Noam Chomsky tijdens een Occupy-event op 7 april 2011 (foto Andrew Rusk/Creative Commons)
Analyse -

Chomsky: Israël schendt wapenstilstanden zonder ophouden

Volgens Noam Chomsky betekent de laatste wapenstilstand tussen Gaza en Israël een terugkeer naar 'normaal', waarbij Israël voortdurend het akkoord schendt en de internationale media pas wakker schieten wanneer Hamas daar na lang geduldig ondergaan op reageert. Wie de drijfveren van Israël wil kennen, vindt hier een essentiële analyse.

donderdag 9 oktober 2014 23:47
Spread the love

Op
26 augustus 2014 hebben de Palestijnse Autoriteit en Israël een
staakt-het-vuren aanvaard na een vijftig dagen durende aanval op Gaza die
2100 doden eiste en uitgestrekte desolate landschappen van vernieling
achterliet. Dit akkoord roept op tot een einde van elke militaire
actie van zowel Israël als Hamas, evenals een versoepeling van de
Israëlische bezetting die Gaza al jarenlang in een wurggreep houdt.

Dit
is slechts een zoveelste akkoord in een serie wapenstilstanden
die werden bereikt na telkens weer één van Israëls periodieke
escalaties van zijn nooit aflatende agressie tegen Gaza. Al die jaren
zijn de termen van deze akkoorden dezelfde gebleven.

Telkens is het patroon na weer een aanval dat Israël het
afgesloten akkoord naast zich neerlegt terwijl Hamas er zich aan
houdt – zoals Israël officieel ook heeft erkend – totdat een
scherpe toename van het Israëlisch geweld uiteindelijk een reactie
van Hamas uitlokt. Daar volgt dan nog brutaler geweld op.

Deze
escalaties kan je best vergelijken met het afschieten van vissen in
een vijver, of ‘het maaien van het gras’, zoals dat in Israël wordt
gezegd. Recent werd het accuraat omschreven als “het
verwijderen van de toplaag van de bodem” door een Amerikaanse
hogere militaire officier, die geschokt was door de praktijken van
het “meest morele leger ter wereld”, zoals het leger van Israël
zichzelf omschrijft.

Eerste
akkoord van november 2005

Het
eerste akkoord in de rij was het ‘akkoord voor bewegingsvrijheid en
toegang’ tussen Israël en de Palestijnse Autoriteit van november
2005. Dat voorzag de volgende zaken:

  • een grensovergang tussen Gaza en Egypte voor de export van goederen
    en het grensverkeer van mensen;
  • het wegnemen van obstakels voor de vrijheid van beweging van bussen
    en konvooien van vrachtwagens binnen de Westelijke Jordaanoever zelf
    en tussen de Westelijke Jordaanoever en Gaza;
  • de bouw van een zeehaven in Gaza;
  • de heropbouw en heropening van de luchthaven van Gaza, die eerder
    door Israëlische bommen was vernietigd [in 2000, twee jaar
    nadat ze was geopend, nvdr].

Dat
akkoord werd afgesloten kort nadat Israël zijn kolonisten en
strijdkrachten uit Gaza had teruggetrokken. Het motief voor deze
terugtrekking werd uitgelegd door Dov Weinglass, een vertrouweling
van toenmalig eerste minister Ariel Sharon, die belast was met de
onderhandeling en implementering van deze terugtrekking.

Ultieme doel: het
vredesproces bevriezen

“De
bedoeling van dit terugtrekkingsplan is het bevriezen van het
vredesproces”, legde Weinglass uit aan de Israëlische pers.
“Wanneer je dat proces bevriest, voorkom je de oprichting van een
Palestijnse staat, voorkom je een debat over de vluchtelingen, de
grenzen en Jeruzalem. Heel dat gedoe dat de Palestijnse staat wordt
genoemd en alles wat ermee samenhangt is zo effectief van onze
agenda verwijderd. Dat gebeurde allemaal met gezag en toestemming van
de (Amerikaanse) president en met de ratificatie van beide
parlementen van het Amerikaanse Congres.” Dat is zonder meer de
waarheid.

