiteit

4. Er is ook nog de Russische binnenlandse realiteit. Een grote meerderheid van de Russische bevolking is gekant tegen een militaire interventie in Oekraïne. Er heerst veel ambiguïteit over de Russische inmenging daar, en hoewel het moeilijk valt te ontkennen dat Rusland zich daar wel degelijk militair engageert, is de vaagheid daarover nu net een gevolg van het feit dat de meeste Russen er niet warm voor lopen.

De kans dat Rusland zich aan een Syrisch militair avontuur zou wagen is dan ook behoorlijk klein, zeker met de nog bestaande trauma’s van de oorlogen in Afghanistan en Tsjetsjenië. Rusland heeft al genoeg aan zijn hoofd en weet dat een Syrisch avontuur Rusland alleen maar kan verzwakken ten opzichte van de NAVO in Oekraïne en de Baltische Zee. Het is net daar dat de echte Russische geostrategische prioriteiten liggen.

Bovendien is ook Poetin gebonden aan wettelijke beperkingen op de internationale inzet van Russische troepen. Volgens de federale wet op defensie is het de opdracht van de Russische troepen om enkel het grondgebied te verdedigen en taken uit te voeren in het kader van internationale verdragen.

Het ziet er bovendien niet naar uit – zelfs in de context van een groeiend machtsbewustzijn – dat Rusland met de voortdurende wens loopt om wereldwijd militair actief te zijn, zoals de VS dat doet vanop zijn honderden basissen over de hele wereld. Kortom, de ‘Russen’ komen niet, maar proberen in Syrië wel een regime in het zadel te houden door het militair te steunen, zoals vele andere landen zich ook militair in de oorlog daar mengen.

Een onderhandelde oplossing

5. Rusland heeft wel al bij de VS en andere landen gepolst naar het opzetten van een internationale coalitie tegen de Islamitische Staat (IS). De VS houden de boot af, omdat het weliswaar IS wil bestrijden, maar anders dan de Russen ook het Syrische regime wil zien verdwijnen, ook al vindt Washington op dit ogenblik geen geschikte kandidaat om het machtsvacuüm op te vullen dat dan zou ontstaan.

Tot slot. Elke goed geïnformeerde observator weet ook wel dat er geen militaire oplossing is voor het Syrische conflict, zoals er ook geen militaire oplossing voorhanden is om de vluchtelingencrisis op te lossen. Het is net de buitenlandse militaire inmenging (van de verschillende elkaar bestrijdende kampen) die de chaos in Syrië zo groot heeft gemaakt.

Rusland zou een belangrijke rol kunnen spelen om het Syrische regime onder druk te zetten om onderhandelingen aan te knopen met dat deel van de oppositie dat nog niet in het radicale jihadistisch kamp terecht gekomen is. Principieel blijven vasthouden – zoals de Syrische oppositie doet – aan het principe dat er ‘niet met Assad wordt onderhandeld’ staat gelijk aan het conflict in een impasse houden.

Het zou een taak van Washington kunnen zijn om de oppositiekrachten op andere gedachten te brengen, maar ook om de financieringsbronnen (vanuit de Golf en Turkije) naar radicale gewapende islamisten af te sluiten. Uiteraard draagt Syrisch president Assad (maar niet als enige) een enorme verantwoordelijkheid, zowel voor de oorlog en zijn vele slachtoffers als voor de onaanvaardbare wrede behandeling van politieke opposanten in de gevangenissen.

Assad is echter wel een machtsfactor en het enige garantieticket voor Alawitische en christelijke minderheden, die een radicale machtsovername door de soennitische meederheid vrezen. De democratische oppositie – die toch heel actief was voor de militaire escalatie van het conflict – kan zo terug op het toneel verschijnen, als er ernstige diplomatieke inspanningen worden geleverd op internationaal niveau.

Zolang dat minstens niet geprobeerd wordt, is het onzin om te stellen dat er geen ruimte zou zijn voor een politieke oplossing. Vorige vredesinitiatieven zijn gestrand omdat er politieke belangen zijn gemoeid bij het in stand houden van de oorlog.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!