Opinie - Christine Melkebeek

Pleidooi tegen GAS

Vandaag pleitten onder andere de Kinderrechtencoalitie en de Liga voor Mensenrechten voor het Grondwettelijk Hof in de zaak van de controversiële GAS-wet. Voor de Kinderrechtencoalitie pleitte vicevoorzitter Christine Melkebeek. Voor haar pleidooi kroop ze in de huid van een 14-jarige jongen die een GAS-boete kreeg en daarvoor een brief schreef naar de Kinderrechtencoalitie Vlaanderen.

woensdag 29 oktober 2014 19:27
Spread the love

Dag Kinderrechtencoalitie,

Mijn naam is De Wildejan, ik ben 14 jaar oud en woon in Zurendaal. Op
woensdag 15 januari 2014 was ik met mijn broer Peter aan het spelen
in het stadspark. Het had net gesneeuwd en we gooiden met
sneeuwballen naar elkaar. Totaal ongewild raakte ik daarbij een
politieagent die samen met zijn collega door het park ging.

De politieagenten kwamen naar ons toe, werden boos en vertelden ons
dat we geen respect voor hen hadden, controleerden ons en waren van
oordeel dat we teveel overlast veroorzaakten. We kregen een GAS-boete
en zouden uitgenodigd worden voor een bemiddelingsgesprek. Ze gaven
ons het bevel onmiddellijk het park te verlaten.

Verdrietig en ontzet verlieten we het park en gingen naar huis, waar
we op de komst van onze papa wachtten.

Toen hij thuiskwam vertelden we van het gebeuren en vroegen wat
overlast nu eigenlijk betekent, want we hadden toch alleen maar met
sneeuwballen gegooid, toch niets verkeerds?

Papa vertelde dat in de GAS-wet er geen duidelijke definitie van
overlast staat, en dat dit nogmaals bevestigd wordt in de omzendbrief
van 22 juli 2014. De minister verwijst er naar de vage beschrijving
van omzendbrief 00P 30bis. De omzendbrief somt een aantal voorbeelden
op van dingen die overlast kunnen uitmaken. Papa gaf ons twee
voorbeelden: Zo zullen we onze hond Lassie voortaan moeten verbieden
om pootje te baden in de stadsvijver, ook zal het verboden zijn de
wilde kater Tom die ’s avonds aan de achterdeur zit, melk te geven.
Het verbod op sneeuwballen gooien staat er gelukkig niet in vermeld.
We mogen uiteraard niet wildplassen of zwerfvuil achterlaten, of
mensen lastigvallen zei papa, maar dat wisten we.

Papa zei dat wij geen overlast hadden berokkend, spelen met
sneeuwballen is een spel. En het recht op spelen is een fundamenteel
en volwaardig kinderrecht dat opgenomen is in het IVRK.

Het zou wel goed zijn, zei papa, dat er een uitputtende lijst komt
met gedragingen die openbare overlast kunnen vormen, dan zouden we
tenminste weten wat wel en wat niet kan in de 589 gemeenten die
België telt. Zoniet komt de rechtszekerheid in het gedrang en loert
willekeur om de hoek.

Papa zei ook dat een politierechter in Brussel op 28 februari 2014
(JDJ 2014/335, 58) had geoordeeld dat agenten die een inbreuk
vaststellen geen proces-verbaal mogen opmaken in zaken waarin ze zelf
betrokken zijn. Omdat zij op die manier hun onafhankelijkheid en
onpartijdigheid in een dergelijk conflict verliezen. Ook het
Grondwettelijk Hof oordeelde in 1997 in die zin voegde hij er aan
toe. (GwH 14 juli 1997, arrest nr. 48/97).

De agenten hadden ons verteld dat het PV naar de sanctionerend
ambtenaar van onze gemeente Zurendaal ging gestuurd worden. Deze kan
een procedure van ouderlijke betrokkenheid t.a.v. ons openen.
Vervolgens kunnen we een verzoekschrift indienen en krijgen we lokale
bemiddeling aangeboden. Wanneer die zou falen, kan een
gemeenschapsdienst worden aangeboden. En in het geval we de
gemeenschapsdienst zouden weigeren of niet uitvoeren kunnen we een
geldboete krijgen van 60 euro die kan oplopen tot maximaal 175 euro.

Tegen deze opgelegde overlastboete kan met een kosteloos
verzoekschrift beroep worden aangetekend bij de jeugdrechtbank. De
jeugdrechter kan deze boete vervolgens nog vervangen door een
maatregel van behoeding, bewaring of opvoeding. Een zwaardere
maatregel dan de geldboete zei papa.

We begrepen niet zo goed dat we als 14-jarige een geldboete konden
krijgen. Ons papa begreep dit ook niet, aangezien het Grondwettelijk
Hof zich in 2006 al diep en verontrustend gebogen had over de
leeftijdsgrens van 16 jaar. En in 2002 uitdrukkelijk stelde dat aan
minderjarigen geen geldboetes kunnen worden opgelegd”. En te
denken, zei papa dat er zelfs beleidsmensen zijn die de
leeftijdsgrens naar 12 jaar willen brengen. Vorige week stond in de
krant dat jongeren bijna nooit een GAS-boete krijgen, behalve wij dan
natuurlijk. Waarom moest de minimumleeftijd om een GAS-boete te
krijgen dan naar beneden?