“Deze
terugtrekking is zoals formaldehyde”, voegde Weinglass er aan toe,
“het biedt ons net de hoeveelheid formaldehyde die nodig is om een
politiek proces met de Palestijnen te verhinderen.” Israëlische
haviken erkenden ook dat het meer zin had die enkele duizenden
kolonisten weg te halen uit illegale gemeenschappen die Gaza
vernietigden en ze over te brengen naar illegaal gesubsidieerde
gemeenschappen op de Westelijke Jordaanoever, waar Israël van plan
is ze te behouden.

Die
terugtrekking werd aan de buitenwereld voorgesteld als een nobele
poging tot vrede, maar de werkelijkheid was heel anders.

Israël
heeft de controle over Gaza nooit losgelaten en wordt door de VN, de
VS en andere naties aanzien als de bezettende macht (Israël zelf
vindt uiteraard van niet).

In
hun lijvige verhaal over de Israëlische nederzettingen in de bezette
gebieden, beschrijven de Israëlische wijsgeren Idith Zertal and
Akiva Eldar wat er feitelijk gebeurde toen Israël zich zogezegd
terugtrok uit Gaza: het verwoeste gebied werd “nog geen enkele dag
vrijgegeven uit Israëls militaire greep of verlost van de prijs van
de bezetting die de inwoners er elke dag betalen”.

Na
de terugtrekking “liet Israël verschroeide aarde achter, verwoeste
diensten en mensen met noch een heden noch een verleden. De
nederzettingen werden vernietigd als de sluwe zet van een onverlicht
bezetter, die feitelijk het gebied blijft overheersen en diens
inwoners blijft vermoorden en de duivel aandoen door middel van zijn
overweldigende militaire macht.”

Operatie
Gegoten Lood 2008-2009

Israël
had snel een voorwendsel om dat eerste akkoord van november 2005
steeds zwaarder te schenden. In januari 2006 begingen de Palestijnen
immers een ernstige misdaad. Ze stemden ‘verkeerd’ in zorgvuldig
gemonitorde [internationaal als transparant en correct
beoordeelde] vrije verkiezingen, waardoor het Palestijns
parlement in handen van een meerderheid van Hamas kwam.

Israël en de
VS legden onmiddellijk harde sancties op, waarmee ze de wereld heel
duidelijk maakten wat zij verstaan onder “bevordering van de
democratie”. De EU, tot diens scha en schande, sloot zich hierbij
aan.

De
VS en Israël begonnen na de verkiezingen van 2006 snel een militaire coup te plannen om de voor
hen onaanvaardbare democratisch verkozen regering omver te werpen,
een voor hen gebruikelijke procedure in dergelijke gevallen.

Toen
Hamas in 2007 de couppoging echter wist te verijdelen, werd de
belegering van Gaza zwaar geïntensifieerd, met regelmatige
Israëlische militaire aanvallen. Foutief stemmen in een vrije
verkiezing was al erg genoeg, maar een door de VS geplande militaire
coup verijdelen, dat was echt wel een onvergeeflijke overtreding van
de geldende spelregels!

Er
werd in juni 2008 een nieuw staakt-het-vuren bereikt [na de
operatie Gegoten Lood van november 2007-januari 2008].
Dat nieuwe akkoord riep opnieuw op tot het openstellen van de
grensovergangen om “de transfer van alle goederen die werden
verbannen terug in Gaza binnen te laten”. Israël ging hier formeel
mee akkoord, maar kondigde onmiddellijk aan dat ze het akkoord niet
gingen nakomen en de grenzen geblokkeerd hielden totdat Hamas Gilad
Shalit zou worden vrijgelaten, een Israëlisch soldaat die gevangen gehouden werd door Hamas (sinds 2006).

