Opinie - Falke Houben, Wilke Scheers

De absurde verwachtingen over de leraar anno 2015

Afgaand op de basiscompetenties van zijn beroepsprofiel, kan een leraar alles. Nu moet hij ook gaan dienen als een aanspreekpunt voor ‘de-radicalisering onderwijs’, dat jongeren moet ‘aanleren’ hoe ze hun draai kunnen vinden in onze op hol geslagen maatschappij. Is dit de taak van scholen? "Wij willen onderwijs dat voor iedereen gelijk is en dat niet focust op verschillen tussen leerlingen".

maandag 27 april 2015 14:13
Spread the love

Dient elk maatschappelijk knelpunt
doorgespeeld te worden naar het onderwijs om daar een ‘oplossing’ te vinden?
Het antwoord is natuurlijk en eenvoudig neen. Toch lijkt het erop dat de leraar
steeds vaker de rol van maatschappelijk ‘miracle worker’ opgedrongen krijgt. De
leraar dient een ideaalbeeld na te streven. Dat staat beschreven in het
beroepsprofiel en de daarbij horende basiscompetenties die de leraren dienen te
verwerven.

Elke leraar dient begeleider te zijn van leer- en
ontwikkelingsprocessen, hij is een opvoeder, een inhoudelijk expert, een
organisator, een innovator/onderzoeker, een partner van ouders/verzorgers, een
lid van een schoolteam, een partner van externen, een lid van de
onderwijsgemeenschap, en ten slotte dient hij een cultuurparticipant te
zijn.

Van de leraar wordt dus verwacht dat hij een belangrijke maatschappelijke
taak volbrengt. Een voorbeeld: het departement van Onderwijs en Vorming voert
een nieuw aanspreekpunt ‘de-radicalisering onderwijs’ in. Het zou de taak
van de leraar en de scholen zijn om de radicalisering van jongeren tegen te
gaan. Maar is dit effectief de taak van scholen en leraren?

De-professionalisering

Het lijkt wel een trend. Zeer veel van wat
misloopt in onze samenleving, veel maatschappelijke en politieke problemen worden
doorgespeeld naar het onderwijs. Men lijkt te veronderstellen dat alles
aangeleerd kan worden. Zo ook met het voorbeeld van de radicalisering van
Vlaamse jongeren. Die wordt naar voren geschoven als een probleem waar het
onderwijs een oplossing voor kan bieden. Het onderwijs zou de jongeren moeten
‘aanleren’ hoe ze hun draai moeten vinden in onze op hol geslagen maatschappij.

Daardoor verschuift de kerntaak van de leraar – met name die van
lesgever, ontwikkelaar van individuen met kennis van de maatschappij en de
wereld waarin ze leven – naar de achtergrond. Een de-professionalisering van de
leraar ligt op de loer. Leerlingen verzamelen in de klas rond
een subject, hen warm maken voor het willen leren: dat lijkt irrelevant te worden.
De leraar dient geen professional meer te zijn in zijn vak. Hij krijgt
daarentegen een takenpakket toebedeeld dat zo disparaat en veeleisend dreigt te
worden dat het onmogelijk uit te voeren is. Is het dan verbazend dat het
lerarenberoep niet meer aantrekkelijk is?

Gedwee knikken

Wij pleiten natuurlijk niet voor een
wereldvreemd onderwijs, maar wel voor goed onderwijs dat zijn grenzen
respecteert en dat zich mag toeleggen op zijn kerntaken, dus het aanbieden van
kennis en het ontwikkelen van individuen tot ‘goede’ burgers. Wij willen
onderwijs dat voor iedereen gelijk is en dat niet focust op verschillen tussen
leerlingen. Dat onderwijs kàn perspectief bieden aan jongeren die in deze
samenleving hun draai niet meer vinden en een uitweg zoeken in de
radicalisering. Essentieel is dat we opnieuw ruimte en tijd geven aan waar goed
onderwijs voor dient, met leraren die zich daar opnieuw op kunnen toeleggen.

Vroeger was men ervan overtuigd dat
het de taak is van de ouders om hun kinderen op te voeden tot goede burgers. Nu
wordt die taak steeds vaker op leerkrachten afgewenteld, waardoor die anno 2015
lijkt weg te kwijnen onder de druk. De samenleving vraagt zich af waarom, maar
knikt ondertussen gedwee ‘ja’ op alle verantwoordelijkheden die het onderwijs op
de schouders geladen krijgt. Het is de hoogste tijd om in te zien dat dit niet
langer kan. Onze leraren hebben dat al ervaren.

Falke Houben en Wilke Scheers studeren Pedagogische Wetenschappen aan de KULeuven

take down
the paywall
steun ons nu!