In maart 2014 kregen we een aangetekend schrijven van de
sanctionerend ambtenaar van Zurendaal waarin te lezen viel dat we
overlast hadden veroorzaakt door het gooien van sneeuwballen naar een
politieagent en werden we uitgenodigd voor een bemiddelingsgesprek.

Papa zei dat de bevoegdheden waarover onze gemeente Zurendaal en
andere steden en gemeenten beschikken zowel “wetgevend”,
“rechterlijk” als “uitvoerend’ van aard zijn. Hij deed ons de
volgende uiteenzetting, omdat we er niets van begrepen:

Zo beslissen de steden en gemeenten eerst welke gedragingen met een
administratieve sanctie kunnen worden bestraft. Deze gedragingen
worden vervolgens opgenomen in hun politieverordening. Daarnaast
kunnen steden en gemeenten ook optreden als vaststeller van de
inbreuken op hun politiereglementen. Tevens treden steden en
gemeenten op als rechter op het vlak van bemiddeling, de
opportuniteit van de vervolging en de aard van de sanctie. De steden
en gemeenten vervullen zowel de rol van het Openbaar Ministerie als
van de rechter ten gronde. Ten slotte komt de boete, die de
sanctionerend ambtenaar als rechter oplegt, rechtstreeks de
gemeentekas ten goede. Hierdoor ontstaat volgens papa een terechte
vrees voor belangenvermenging en wordt de scheiding der machten
gefnuikt.

Hij had ons dit nog maar net uitvoerig uitgelegd of op televisie
vertelden een aantal burgemeesters dat ze geen kleine diefstallen en
verkeersboetes willen beteugelen met een GAS-boete als de parketten
het even te druk hebben, het College van Procureurs-generaal had hen
dit gevraagd in een omzendbrief. De burgemeesters vonden dat in deze
de scheiding der machten niet gerespecteerd zou worden. Als de
burgemeesters nog een beetje beter nadenken zullen ze wel begrijpen
dat deze vernieuwde GAS-wet over de gehele lijn de scheiding der
machten miskent, zei papa.

Papa had ook vernomen dat in 2006 bij de hervorming van de
jeugdbeschermingswet het aan de jeugdparketten verboden werd
“alternatieve straffen uit te delen”. Enkel de jeugdrechter mocht
dit doen. De nationale raad van de Procureurs des Konings namen in
2005 een unaniem standpunt in “om de gemeentelijke overheden ervan
te overtuigen in hun gemeenten “geen” GAS-reglement te gebruiken.

De top van de magistratuur maakte in 2013 brandhout van het
voorontwerp van de vernieuwde GAS-wet omdat deze ongrondwettig zou
zijn. De adviezen waren zelfs even weggetoverd merkte papa fijntjes
op. En nu roept het College van procureurs-generaal plots de
burgemeesters om hulp. Toch wel een hele rare gang van zaken, zeker
als men bedenkt foeterde papa dat het college van procureurs-generaal
ondertussen vraagt “tijdelijk” zwaardere overlastdossiers van
minderjarigen niet langer door te geven aan de gemeenten. De
parketten moeten deze dossiers momenteel zelf behandelen en zo hoort
het ook vindt papa.

Maar ik kom nu terug op onze GAS-boete. Eind april 2014 vond het
bemiddelingsgesprek plaats en werden we geconfronteerd met een
bemiddelaar, die niet onafhankelijk was en druk uitoefende op onze
ouders via een collega sanctieambtenaar. Mijn papa zei dat de
onafhankelijkheid van een sanctionerend ambtenaar de meest
elementaire minimumwaarborg van iedere rechtsstaat moet zijn.

Er werd een ontwerp van overeenkomst opgesteld. Mijn papa had
ondertussen jeugdadvocaat Mr. Salduz, aangesteld, die liet de
sanctionerend ambtenaar weten dat we niet akkoord gingen met het
ontwerp van overeenkomst. Enige tijd later kregen we een aangetekend
schrijven dat mijn broer Peter en ik een geldboete kregen. Mr. Salduz
tekende onmiddellijk beroep aan bij de jeugdrechtbank.

De jeugdrechter was een lieve man, en herinnerde zich gelukkig zijn
eigen kindertijd waar met sneeuwballen spelen wel nog kon,
vernietigde de beslissing van de sanctionerend ambtenaar en oordeelde
dat we geen overlast hadden berokkend, enkel aan onze gooitechniek
dienden we te werken, zodanig dat we in de toekomst niemand een blauw
oog zouden bezorgen.

Beste kinderrechtencoalitie, ik hoop dat jullie iets tegen deze
vernieuwde GAS-wet willen ondernemen want het lijkt erop dat de
intolerantie t.o.v. kinderen en jongeren met de dag groeit. Kunnen
jullie mijn angsten voorleggen aan het Grondwettelijk hof en de hoge
mevrouwen en mijnheren zeggen dat door de vernieuwde GAS-wet de
rechten van kinderen en jongeren en de rechten van alle mensen in ons
landje geschonden worden.

Alvast dikke merci!

En als binnenkort de stroom uitvalt zal ik tegen papa zeggen dat ik
kaarslicht verkies, boven GAS-licht.

Vele lieve groeten,

Getekend,

De Wildejan

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!