Ontelbare ontvoeringen van Palestijnen

Israël
heeft zelf een lang palmares van ontvoering van burgers in Libanon en
op zee, waarbij ze gedurende Palestijnen lange periodes vasthoudt
zonder geloofwaardige aanklacht, soms als gijzelaars. Burgers
gevangen houden op grond van dubieuze aanklachten of zonder aanklacht
is natuurlijk een praktijk die routineus voorkomt in de door Israël
gecontroleerde gebieden. Het standaard Westers onderscheid tussen
“mensen” en “niet-mensen” (‘unpeople’,
in de hier zo
nuttige uitdrukking van George Orwell) maakt dat palmares echter
irrelevant.

Israël
heeft niet alleen de bezetting van Gaza in stand gehouden. Het
overtrad [met de weigering de grensovergangen te openen] het
staakt-het-vuren van juni 2008. Bovendien deed Israël dat extreem
gewelddadig. Het leger belette zelfs het United Nations Relief and
Works Agency
(UNRWA, het agentschap van de VN voor hulp aan
Palestijnse vluchtelingen), dat zorgt voor het hoge aantal officiële
vluchtelingen in Gaza, zijn voorraden aan te vullen.

Op
4 november 2008, toen de media zich concentreerden op de
presidentiële verkiezingen in de VS, vielen Israëlische troepen
Gaza binnen en doodden zes Hamas-militanten. Dat ontlokte een
reactie van Hamas met een raket en had een vuurgevecht tot gevolg.
Alle doden bij dat gevecht vielen aan Palestijnse kant.

VN-Resolutie
veroordeelt Israëlische agressie

Eind
december 2008 stelde Hamas voor het staakt-het-vuren te hernieuwen.
Israël overwoog het aanbod, maar verwierp het en verkoos Operatie Gegoten Lood te lanceren, een drie weken durende
inval met volle kracht van het Israëlische leger in de Gazastrook.
Dit resulteerde in schokkende gruweldaden die door internationale en
Israëlische mensenrechtenorganisaties goed gedocumenteerd werden.

Op
8 januari 2009, terwijl Operatie Gegoten Lood in volle razernij
woedde, werd door de VN-Veiligheidsraad een unaniem gestemde
resolutie aangenomen (met onthouding van de VS) die opriep tot een
“onmiddellijk staakt-het-vuren dat leidt tot een volledige
Israëlische terugtrekking, een onbelemmerde bevoorrading voor Gaza
van voedsel, brandstof en medische zorgen, en verscherpte
internationale maatregelen om wapen- en munitiesmokkel tegen te
gaan”.

Er
werd effectief een nieuw staakt-het-vuren bereikt, maar de
voorwaarden, gelijkaardig aan de voorgaande, werden weerom nooit
nagekomen door Israël. Ze sprongen volledig af bij de volgende
‘maaibeurt van het gazon’ in november 2012 met Operatie Zuil van
Verdediging.

Wat in de maanden voor die nieuwe agressie gebeurde, kan
aangetoond worden met de cijfers van de slachtoffers van januari 2012
tot het lanceren van die operatie (in november 2012): één Israëli
werd gedood vanuit Gaza terwijl 78 Palestijnen gedood werden door
Israëlische aanvallen.

Operatie
Zuil van Verdediging 2012

De
eerste aanslag van Operatie Zuil van Verdediging was de moord op
Ahmed Jabari, een hooggeplaatste bevelhebber van de militaire vleugel
van Hamas. Aluf Benn, hoofdredacteur van Israëls voornaamste krant
Haaretz, beschreef Jabari als Israëls “onderaannemer” in Gaza,
de man die zorgde dat er meer dan vijf jaar relatieve kalmte was.

Zoals
altijd was er een voorwendsel voor deze moord. De meer plausibele
reden werd gegeven door Israëlisch vredesactivist Gershon Baskin.
Hij was jarenlang betrokken bij rechtstreekse onderhandelingen met
Jabari. Baskin meldde dat Jabari enkele uren voor hij werd vermoord,
“een voorlopige versie (ontving) van een permanente wapenstilstand met
Israël, waarin maatregelen waren vastgelegd die genomen moesten
worden om de wapenstilstand in stand te houden als er weer
uitbarstingen van geweld ontstonden tussen Israël en de gewapende
milities in de Gazastrook.”

Dit
is een lange lijst van Israëlische acties, bedoeld om de dreiging
van een diplomatieke oplossing af te wenden. Na deze laatste oefening
in ‘het maaien van het gras’ werd er opnieuw een
wapenstilstandsakkoord bereikt. In dit akkoord werden de nu
standaardtermen geworden voorwaarden herhaald.

Dit akkoord riep op
tot een staking van alle militaire acties aan beide zijden en het
effectief beëindigen van de Israëlische bezetting van Gaza, evenals het “openen van de grensovergangen en vergemakkelijken van bewegingen door
mensen en goederentransfers, en zich weerhouden om de
bewegingsvrijheid van de inwoners te beperken en geen aanvallen meer
te richten op inwoners in de grensgebieden.”

Hamas
houdt zich weer aan de afspraken

Wat
er vervolgens gebeurde, werd opgevolgd door Nathan Thrall, senior
Midden-Oosten analist van International Crisis Group. De Israëlische inlichtingendiensten erkenden dat Hamas zich hield aan de termen
opgesteld door het wapenstilstand. Thrall schreef daarover:

“Israël
had daarom weinig redenen om zich te houden aan hun deel van het
bestand. In de drie maanden die volgde op het afsluiten van de
wapenstilstand, vielen hun troepen geregeld Gaza binnen, beschoten ze
Palestijnse boeren en mensen die schroot en puin verzamelden
aan de andere kant van de grens, en schoten ze naar boten op zee,
waardoor ze de vissers de toegang tot het grootste deel van de
wateren van Gaza verhinderden.”

Met
andere woorden, de bezetting van Gaza werd nooit beëindigd.
“Grensovergangen werden regelmatig afgesloten. Zogenaamde
bufferzones in Gaza [die de Palestijnen niet mogen betreden en die
een derde of meer van de beperkte landbouwgrond van de Gazastrook
omvatten] werden opnieuw ingevoerd. De invoer van producten daalde, de export werd volledig
geblokkeerd en er werden steeds minder uitreisvisums toegestaan naar
Israël en de Westelijke Jordaanoever aan Palestijnen van Gaza.

Palestijnen
vormen eenheidsregering

Zo
gingen de voortdurende schendingen van Israël van het bestand door
tot zich in april 2014 een belangrijke politieke gebeurtenis
voordeed. De twee grootste Palestijnse organisaties, de in Gaza
regerende Hamas en de door Fatah gedomineerde Palestijnse Autoriteit
(PA) op de Westelijke Jordaanoever, tekenden een akkoord voor een
Palestijnse eenheidsregering.

Hamas had daar grote toegevingen voor
gedaan. Er zat immers niemand van hun leden of bondgenoten in de
eenheidsregering. Zoals Nathan Thrall terecht opmerkte, droeg Hamas
in feite het bestuur van Gaza over aan de PA.

Duizenden
personeelsleden van de veiligheidsdiensten van de PA werden naar Gaza
verzonden. De PA plaatste zijn grensbewakers aan de grenzen en
grensovergangen, zonder wederzijdse posities voor Hamas in het
veiligheidsapparatuur op de Westelijke Jordaanoever.

Uiteindelijk
aanvaardde de eenheidsregering ook de drie voorwaarden die Washington en de
EU reeds lang hadden geëist:

  • het afzien van geweld;
  • het naleven aan
    bestaande akkoorden;
  • de erkenning van de staat Israël.

Israël
was daar woedend over. De regering verklaarde onmiddellijk dat ze elk akkoord
met de eenheidsregering zou weigeren en schorste alle
onderhandelingen op. Haar woede werd groter toen de Verenigde Staten, tezamen met
het merendeel van de wereld, hun steun gaven aan deze Palestijnse
eenheidsregering.

Israël
wil geen Palestijnse eendracht

Er
zijn goede redenen waarom Israël tegen eensgezinde Palestijnse
samenwerking is. Eén ervan is dat het conflict tussen Hamas en Fatah
Israël een goed voorwendsel gaf om deelname aan enige serieuze
onderhandelingen te weigeren. Hoe kan men immers onderhandelen met
een intern verdeelde tegenstrever?

Belangrijker
is dat Israël zich reeds meer dan twintig jaar vasthoudt aan het afscheiden
van Gaza van de Westelijke Jordaanoever. Dit is een cruciale
overtreding van de Oslo-akkoorden van 1993 die Gaza en de Westelijke
Jordaanoever als één onafscheidbare territoriale eenheid vastlegde.

Een
blik op de kaart legt uit waarom. Door het afzonderen van Gaza,
ontzegt men alle gebieden op de Westelijke Jordaanoever die nog
werkelijk overgelaten worden aan de Palestijnen een toegang naar de
buitenwereld. Ze zijn dan immers ingesloten door twee vijandige
landen, Israël en Jordanië, beiden bondgenoten van de VS – en in
tegenstelling tot wijdverbreide waanbeelden, de Verenigde Staten zijn allesbehalve een neutrale “eerlijke bemiddelaar”.

Een koloniale traditie

Daarbij
komt bij dat Israël systematisch de Jordaanvallei [de zone binnen de Westelijke Jordaanoever vlak bij
de rivier Jordaan, tevens de grens met Jordanië] aan het overnemen
is, de Palestijnen er systematisch verdrijft, er koloniale
nederzettingen opricht, waterputten uitgraaft en allerlei andere
zaken uitvoert om zich ervan te verzekeren dat deze regio –
ongeveer een derde van de volledige bezette Westelijke Jordaanoever,
het grootste deel van de vruchtbare landbouwgrond – uiteindelijk
zal worden geïntegreerd in Israël, tezamen met de andere regio’s
die ze overnemen.

De
overblijvende Palestijnse gefragmenteerde kantons zullen hierdoor
volledig ingesloten worden. Een vereniging met Gaza zou deze plannen
verstoren. Deze plannen gaan al terug tot het begin van de bezetting [in 1967]. Ze hebben daarvoor onafgebroken steun gehad van
de grote politieke partijen, waaronder personen vallen die worden
voorgesteld als mensen van de vrede, zoals voormalig president Shimon
Peres.

Voorwendsel voor de volgende geplande agressie

Zoals
gewoonlijk was er een voorwendsel nodig om naar de volgende escalatie
te gaan. Dat deed zich voor toen drie Israëlische jongens van een
nederzetting in de Westelijke Jordaanoever op een wrede manier
werden vermoord. De Israëlische regering besefte duidelijk heel snel
dat ze al dood waren, maar deed alsof dat niet zo was.

Dit gaf de
mogelijkheid om een “reddingsoperatie” te starten die eigenlijk
een rooftocht was, gericht tegen Hamas. De regering van Netanyahu
heeft van daarbij in begin beweerd dat het wist dat Hamas
verantwoordelijk was, maar heeft geen enkele moeite gedaan om
hiervoor ooit enig bewijs te leveren.

Eén
van Israëls meest vooraanstaande experten over Hamas, Shlomi Eldar,
berichtte bijna onmiddellijk dat de moordenaars waarschijnlijk
afkomstig waren van een dissidente clan in Hebron (op de Westelijke
Jordaanoever) die al lange tijd een doorn in het oog was van de
leiding van Hamas. Hij voegde eraan toe: “Ik ben er zeker van dat
ze daarvoor geen groen licht hadden gekregen van de leiding van
Hamas, ze dachten gewoon dat het het juiste moment was om in actie te
komen.”

De
politie van Israël heeft sindsdien leden van de clan zitten zoeken
en aanhouden, terwijl ze bleven beweren, zonder enig bewijs,
dat het “terroristen van Hamas” waren. Haaretz berichtte op 2
september 2014 al dat de Israëlische veiligheidsdiensten na zeer grove ondervragingen hadden besloten dat de ontvoering van de
tieners “uitgevoerd was door een onafhankelijke cel” zonder
bekende rechtstreekse banden met Hamas. De achttien dagen durende rooftocht
door het Israëlisch leger wist de gevreesde
eenheidsregering te ondermijnen.

Volgens
Israëlische militaire bronnen hebben hun soldaten 419 Palestijnen aangehouden, van wie er 335
banden hebben met Hamas, en zes vermoord, terwijl ze duizenden
locaties afzochten en daarbij voorwerpen ter waarde van 350.000
dollar in beslag namen. Israël voerde ook dozijnen aanvallen uit op
Gaza, waarbij op 7 juli 2014 vijf Hamas leden werden omgebracht.

Hamas
reageerde uiteindelijk met zijn eerste raketaanvallen in achttien maanden,
zoals Israëlische functionarissen bevestigden, en gaf zo het
voorwendsel aan Israël om op 8 juli 2014 Operatie Beschermende Rand
te starten. De vijftig dagen durende aanval bleek de meest extreme
oefening in “het maaien van het gazon” te zijn – toch tot
vandaag.

Operatie
‘Nog Geen Naam 20XX’?

Israël
zit vandaag in een goede positie om zijn decennialange beleid om te
draaien, dat er altijd uit bestond Gaza afgescheiden te houden van de
Westelijke Jordaanoever – wat in strijd is met al zijn plechtige
overeenkomsten – en voor de allereerste keer een groot
wapenstilstandsakkoord effectief na te leven.

Dat
kan het tenminste tijdelijk doen want het gevaar voor democratie in
buurland Egypte is minimaal geworden. De gewelddadige militaire dictatuur
van Generaal Abdul Fattah al-Sisi is een zeer welgekomen bondgenoot
voor Israël om de controle over Gaza te behouden.

De
Palestijnse eenheidsregering is, zoals ik hierboven al zei, bezig met
het overdragen van de controle over de grensovergangen van Gaza aan
door de VS getrainde manschappen van de Palestijnse Autoriteit. Het
regeringsbeleid over Gaza kan geleidelijk aan in de handen van de PA
komen, die voor hun overleven en hun financiën afhankelijk zijn van
Israël.

Het
zou kunnen dat Israël aanvoelt dat zijn overname van de Palestijnse
gebieden op de Westelijke Jordaanoever zover gevorderd is, dat er nog
weinig te vrezen valt van een beperkte vorm van autonomie in de
enclaves die er nog overblijven voor de Palestijnen.

Er zit ook een
zekere grond van waarheid in de recente opmerking van eerste minister
Benjamin Netanyahu: “Vele spelers in de regio begrijpen de dag van
vandaag dat in de strijd waarmee ze bedreigd worden, Israël geen
vijand is, maar een partner.”

Akiva
Eldar, Israëls toonaangevend diplomatiek correspondent, voegt daar
echter aan toe dat “al die ‘vele spelers in de regio’ ook begrijpen
dat er geen vermetele en allesomvattende diplomatische zet in het
verschiet ligt zonder een akkoord over de vestiging van een Palestijnse
staat, gebaseerd op de grenzen van 1967 en een eerlijke,
overeengekomen oplossing voor het vluchtelingenprobleem”.

Hij
wijst er ook op dat dit niet op de agenda van Israël staat en dat
het in feite in directe tegenspraak is met het verkiezingsprogramma
van 1999 van de regerende Likud-coalitie, dat nooit herroepen werd
en dat “de vestiging van een Palestijnse Arabische staat ten westen
van de Jordaan stellig verwerpt”.

Enkele goed geïnformeerde
Israëlische commentatoren, in het bijzonder columnist Danny
Rubinstein, geloven dat Israël klaar is om zijn huidige koers te
laten varen en ditmaal zijn wurggreep op Gaza zal versoepelen.

Wait
and see

De
geschiedenis van de voorbije jaren doet echter anders vermoeden. De
eerste voortekenen zijn alvast niet gunstig. Toen de laatste Operatie
Beschermende Rand afliep, kondigde Israël zijn grootste onteigening
van grond op de Westetlijke Jordaanoever in dertig jaar tijd aan, van
bijna 1000 acres (405 hectare).

Israel
Radio
meldde dat deze
onteigening een antwoord was op de moord van de drie Joodse tieners
door ‘Hamasmilitanten’. Een Palestijnse jongen werd daarentegen
levend verbrand als vergelding voor die moord, maar geen flietertje
Israëlische grond werd daarvoor overgedragen aan de Palestijnen.

Er
was ook geen enkele reactie toen een Israëlische soldaat de
tienjarige Khalil Anati vermoordde in een rustige straat van het
vluchtelingenkamp nabij Hebron op 10 augustus 2014 en doodkalm in
zijn jeep wegreed, terwijl het kind doodbloedde – en terwijl het meest
morele leger van de wereld Gaza aan diggelen sloeg.

Terreur Israëlische
bezetting gaat door

Volgens
statistieken van de VN was de jonge Anati één van de 23 Palestijnen
(met inbegrip van drie kinderen) die gedood werden door Israëlische
bezettingsmachten op de Westelijke Jordaanoever gedurende de aanval
op Gaza. Er vielen ook meer dan 2000 gewonden, waarvan 38 procent
door scherpe munitie.

“Geen
van de mensen die gedood werden brachten het leven van soldaten in
gevaar”, berichtte Israëlisch journalist Gideon Levy. Op dit alles
is er geen reactie, net als er geen reactie was toen Israël de
voorbije veertien jaar gemiddeld meer dan twee Palestijnse kinderen per
week ombracht. Tenslotte zijn zij ‘niet-mensen’.

Aan
alle zijden wordt beweerd dat als de tweestatenoplossing sneuvelt als
resultaat van de overname van Palestijnse gronden door Israël, het
resultaat dan één staat ten westen van de Jordaan zal zijn. Sommige
Palestijnen verwelkomen deze afloop, erop anticiperend dat ze dan een
burgerrechtenstrijd zullen kunnen voeren voor gelijke rechten naar
het model van Zuid-Afrika onder de apartheid.

Vele
Israëlische commentatoren waarschuwen dat dan het
‘demografische probleem’, als resultaat van meer Arabische dan Joodse
geboorten en afnemende Joodse immigratie, hun hoop voor een
‘democratische Joodse staat’ zal ondermijnen.

Twijfelachtige
toekomst

Het
realistische alternatief voor een tweestatenoplossing is dat Israël
de plannen die het al jaren uitvoert, blijft voortzetten. Daarbij
neemt het al wat van waarde is voor Israël op de Westelijke
Jordaanoever over, waarbij het Palestijnse bevolkingsconcentraties
vermijdt en Palestijnen verwijdert uit de gebieden die het bij Israël
integreert. Dat zou het gevreesde ‘demografische probleem’ moeten
vermijden.

De
gebieden die geïntegreerd worden bij Israël omvatten dan een erg
uitgebreid Groot Jeruzalem, het gebied met de illegale “Israëlische
muur”, doorgangen die door de Palestijnse gebieden naar het oosten snijden. Ze
zullen waarschijnlijk ook de Jordaanvallei omvatten.

Gaza
zal waarschijnlijk onder strakke bezetting blijven, gescheiden van de
Westelijke Jordaanoever. De bezette Syrische Golanhoogte – zoals
Jeruzalem door Israël geannexeerd in overtreding van het bevel van
de VN-Veiligheidsraad – zullen stilzwijgend deel worden van Groot
Israël. Ondertussen zullen Palestijnen van de Westelijke
Jordaanoever vastzitten in niet-levensvatbare versplinterde kantons,
met enkele speciale accommodaties voor de Palestijnse elites in
standaard-neokoloniale stijl.

Voortzetting
van het beleid van 1967

Dit
basisbeleid is al aan de gang sinds de bezettingsoorlog van 1967,
volgens het principe afgekondigd door toenmalig minister van Defensie
Moshe Dayan, een van Israëls meest met de Palestijnen begane
leiders. Hij informeerde zijn collega’s van de regering dat zij tegen
de Palestijnse vluchtelingen op de Westelijke Jordaanoever moesten
zeggen:

“Wij hebben geen oplossing. Jullie zullen als honden
blijven leven. Wie wil mag vertrekken. We zullen zien waar dit proces
ons leidt.”

Die
suggestie was ook normaal in de overheersende gedachten die
uitgesproken werden in 1972 door toen toekomstig president Chaim
Herzog: “Ik ontzeg de Palestijnen geen plek of standpunt of mening
over elk onderwerp… Maar ik ben zeker niet bereid hen in om het
even welk opzicht als partners te beschouwen in een land dat al
duizenden jaren gewijd is in de handen van onze natie. Voor de Joden
van dit land kan er geen partner zijn.”

Dayan riep ook op tot
Israëls “permanente heerschappij” over de bezette gebieden. Als
Netanyahu vandaag hetzelfde standpunt uit, zegt hij dus niks nieuws.
Zoals
andere staten, roept Israël “veiligheid” aan als rechtvaardiging
voor zijn agressieve en gewelddadige acties. Goed geïnformeerde
Israëli’s weten echter beter.

Hun erkenning van de realiteit werd
duidelijk uitgesproken in 1972 door toenmalig commandant van de
luchtmacht en later president Ezer Weizmann. Hij legde uit dat er
geen veiligheidsprobleem zou zijn als Israël de internationale
oproep zou accepteren om zich terug te trekken uit de gebieden die
het in 1967 veroverde. Het land zou dan echter niet kunnen “bestaan
naar de schaal, de geest en de kwaliteit die het nu belichaamt”.

Gedurende
een eeuw ging de Zionistische kolonisatie van Palestina hoofdzakelijk
door op basis van het pragmatische principe van de stilzwijgende
vestiging van feiten op het terrein, die de wereld uiteindelijk moest
aanvaarden. Het is een uiterst succesvol beleid geweest.

Er
is alle reden om te verwachten dat blijft doorgaan, zolang de VS daar
de nodige militaire, economische, diplomatische en ideologische steun
toe verleent.

Voor hen die begaan zijn met de rechten van de wreed
mishandelde Palestijnen, kan er geen hogere prioriteit zijn dan het werken aan de verandering van dit beleid van de VS. Dat is helemaal
geen ijdele droom.

Van
Noam Chomsky verscheen zopas de Nederlandstalige vertaling De
Essentiële Chomsky
. Zijn laatste boek Masters
of Mankind

werd in september 2014 gepubliceerd bij uitgeverij Haymarket Books,
dat in de loop 2015 twaalf van zijn klassiekers in een nieuwe uitgave heruitbrengt. Chomsky schreef het artikel Ceasefires
in Which Violations Never Cease.
What’s
Next for Israel, Hamas, and Gaza?
voor
de website TomDispatch.com. Het werd vertaald door Marisa Abarca, Bavo Vanoost en Lode Vanoost.

©
2014
Noam Chomsky en TomDispatch.com. Overname van deze vertaling
voor niet commerciële doeleinden mits toestemming van
DeWereldMorgen.be en TomDispatch.com.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!